Solid state (elektronica)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De eerste transistorradio's werden soms voorzien van de term "solid state".

De term solid state[1] (Engels voor vaste toestand) wordt gebruikt in de elektronica om onderdelen, schakelingen of apparaten aan te duiden waarin halfgeleider-onderdelen worden gebruikt in plaats van elektronenbuizen en bewegende onderdelen.

De elektronen en andere ladingsdragers bevinden zich daarbij uitsluitend in vaste stoffen (het terrein van de vastestoffysica, in het Engels solid state physics), en er wordt geen gebruik gemaakt van elektromechanische onderdelen en bewegende delen.

De term raakte in gebruik in de jaren 1950 en 1960, bij de overgang van elektronenbuizen naar halfgeleidertechnologie (met name dioden en transistors).

Een vroege vorm van zo een onderdeel is de kristaldetector.

Voordelen[bewerken | brontekst bewerken]

Voordelen van halfgeleidertechniek:

  • lager energiegebruik (de gloeidraad van een elektronenbuis verbruikt de nodige energie)
  • kleiner in omvang
  • lichter in gewicht
  • lagere werkspanningen (tientallen of honderden volt bij buizen, enkele volts bij halfgeleiders)
  • hogere betrouwbaarheid
  • minder kwetsbaar (met name de glazen elektronenbuis is breekbaar)

Voorbeelden[bewerken | brontekst bewerken]

De eerste halfgeleiderdiodes werden aangeduid als "vaste-stofdiode".

In de computertechniek wordt met solid state disk de tegenhanger aangeduid van de harde schijf.

Elektromechanische relais met bewegende delen hebben tegenhangers in solid state.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Noten[bewerken | brontekst bewerken]

  1. Als bronnen voor dit artikel werden gebruikt: