500 kHz: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Artikel herschreven
Regel 1: Regel 1:
{{wiu|1=|2=2011|3=01|4=06}}
{{wiu|1=|2=2011|3=01|4=06}}
{{wiu2|Bezig het hele artikel te herschrijven}}
[[file: WT_Station_MPB.jpg | thumbnail | Marconi scheepstation "MPB" ]]
[[file: WT_Station_MPB.jpg | thumbnail | Marconi scheepstation "MPB" ]]
[[file: Pch500khz.jpg | thumbnail | Working position 500 kHz van PCH ]]
'''500 kHz''' (600 meter) is de internationale [[Radiotelegrafie|radiotelegrafische]] noodfrequentie waarop sinds 1912 [[Noodsignaal|noodsignalen]] worden verstuurd. Bij nood wordt een vast [[Morsecode|morsesignaal]] uitgezonden, bestaande uit de lettercombinatie [[SOS (noodsignaal)|''SOS'']]. In morsecode is dat: Drie punten, drie strepen, drie punten. Door het verdwijnen van het gebruik van morsecode en de ontwikkelingen op het gebied van telecommunicatie wordt er sinds ongeveer 1990 steeds minder gebruik gemaakt van de ''500 kHz''-noodfrequentie. Noodoproepen vinden tegenwoordig nog bijna uitsluitend plaatst via [[GMDSS]], het wereldwijde maritieme nood- en veiligheidssysteem dat gebruikmaakt van digitale communicatie via satelietverbindingen.
'''500 kHz''' (600 meter) is de internationale [[Radiotelegrafie|radiotelegrafische]] noodfrequentie waarop sinds 1912 [[Noodsignaal|noodsignalen]] worden verstuurd. Bij nood wordt een vast [[Morsecode]] morsesignaal uitgezonden, bestaande uit de lettercombinatie [[SOS (noodsignaal)|''SOS'']]. In morsecode is dat: Drie punten, drie strepen, drie punten. Door het verdwijnen van het gebruik van morsecode en de ontwikkelingen op het gebied van telecommunicatie wordt er sinds ongeveer 1990 steeds minder gebruik gemaakt van de ''500 kHz''-noodfrequentie. Noodoproepen vinden tegenwoordig nog bijna uitsluitend plaatst via [[GMDSS]], het wereldwijde maritieme nood- en veiligheidssysteem dat gebruikmaakt van digitale communicatie via satelietverbindingen.


== Historie ==
Vooraf gegaan door onder meer Maxwell (1865), Hertz (1887) en vele anderen werd met behulp van elektromagnetische golven door Marconi in Italië met vergelijkbare proeven in de ouderlijke tuin enkele meters overbrugd.


== Geschiedenis ==
Inmiddels wonend in Engeland zette hij de proeven voort. In 1898 overbrugde hij een afstand van 30 km. (Needles Hotel op Wight naar het Harbour Hotel in Pool) en op 12. december 1901 overbrugde hij de Atlantische oceaan vanaf Poldhu Cornwall naar Signal Hill St. Johns, New Foundland.
Na [[James Clerk Maxwell]] in 1865 en [[Heinrich Hertz]] in 1887 begon [[Guglielmo Marconi]] in Italië te experimenteren met radiogolven. Hij maakte daarbij gebruik van een [[vonkgenerator]] als primitieve zender, een coherer als ontvanger en eigen ontworpen antennes. In eerste instantie overbrugde hij daarmee enkele meters. Nadat hij was verhuisd naar Engeland zette hij zijn experimenten voort en in 1898 lukte het hem om een afstand van 30 km te overbruggen, van het Needles Hotel op het Isle of Wight naar het Harbour Hotel in Pool. En op 12 december 1901 maakte hij de eerste transatlantische verbinding van Cornwall in Engeland naar New Foundland in Canada.


