Overleg gebruiker:AJW/Heren van Voeren

Pagina-inhoud wordt niet ondersteund in andere talen.
Onderwerp toevoegen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Laatste reactie: 8 jaar geleden door Gerdevries

Thibaut van Fouron Heer van Valkenburg uit het geslacht van Fouron en niet van Montaigu en Guda dochter van Bruno.

Helaas is de veronderstelling van dhr. Boeren dat Thibaut van Fouron een zoon was van Conon van Montaigu en Ida van Fouron onjuist. Zo ook het schrijven van J. Stienon die de stelling van dhr. P.C. Boeren had overgenomen. Orgineel in Latijn van P.C.Ernst.

In het tetament staat; Guda een edele vrouw en eerbiedwaardige weduwe, overeenkomstig de wil van God beroofd van de vrucht van haar schoot, voor zich en haar zaken als opvolger koos de heilige Jacobus, de broer van de Heer, wiens kerk {klooster} is gelegen op het eiland van Luik. Daarom droeg zij aan deze kerk {klooster} twee allodia over, waarvan het ene is Meira (Eyra), het andere wordt genoemd Witham, elk met toebehoren, in dezelfde vrijheid en hetzelfde recht als haar vader aan het eind van diens leven, wat betreft bedienden {horigen}, dienstmaagden.

Hier lezen we dat Guda haar vader ook reeds in bezit was van Eira en Witten.

Ermentrudis en Irmengardis hun broer Bruno was de vader van Guda en was in het bezit van Eyra (Eys) en Wittem en Cartils volgens het oorkonden boek I van Lacomblet 996 (966) blz 63.

Bruno Graaf van Zulpichgau en heer van Eira Cartils-Wittem kwam in het jaar 1075 te overlijden.

Bruno zijn oom was Luizone Metz (Graaf van Luikgau, Heer te Fouron en was ook Heer van Cartils-Wittem 966) Als getuige in deze akte treed Immo op, Luizone was een broer van Bruno zijn vader Godizo van Aspel.

In het testament van Thibaut 1106 wordt door P.C.Boeren voorbij gegaan aan de tekst Arnulphis Filius fratris sui Arnulphi dat Arnold filius (zoon) Arnold Fratris (Broer) van Thibaut en tevens Steppo van Maffe en Thibaut Nepos (Neef) Arnold lll (zoon van Arnold ll).

Ook dat Thibaut l (de oude) de oudoom van Arnulph l was.

'Als voogd voor de allodia (Colombier,Bilistein en Struone)' steld Thibaut zijn neef Arnulphus heer van Elsloo aan.

Als voogd voor de allodia (Eira en Witham) stelde Guda haar broer Arnulphus van Rode aan. Tekst uit de oorkonde van Guda haar schenkingen.

Guda haar (Frater)schoonbroer Arnold (van Rode) wordt als voogd van Guda vermeld en mag pas beschikken over de goederen na Guda ’s dood. Deze Arnold (van Rode) is mogelijk de zoon van Reginerus (Reginar) van Rode of familie, die dhr P.C. Boeren niet wist te plaatsen. Arnold, Guda haar broer moet haar schoonbroer zijn geweest en niet haar broer anders had Arnold Guda in Valkenburg opgevolgd.

Opmerking; Stel Thibaut was een broer van Lambert van Montaigu, dan was bij het overlijden van Thibaut 1106 zijn broer Lambert Graaf van Montaigu de belangrijkste belangenbehartiger en dan had men zijn zoon Godfried ook vermeld! Nu vermeld het testament; Lambertus broer van Henricus (van Montaigu) waren uit het gevolg van de keizer. Zij waren de zonen van Conon van Montaigu en Ida van Fouron en haar 2e huwelijk met een heer van Cuijck.

Bij de donatie van Masniel zou Anulph een neef van Thibaut (van Valkenburg) zijn genoemd. Bron; Dr Luise von Winterfeld , Oorkonde 1107-1116 uit het klooster St Jacob te Luik.

