Naar inhoud springen

Seú

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Ymnes (overleg | bijdragen) op 20 mrt 2020 om 08:58. (→‎Ontstaan: dubbel)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Seú optocht die eindigt op het Brionplein
Seú optocht die eindigt op het Brionplein, Willemstad

Seú is een muziekgenre en een dansvorm die op Curaçao en op Bonaire voorkomt die heden ten dage rond Pasen veel gehoord wordt. Op Bonaire vindt een soortgelijke viering plaats die Simadan genoemd wordt. De instrumenten die bespeeld worden zijn de tambú (trommel), chapi (metalen landbouw werktuig), kachu/karkó (koehoorn/schelp).

Ontstaan

De seú is tijdens de slavernij ontstaan in de oogsttijd. In de 18de en 19de eeuw was het doel van de seú-viering om de goden te bedanken voor de oogst van sorghum, een soort maïs. Vroeger werd de oogst van sorghum al dansend en zingend naar de magazina (het magazijn) gebracht. Daarna vonden de festiviteiten op het plein bij het landhuis plaats waar de landheer (de shon) er goed zicht op had. De festiviteiten begonnen met onschuldige werkliederen en eindigde met tambú liederen die als heidens werden beschouwd door de katholieke kerk en de koloniale overheerser. Na de slavernij werd het onderdeel waarbij tambú werd gespeeld verboden en daarmee de creativiteit van de Afro-Curaçaose bevolking ingeperkt. Met de komst van de Shell olieraffinaderij in 1915 en de modernisering, heeft de seú geleidelijk haar oorspronkelijke functie verloren. In de jaren '40 en '50 heeft Ursulita Martis ervoor gezorgd dat er nieuw leven geblazen werd in de seú-viering. Jaarlijks rond Pasen trekken groepen in traditionele kleding al dansend door de straten om het oogstfeest uit te beelden. De traditie is een geworden tot een viering van de Afro-Curaçaose identiteit[1].

Er zijn 3 fasen te onderscheiden in het seú ritueel[2]. De eerste fase bestond uit het oogsten van sorghum. In de ochtend werd de maïs afgesneden door de mannen en door de vrouwen in een mand gedaan. Dit proces werd begeleid door het in een vast ritme bespelen van de koehoorn. Tijdens de tweede fase werd de oogst onder begeleiding van het zingen van liederen en op het ritme van de muziek van het veld naar het magazijn gebracht waar het werd opgeslagen. Hierna vond fase 3 plaats, het werk was klaar en iedereen kwam samen om te zingen en te dansen op de muziek van de trom.