[[Samuel Morse]] had in 1835 de [[morsecode]] ontworpen voor de communicatie per telegrafie en deze morsecode gebruikte Marconi voor zijn experimententen met radiogolven. Hij schakelde met behulp van een seinsleutel zijn vonkzender snel aan en uit, waardoor hij draadloze communicatie tot stand bracht. Hiermee werd Marconi dus de uitvinder van de draadloze telegrafie of radiotelegrafie.
Deze verbinding werd niet met door middel van geluid gemoduleerde signalen in morse gedaan, doch met een simpele zogenaamde vonkzender. Een krassend laag geluid volgens de morse code onderbroken. De ontvangers waren in die tijd ook nog niet ontworpen, doch aan de ontvangantenne was via een 'coherer' (een detector) een morsetoestel verbonden. De magneet daarvan reageerde op de door de vonkzender uitgezonden korte en lange signalen, welke in dat apparaat werden omgezet om door middel van een inktpen in korte en lange strepen op een papierband te worden getekend. Marconi ging in 1897 over tot het oprichten van een bedrijf ("Wireless Telegraph Company", dat later in 1900 werd gewijzigd in "Marconi Wireless Telegraph Company". Naast Marconi was men ook in andere landen bezig met deze ontwikkeling: Duitsland (Telefunken), België (Compagnie des Télégraphie Sans Fil), Frankrijk, Italië. Deze bedrijven waren in de eerste plaats gericht op militaire doeleinden, daarnaast hadden ook de maritieme bedrijven grote behoefte aan communicatiemogelijkheden.


In 1897 richtte Marconi zijn "Wireless Telegraph Company", vanaf 1900 "Marconi Wireless Telegraph Company", op. Al snel kwamen er concurrerende bedrijven, zoals Telefunken in Duitsland, Compagnie des Télégraphie Sans Fil in België en vele andere in landen als bijv. Frankrijk en Italië. Deze bedrijven richtten zich op militaire instanties en maritieme bedrijven. De concurrentie was echter hard en men werkte elkaar tegen onder andere door elkaar te storen.
In die tijd was men uitsluitend gericht op het eigen bedrijf en elke maatschappij werkte voor zichzelf, met als gevolg grote concurrentie, men stoorde elkaar waar mogelijk. Schepen met Marconi uitrusting bijvoorbeeld mochten uitsluitend werken met stations van Marconi.


De gebruikers van dit nieuwe medium hadden echter behoefte aan samenwerking in plaats elkaar dwars te zitten, zeker in noodsituaties. De duitse Keizer [[Wilhelm II van Duitsland|Wilhelm II]] nam daarom in 1903 het initiatief tot de eerste radioconferentie. Daar werd de SOS-morsecode afgesproken als internationaal noodoproepsignaal. Groot Brittannië, onder aanvoering Marconi, bleef echter gebruikmaken van het signaal [[CQD]], waarbij CQ de radiotelegrafische code is voor "Oproep aan alle stations" en de D voor "Distress".
Op initiatief van de Duitse Keizer (Telefunken) werd in 1903 een internationale conferentie gehouden (de eerste radioconferentie), waarin onder meer werd overeengekomen dat men elkaar niet meer moest storen en in geval van nood elkaar moest helpen. Hetgeen binnen de maritieme wereld heel normaal was zelfs in oorlog omstandigheden. Daarvoor werd afgesproken een bepaald morse signaal in te voeren één teken gevormd door drie punten drie strepen drie punten. (Dus niet de lettertekens voor S, O en S).