Na bestudering van de div. oorkonden is nu sprake van 3 generatie ‘s Arnolden op rij, voor het gemak l, ll, lll. Bij Elsloo waren 3 generaties op rij, maar bij Rode 2 gen. en de 2e Arnold is in 1133 vermoord waardoor Eyra en Wittem naar Arnold lll de 2e heer van Elsloo gingen.

Thibaut l de Fouron (1041-1072) had 2 zonen voor zover bekend; Lambert en Arnold.

Lambert had alleen een dochter Ida die gehuwd was met Conon l van Montaigu.

Arnold l had 3 zonen; Thibaut ll (Heer van Valkenburg) , Arnold ll (1e Heer van Elsloo) en Steppo van Maffe (Domproost in Luik).

Arnold ll had 3 zonen; Arnold III (2e heer van Nuth, Elsloo), Thibaut, Godfried en Gerard van Nuth.

Als Nepos (neef) van Thibaut ll heer van Valkenberg werd Arnold lll de kruisvaarder (Heer van Nuth bedoeld, die na zijn vaders dood, 2e heer van Elsloo) werd. Deze Arnold lll (de kruisridder) van Nuth werd beschreven bij de verkoop van zijn goed Bassenge om op kruistocht te gaan.Bron; Stiennon, Étude Saint-Jacques, 324, eerder P.C. Boeren, “Onbekende dynastie, 283 en ook O. Viedebantt hrsg. S. Corsten, “Forschungen zur Geschichte des ersten Heinbergisch-Valkenburgischen Dynastengeschlechts” in Publications de … Limbourg CI (1965) 132. Viedebantts artikel was al in 1942 geschreven, maar is pas in 1965 met geactualiseerde annotatie uitgegeven.

Ook werd in het testament aangegeven Arnold I van Rode (Guda haar Schoonbroer) (deze blijkt uit een andere oorkonden 1106 ook advocatus te zijn; bron Ernst ). Arnold I van Rode had 2 zonen Arnold II en Gislebert . Zo was Arnold zijn familie mogelijk uit het Rode (van de Hertog van Limburg ) voortgekomen uit het geslacht van Lotharingen.

Gerard l van Metz (Mosalanis) (de broer van Godizo van Aspel en Luizone van de Luikgouw Fouron) had ook een zoon Giselbert en deze woonde noordelijk aangrenzend aan het gebied van Elsloo van de Maas naar het oosten tot Heinsberg .

Zo ook de familie Rode (Lotharingers) deze woonde te Richterich (kasteel Schonau) ten oosten van Wittem net over de grens bij Vaals en de plaats Rode lag iets noordelijker van Richterich. De hertog van Limburg was ook met een dochter van Saffenberg (Lotharinger) te Rode gehuwd.

Elsloo lag weer ten oostelijk van Van Wittem en Valkenburg daar waar de Geul uitmond in de Maas.

Bruno graaf van de Zulpichgau en was de vader van Guda, hij was heer van Eira en Withem tot zijn dood 1075, zoals in het testament staat vermeld en deze was vermoedelijk ook in bezit van het kasteel Wittem waar Guda na Bruno’s en Thibalds dood heen verhuizde doordat zij het mogelijk na de dood van haar vader erfde. Witham, elk met toebehoren, in dezelfde vrijheid en hetzelfde recht als haar vader aan het eind van diens leven, wat betreft bedienden {horigen}, dienstmaagden. schenkings Oorkond 1125 Meira en Witham Bron P.C. Ernst,

Omdat Arnold l van Rode een zoon had genaamd Arnold en deze in 1133 is vermoord gaan alle aanspraken op Eira en Wittem naar Arnold ll (De kruisridder) van Elsloo.

Opmerking; Door deze feiten mogen we niet meer stellen dat na de dood van Lambert van Fouron , Fouron naar een schoonzoon (van Conon van Montaigu) ging zoals P.C.Boeren het stelde, ook Lambert II was de zoon van Conon en niet van Lambert I van Fouron. Bron; P.C.Boeren (Het ontstaan van Limburg). en Guda van Bruno afstammd Ger de Vries 2016.Gerdevries (overleg) 23 jan 2016 11:23 (CET)Reageren