Matinées musicales
Matinées musicales | ||||
---|---|---|---|---|
Componist | Benjamin Britten | |||
Soort compositie | suite | |||
Gecomponeerd voor | orkest | |||
Opusnummer | 24 | |||
Compositiedatum | juni 1941 | |||
Première | 27 juni 1941 | |||
Opgedragen aan | Lincoln Kirstein | |||
Duur | 16 minuten | |||
Vorige werk | opus 23.2: Mazurka elegaica | |||
Volgende werk | opus 25: Strijkkwartet nr. 1 | |||
Oeuvre | Oeuvre van Benjamin Britten | |||
|
Matinées musicales is een compositie van Benjamin Britten.
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]Het is een suite, die deels uit eerder geschreven muziek bestaat. Britten schreef voor de film The Tocher filmmuziek, maar kon niet alles in de vijf minuten durende film gebruiken. Uit de oorspronkelijke filmmuziek werd eerder Soirées musicales gehaald en een vijftal jaren later deze Matinées musicales. Er is echter één verschil; de Soirées werden eerst als suite voor orkest geschreven, de Matinées direct voor ballet. Lincoln Kirstein had George Balanchine gecontracteerd en zocht een “verlenging” van de Soirées ter uitvoering tijdens een tournee door Zuid-Amerika van beider American Ballet.
Muziek
[bewerken | brontekst bewerken]Net als Soirées is de muziek afgeleid van muziek van Gioacchino Rossini. En opnieuw zijn er vijf delen:
- March (uit Guillaume Tell, Act III, Pas de soldats)
- Nocturne (uit Soirées musicales van Rossini, nr. 10 La pesca)
- Wals (uit Soirées musicales van Rossini, nr. 4 L’orgia)
- Pantomine (uit Soirées musicales van Rossini, nr. 2 Il rimproveso)
- Moto perpetuo (Gorgheggi e solfeggi)
De première van Soirées musicales vond dicht bij huis plaats (Londen), de eerste uitvoering van Matinées musicales vond plaats op 27 juni 1941 te Rio de Janeiro in het Teatro Municipale, leider van het balletorkest was Emanuel Balaban.
Orkestratie
[bewerken | brontekst bewerken]- 2 dwarsfluiten vaan 1 ook piccolo, 2 hobo’s, 2 klarinetten, 2 fagotten
- 4 hoorns (waarvan 2 ad lib), 2 trompetten, 2 trombones, 1 bastrombone of tuba
- pauken, 2 man/vrouw percussie (voor kleine trom, grote trom, bekken, woodblock, triangel, tamboerijn, 1 harp of piano, 1 celesta of piano
- violen, altviolen, celli, contrabassen
Discografie
[bewerken | brontekst bewerken]De compositie kent ten opzichte van andere werken van Britten een beperkte discografie. Door Gramophone (gerenommeerd muziekblad) wordt aangeraden de opname uit 1956 van Adrian Boult en het London Philharmonic Orchestra verschenen op First Hand. Voor een typisch “balletorkest”is er de versie van Richard Bonynge en het National Philharmonic Orchestra.
- Uitgave EMI (EMX 2111/769865-2): English Chamber Orchestra o.l.v. Alexander Gibson, een opname uit 1983 (niet meer verkrijgbaar in 2012)
- Britten-Pears Foundation