Overleg gebruiker:192.87.123.20

Pagina-inhoud wordt niet ondersteund in andere talen.
Onderwerp toevoegen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Laatste reactie: 15 jaar geleden door Jan Arkesteijn in het onderwerp Vraag
Welkom op Wikipedia, gebruiker vanaf het IP-adres 192.87.123.20! Om te beginnen

Hartelijk dank voor je belangstelling voor Wikipedia! We werken hier aan het ideaal van een vrij beschikbare, vrij bewerkbare, volledige en neutrale gemeenschapsencyclopedie. We waarderen het enorm als ook jij hieraan wilt bijdragen!

De Nederlandstalige Wikipedia is sinds 19 juni 2001 online en telt inmiddels 2.157.999 artikelen. In de loop van de jaren zijn er voor het schrijven of bewerken van artikelen en voor de onderlinge samenwerking een aantal uitgangspunten en richtlijnen geformuleerd. Neem die als nieuwkomer ter harte. Lees ook eerst even de informatie in dit venster voordat je aan de slag gaat. Geen van de richtlijnen heeft kracht van wet, want Wikipedia is en blijft vóór alles vrij bewerkbaar, maar een beetje houvast voordat je in het diepe springt kan nooit kwaad.

Deze pagina, die nu op je scherm staat, is trouwens je persoonlijke overlegpagina, de plaats waar je berichten van andere Wikipedianen ontvangt en beantwoordt. Iedere gebruiker heeft zo'n pagina. Wil je een bericht voor iemand anders achterlaten, dan doe je dat dus op zijn of haar overlegpagina. Sluit je bijdragen op overlegpagina's altijd af met vier tildes, dus zo: ~~~~. Een druk op de handtekeningknop (zie afb.) heeft hetzelfde effect: je bericht wordt automatisch ondertekend met je gebruikersnaam en de datum en tijd waarop je je boodschap voltooide. Versturen doe je met de knop "Wijzigingen publiceren".

Je bijdragen worden nu geregistreerd onder je IP-adres. Aanmelden biedt veel voordelen. Na vier dagen krijg je ook de mogelijkheid om semi-beveiligde pagina's te bewerken en verdwijnt de verplichting om een bewerking eerst te controleren.


Registreren
De vijf zuilen
Verken Wikipedia
Een overzicht van hulppagina's
Jargon en afkortingen
Aan de slag
Coachingsprogramma
De snelcursus
Bronvermelding

Informatie voor wijzigingencontroleurs[brontekst bewerken]

Ga voor de dossieraanvulling terug naar bovenaan de overlegpagina en klik in het organisatiesjabloon op HIER en dan daar op het tabje "bewerken". Dit kan ook door hier te klikken direct en dan daar onderaan aan te vullen.


Vraag[brontekst bewerken]

Geachte anoniem, er vindt op dit moment een discussie plaats op Overleg:Cees Renckens#Bron versus commentaar op bron over de kritiek van Galama op Renckens. U heeft de tekst wezenlijk veranderd. Zou u uw commentaar kunnen geven op de betreffende overlegpagina. Hartelijk dank, Jan Arkesteijn 27 aug 2008 10:45 (CEST)Reageren

Galama plaatste volgende ingezonden brief. Ik vind dat de IOCOB-interpretatie an deze brief de waarheid geweld aan doet.

Het blijft kwakzalverij(2)

Renckens schetst de voorbijgaande roem van Mezger als manueel therapeut avant la lettre en concludeert vervolgens dat het suces van de Macedonische mevrouw Shinka bij posttraumatische dystrofie eveneens op kwakzalverij berust (MC 26/2006:1074). Zijn betoog stemt tot nadenken. Op grond waarvan is hier sprake van kwakzalverij? Bovendien, wat leert ons voorbijgaande roem? Is niet de roem van de door Renckens als grootheid geciteerde chirurg Bilroth even vergankelijk? Zijn roem berustte onder meer op de nogal mutilerende maagresecties Bilroth I en II die destijds het antwoord vormden op ernstig maaglijden. Ik heb nog geleerd dat deze ulcera een psychosomatische achtgrond hebben. Inmiddels worden maagulcera aan de bacterie Helicobacter Pylori toegeschreven en behandeld met antibiotica. Als destijds iemand zou hebben beweerd dat een maagulcus met antibiotica moet worden behandeld, was de kans groot dat deskundigen zouden zeggen 'het werkt niet maar het helpt wel.'Dit raakt de kern van mijn bezwaar tegen het betoog van Renckens. Wordt hier niet de ene overtuiging bestreden met de andere? Een argument kan zijn dat de werking niet is aangetoond. Maar zolang dat zo is, siert een bescheidener positie, temeer daar de geneeskunde geen sterke reputatie heeft als vakgebied van zuiver wetenschappelijke traditie. Veel van wat met stelligheid voor waar wordt versleten, verdwijnt na enige tijd weer door de achterdeur. Elke medicus zou ervan doordrongen moeten zijn dat de evidence in ons vakgebied veelal berust op studies van matige kwaliteit en derhalve op overtuiging. Sommige feiten lijken zo aanneelijk dat het bewijs ervoor nauwelijk wordt getoetst. Het is de moeite waard om dit nog eens na te lezen bij auteurs als Vandenbroucke, Baila en Ioannidis. Nijmegen juli 2006. J. Galama