Na de ondergang van de [[Titanic (schip)|Titanic]] op 12 april 1912, waarbij de engelse CDQ-noodsignalen niet waren opgevangen door andere schepen, kwam er een tweede radioconferentie in de zomer van 1912 te Londen. Hier werd de eerste aanzet gegeven tot het eerste [[SOLAS]]-verdrag, dat de veiligheid van mensenlevens op zee regelt. Daar werd onder meer de 600 meter (500 kHz) als de noodfrequentie werd aangewezen, waarop buiten noodoproepen geen openbaar radioverkeer mocht plaatsvinden. Ook werd er bepaald dat er twee maal per uur gedurende 3 minuten radiostilte in acht diende te worden gehouden om uit te luisteren naar noodoproepen.
Met uitzondering van Groot Brittannië (Marconi) werd dit in 1906 bekrachtigd. Marconi bleef gebruikmaken van het signaal [[CQD]], waarbij CQ de radiotelegrafische code is voor "Oproep aan alle stations" en de D die van "Distress".


In 1927 werd de 3e Radioconferentie in Washington gehouden. De bekrachtiging hiervan vond plaats in 1929 te Caïro. Deze conferenties zijn de grondslag geweest voor de latere moderne maritieme radiodienst.
Tussen alle morsetekens valt de combinatie CQD nauwelijks op doch het nieuwe signaal is geheel afwijkend en apart dus valt het dadelijk op.


Het verdrag omvat onder meer:
De maritieme communicatie werd gedaan op de wat we nu de [[middengolf]] noemen, [[langegolf]] ontstond pas later (grote afstanden veel vermogen) de kortegolf nog veel later (grote afstanden lage vermogens), een ontwikkeling die voornamelijk is ontwikkeld door de radioamateurs, zoals nog steeds gebeurt in het GHz gebied). Het verkeer vond plaats tussen de 600 en 300 meter, naar mate er meer verkeer kwam werd dit op andere er naast gelegen golflengten gedaan. Hiermee werd een gebruikelijk afstand van 300 zeemijl goed overbrugd.
* De vaststelling van de 600 meter (500 kHz) als officiële noodfrequentie

* De in acht te nemen stilteperioden
Na de bekrachtiging van de eerste radioconferentie, pas in 1906, werd de tweede radioconferentie, gepland in 1912, uitgesteld. Doch op 12 april 1912 verging de "[[Titanic (schip)|Titanic]]", waarbij vele opvarenden het leven lieten. De aanwezige radio-officieren in dienst van de "Marconi Wireless Telegraph Company" (dit werden de marconisten genoemd) riepen hulp in van de in de buurt varende schepen. Doch helaas op veel schepen in de omgeving was de radiodienst al te kooi en drong het CQD-vonksignaal ook niet door de storing heen.
* Het gebruik van het automatisch alarmsein

* Afspraken over het 24 uur per dag uitluisteren van de noodfrequentie.
Deze gebeurtenis werd de aanzet tot de eerste veiligheidsconferentie (de SOLAS) en tevens de tweede radioconferentie, in juni-juli 1912 te Londen.

Hier werd een aantal veiligheidseisen vastgelegd. Onder meer dat de 600 meter (500 kHz) als de noodfrequentie werd aangewezen, waarop tijdens noodverkeer geen openbaar verkeer mocht plaatsvinden. Op deze noodfrequentie diende twee maal per uur gedurende 3 minuten radiostilte te worden gehouden om uit te luisteren naar noodoproepen. (van X.15 tot X.18 uur en van X.45 tot X.48), de zogenaamde stilteperioden. Een en ander kon pas na Wereldoorlog I worden ingevoerd.
[[file:Radioroom.png|thumb|Radioklok met sectoren]]

In 1927 werd de 2e Radioconferentie in Washington gehouden. De bekrachtiging hiervan vond tijdens de herziening van het Veiligheidsverdrag van Londen (uit 1912), plaats in 1929 te Caïro. Deze conferenties zijn de grondslag geweest voor de latere moderne maritieme radiodienst.

