Soera Het Vee

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
الأنعام
Het Vee
Soera 6
Transcriptie Al-An'am
Geopenbaard in     Mekka
Aantal aya's 165
Djuz' dag 7 (tot aya 110) en dag 8
Geopenbaard na Al-Hidjr

Soera Het Vee is een soera van de Koran.

De soera is vernoemd naar het vee dat in aya 136 wordt genoemd. Verschillende onderwerpen passeren de revue; onder andere Ibrahim en zijn geslacht, ongelovige Mekkanen en de tekenen Gods.

Bijzonderheden[bewerken | brontekst bewerken]

Ayat 20, 23, 91, 93, 114, 141, 151, 152 en 153 zouden zijn geopenbaard in Medina.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

In aya 25 wordt gesteld dat er een bedekking over de harten van sommige ongelovigen is gelegd. Zelfs als ze een teken zagen, zouden ze nog steeds niet geloven.

In aya 70 wordt gesteld dat de ongelovigen geen voorspreker zullen hebben op de dag des oordeels.

In ayat 74-83 wordt verteld over het twistgesprek tussen Ibrahim en zijn volksgenoten die aan afgoderij deden.

In ayat 84-86 wordt een groot aantal profeten opgenoemd.

Volgens aya 92 bevestigt de Koran de voorgaande openbaringen.

In aya 101 wordt gevraagd hoe Allah een kind kan hebben terwijl hij geen partner heeft.

Volgens aya 107 zouden polytheïsten geen polytheïsten zijn als Allah dat had gewild.

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]