Naar inhoud springen

Luisvliegen

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Hippoboscidae
Volgezogen gierzwaluwluisvlieg
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Diptera (Tweevleugeligen)
Onderorde:Brachycera (Vliegen)
Superfamilie:Hippoboscoidea
Familie
Hippoboscidae
Leach, 1815
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Hippoboscidae op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

Luisvliegen (Hippoboscidae) zijn een familie van insecten uit de orde van de tweevleugeligen (Diptera). Wereldwijd zijn 786 soorten bekend (2011).[1]

Luisvliegen hebben een plomp, plat en harig lichaam, een korte steeksnuit en poten met klauwtjes. Sommige soorten hebben ontwikkelde vleugels, bij weer anderen zijn deze gereduceerd of zelfs helemaal verdwenen.

De luisvliegen zijn een afwijkende groep van vliegen vanwege hun aparte bouw en bijzondere levenswijze. De luisvliegen zijn parasitair en leven van het bloed van andere dieren zoals vogels. Luisvliegen kunnen net als teken het achterlijf vol zuigen met bloed, vooral de bevruchte vrouwtjes, waardoor ze duidelijk opzwellen.

Een bekende soort is de gierzwaluwluisvlieg (Crataerina pallida) die leeft van het bloed van de gierzwaluw. Een andere voorbeeld is de 3,5 tot 5 millimeter grote hertenluisvlieg (Lipoptena cervi), die parasiteert op grote zoogdieren.

Sommige luisvliegen zijn zó klein dat ze op andere insecten parasiteren. Een voorbeeld is de bijenluis (Braula coeca), die een belangrijke plaag is van de honingbij (Apis mellifera).

Voortplanting

[bewerken | brontekst bewerken]

De larve die wordt geboren, is volgroeid. Tijdens de ontwikkeling in het moederlichaam neemt de larve voedzame stoffen op uit speciale klieren.

Verspreiding en leefgebied

[bewerken | brontekst bewerken]

Deze familie komt wereldwijd voor in (sub)tropische gebieden als ectoparasiet op vogels en zoogdieren.

  • Nycteribiidae
  • Streblidae

In Nederland voorkomende soorten

[bewerken | brontekst bewerken]
[bewerken | brontekst bewerken]