Onder meer staat in het verdrag:
* De definitieve toewijzing van de 600 meter (500 kHz) als officiële noodfrequentie,
* Het instellen van de stilteperioden,
* Het gebruik van het automatisch alarmsein,
* De instelling van de beschermband voor de noodfrequentie radiotelegrafie 490 – 510 kHz.
* De instelling van de beschermband voor de noodfrequentie radiotelegrafie 490 – 510 kHz.
* Op deze radioconferentie werd ook de indeling van de frequenties vastgesteld.
* De maritieme middengolfband lag tussen de 410 – 535 kHz.
Naast het gebruik voor noodoproepen en –verkeer werd deze frequentie ook gebruikt voor aankondigingen van spoed- en veiligheidsberichten en als laatste het aanroepen van stations voor openbaar verkeer, waarna dit verkeer op een andere vaste werkfrequenties werd afgehandeld.
Niet alleen uit historisch perspectief was de 500 kHz de belangrijkste noodfrequentie, maar het bereik was direct het belangrijkste. Al eerder is genoemd de gemiddelde dagafstand waarop normaal kon worden gewerkt ca 300 zeemijl. Afgezien van grote passagiersschepen (24 uur wacht) hadden de andere schepen slechts één of twee radio-officieren die een voorgeschreven wachtperiode over 24 uur moesten verdelen.

Na het ontwikkelen van het z.g. Automatisch Alarm Toestel werd later als zij niet op wacht waren dit toestel bijgezet. Dit stond afgestemd op de 500 kHz en werd geactiveerd door een uitgezonden alarmsein, waarop de radio-officieren op wacht kwamen. Schepen in een straal van die 300 zeemijl konden dan hulp bieden.

Naast het gebruik voor noodoproepen en –verkeer werd deze frequentie ook gebruikt voor aankondigingen van spoed- en veiligheidsberichten en als laatste het aanroepen van stations voor openbaar verkeer, waarna dit verkeer op de vaste werkfrequenties werd afgehandeld.

Het hele maritieme radioverkeer was primair dus veiligheid en secundair Openbaar Verkeer, waarbij alles draaide om de noodfrequentie radiotelegrafie, de 500 kHz. Deze noodfrequentie heeft in de afgelopen eeuw een uiterst belangrijke rol gespeeld, waarbij heel wat mensenlevens zijn gered. In oktober 1980 nog het zinken van de Prinsendam nabij Alaska, waar de [[satellietcommunicatie]] nog niet geheel optimaal werkte en de radiodienst aan boord de 500 kHz gebruikte om de schepen in de buurt om assistentie te vragen, waarbij allen konden worden gered.

Binnen die maritieme radiowereld is de 500 kHz een internationaal veiligheidssymbool dat heel hoog in het vaandel staat van die radiodienst.

[[file: Pch500khz.jpg | thumbnail | Working position 500 kHz van PCH ]]


[[Categorie:Maritieme communicatie]]
[[Categorie:Maritieme communicatie]]

Versie van 17 jan 2011 17:37

Dit artikel komt mogelijk voor verwijdering in aanmerking.
Het overleg hierover wordt gevoerd op deze discussiepagina. Iedereen is welkom daaraan bij te dragen. Zie voor meer informatie: Waarom staat mijn artikel op de beoordelingslijst.
Voel je vrij het artikel te bewerken. Haal de pagina echter niet leeg en verwijder deze boodschap niet voordat de discussie gesloten is.

Marconi scheepstation "MPB"
Working position 500 kHz van PCH

500 kHz (600 meter) is de internationale radiotelegrafische noodfrequentie waarop sinds 1912 noodsignalen worden verstuurd. Bij nood wordt een vast Morsecode morsesignaal uitgezonden, bestaande uit de lettercombinatie SOS. In morsecode is dat: Drie punten, drie strepen, drie punten. Door het verdwijnen van het gebruik van morsecode en de ontwikkelingen op het gebied van telecommunicatie wordt er sinds ongeveer 1990 steeds minder gebruik gemaakt van de 500 kHz-noodfrequentie. Noodoproepen vinden tegenwoordig nog bijna uitsluitend plaatst via GMDSS, het wereldwijde maritieme nood- en veiligheidssysteem dat gebruikmaakt van digitale communicatie via satelietverbindingen.


Geschiedenis

Na James Clerk Maxwell in 1865 en Heinrich Hertz in 1887 begon Guglielmo Marconi in Italië te experimenteren met radiogolven. Hij maakte daarbij gebruik van een vonkgenerator als primitieve zender, een coherer als ontvanger en eigen ontworpen antennes. In eerste instantie overbrugde hij daarmee enkele meters. Nadat hij was verhuisd naar Engeland zette hij zijn experimenten voort en in 1898 lukte het hem om een afstand van 30 km te overbruggen, van het Needles Hotel op het Isle of Wight naar het Harbour Hotel in Pool. En op 12 december 1901 maakte hij de eerste transatlantische verbinding van Cornwall in Engeland naar New Foundland in Canada.

Samuel Morse had in 1835 de morsecode ontworpen voor de communicatie per telegrafie en deze morsecode gebruikte Marconi voor zijn experimententen met radiogolven. Hij schakelde met behulp van een seinsleutel zijn vonkzender snel aan en uit, waardoor hij draadloze communicatie tot stand bracht. Hiermee werd Marconi dus de uitvinder van de draadloze telegrafie of radiotelegrafie.

In 1897 richtte Marconi zijn "Wireless Telegraph Company", vanaf 1900 "Marconi Wireless Telegraph Company", op. Al snel kwamen er concurrerende bedrijven, zoals Telefunken in Duitsland, Compagnie des Télégraphie Sans Fil in België en vele andere in landen als bijv. Frankrijk en Italië. Deze bedrijven richtten zich op militaire instanties en maritieme bedrijven. De concurrentie was echter hard en men werkte elkaar tegen onder andere door elkaar te storen.

De gebruikers van dit nieuwe medium hadden echter behoefte aan samenwerking in plaats elkaar dwars te zitten, zeker in noodsituaties. De duitse Keizer Wilhelm II nam daarom in 1903 het initiatief tot de eerste radioconferentie. Daar werd de SOS-morsecode afgesproken als internationaal noodoproepsignaal. Groot Brittannië, onder aanvoering Marconi, bleef echter gebruikmaken van het signaal CQD, waarbij CQ de radiotelegrafische code is voor "Oproep aan alle stations" en de D voor "Distress".

Na de ondergang van de Titanic op 12 april 1912, waarbij de engelse CDQ-noodsignalen niet waren opgevangen door andere schepen, kwam er een tweede radioconferentie in de zomer van 1912 te Londen. Hier werd de eerste aanzet gegeven tot het eerste SOLAS-verdrag, dat de veiligheid van mensenlevens op zee regelt. Daar werd onder meer de 600 meter (500 kHz) als de noodfrequentie werd aangewezen, waarop buiten noodoproepen geen openbaar radioverkeer mocht plaatsvinden. Ook werd er bepaald dat er twee maal per uur gedurende 3 minuten radiostilte in acht diende te worden gehouden om uit te luisteren naar noodoproepen.

In 1927 werd de 3e Radioconferentie in Washington gehouden. De bekrachtiging hiervan vond plaats in 1929 te Caïro. Deze conferenties zijn de grondslag geweest voor de latere moderne maritieme radiodienst.

Het verdrag omvat onder meer:

  • De vaststelling van de 600 meter (500 kHz) als officiële noodfrequentie
  • De in acht te nemen stilteperioden
  • Het gebruik van het automatisch alarmsein
  • Afspraken over het 24 uur per dag uitluisteren van de noodfrequentie.
  • De instelling van de beschermband voor de noodfrequentie radiotelegrafie 490 – 510 kHz.

Naast het gebruik voor noodoproepen en –verkeer werd deze frequentie ook gebruikt voor aankondigingen van spoed- en veiligheidsberichten en als laatste het aanroepen van stations voor openbaar verkeer, waarna dit verkeer op een andere vaste werkfrequenties werd afgehandeld.