Harald de Jongere: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
https://en.wikipedia.org/w/index.php?title=Harald_the_Younger&oldid=718749797
 
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
'''Harald de Jongere''' (''Herioldus iunior'' in de [[Annales Xantenses|''Annales Xantenses'']], overleden [[864]]) was een [[Vikingen|vikingkoning]] en lid van de [[Lijst van koningen van Denemarken|Deense koninklijke familie]] die tussen [[841]] en [[864]] heerste over het Zeeuwse eiland [[Walcheren]]. Hij was een broer van [[Rorik|Rorik van Dorestad]] (en mogelijk ook van [[Hemming (koning van Friesland)|Hemming]]) en wordt soms verward met zijn oom [[Harald Klak]], naar wie hij waarschijnlijk vernoemd werd.<ref>Zie bijvoorbeeld:
{{wiu2}}

'''Harald de Jongere''' (''Herioldus iunior'' in de [[Annales Xantenses|''Annales Xantenses'']]) was een [[Vikingen|vikingkoning]] en lid van de [[Lijst van koningen van Denemarken|Deense koninklijke familie]] die tussen [[841]] en [[864]] heerste over het Zeeuwse eiland [[Walcheren]]. Hij was een broer van [[Rorik|Rorik van Dorestad]] en wordt soms verward met zijn oom [[Harald Klak]], naar wie hij waarschijnlijk vernoemd werd.<ref>Zie bijvoorbeeld:

* H.-W. Goetz (1980), "Zur Landnahmepolitik der Normannen im Fränkischen Reich," ''Annalen des Historischen Vereins für den Niederrhein'', 183, 9-17;
* H.-W. Goetz (1980), "Zur Landnahmepolitik der Normannen im Fränkischen Reich," ''Annalen des Historischen Vereins für den Niederrhein'', 183, 9-17;
* N. Lund (1989), "Allies of God or Man? The Viking Expansion in a European Perspective," ''Viator'', 20, 45–59;
* N. Lund (1989), "Allies of God or Man? The Viking Expansion in a European Perspective," ''Viator'', pp. 20, 45–59;
* Ian Wood (1987), "Christians and Pagans in Ninth-Century Scandinavia," in B. Sawyer, P. Sawyer and Ian Wood (eds.), ''The Christianization of Scandinavia'' (Alingsås), 36–67.
* Ian Wood (1987), "Christians and Pagans in Ninth-Century Scandinavia," in B. Sawyer, P. Sawyer and Ian Wood (eds.), ''The Christianization of Scandinavia'' (Alingsås), pp. 36–67.


De fout wordt rechtgezet in:
De fout wordt rechtgezet in:
* Simon Coupland (1998), "From Poachers to Gamekeepers: Scandinavian Warlords and Carolingian Kings", ''Early Medieval Europe'', 7 (1), p. 91 en noot 36</ref> Zijn vader is niet bekend. Afgaande op de jaren waarin hij wordt genoemd was dit [[Hemming Halfdansson]], maar dit zou ook [[Anulo]] en [[Reginfrid]] kunnen zijn geweest.<ref name=":0">Stephen M. Lewis, "Rodulf and Ubba. In Search of a Frisian – Danish Viking". In: ''Saga-Book of the Viking Society for Northern Research'' 40 (2016). pp. 6-8.</ref>

Walcheren was in een onbekend jaar door zijn vermoedelijke vader Hemming in leen (''[[Beneficie|beneficium]]'') verkregen van de Roomse keizer. In [[837]] werd Walcheren echter op Hemming en een Frankische graaf genaamd [[Eggihard]] veroverd (beiden werden daarbij gedood) en geplunderd door andere vikingen. Vermoedelijk waren dit zijn eigen zonen Harald en Rorik.<ref name=":0" /> In 841 verkregen Harald en Rorik op hun beurt het dus waarschijnlijk reeds in hun handen verkerende eiland Walcheren in leen (''[[Beneficie|beneficium]]'') van de Roomse keizer [[Lotharius I]] als dank voor de aanvallen die hij had ondernomen op Lotharius' vader [[Lodewijk de Vrome]] tijdens de burgeroorlogen van de jaren 830.<ref>Dit wordt zowel in de ''[[Annales Xantenses]]'' (“frater iam dicti Herioldi iunioris”) als de ''[[Annales Fuldenses]]'' genoemd. De ''[[Annales Bertiniani]]'' vermeldt dat Rorik de neef van Harald was, waarmee waarschijnlijk Harald Klak wordt bedoeld. Zie: Coupland, "Poachers to Gamekeepers", p. 91, noten 40-41.</ref> Vermoedelijk gebeurde dit na de door Lotharius verloren [[Slag bij Fontenoy (841)|Slag bij Fontenoy]] eerder dat jaar, waarna hij in alle macht op zoek ging naar bondgenoten die hem helpen konden.

Harald was vermoedelijk een [[Heiden (geloof)|heiden]] en de bevolking van Walcheren was reeds [[Christendom|christen]]. Waarschijnlijk is dit feit de basis geweest voor de bewering van de Frankische historicus [[Nithard (historicus)|Nithard]] (een tijdgenoot) dat Lotharius een christelijke bevolking onder het bestuur stelde van een groep noormannen en deze toestemming verleende om in het zelfde jaar de christelijke gebieden van zijn vijanden te plunderen. Tussen 840 en 843 was Lotharius betrokken in een burgeroorlog met zijn broers [[Lodewijk de Duitser]] en [[Karel de Kale]] en Nithard schrijft dat Harald in 842 meevocht in zijn leger. Niet lang daarna stierf Harald en was zijn broer gedwongen om naar het hof van Lodewijk de Duitser te vluchten, waar hij noodgedwongen enkele jaren moest verblijven.

Latere bronnen omschrijven Harald allemaal als een heiden. Zo noemt [[Prudentius van Troyes]] hem in zijn ''[[Annales Bertiniani]]'' een "vervolger van het christelijk geloof en een duivelsaanbidder" en noemt hij zijn leen een "volkomen verfoeilijke misdaad".<ref>Coupland, "Poachers to Gamekeepers", p. 92.</ref> Desondanks kan hij toch als een jong man gedoopt zijn aan het keizerlijk hof. Harald Klak en zijn gezin werden namelijk mogelijk inclusief Harald in 826 gedoopt in [[Mainz]], waarbij Lotharius [[peetvader]] was. Harald's zoon [[Godfred Haraldson]] en een van zijn neven bleven ook na het vertrek van Harald de Oudere aan het keizerlijk hof. Aangezien Godfred tot midden jaren 840 bevriend bleef met Lotharius is het goed mogelijk dat Harald zijn neef was, die ook na 826 bij Lotharius bleef en in 834 begon met het uitvoeren van aanvallen op de Friese gebieden van Lodewijk de Vrome.<ref>Coupland, "Poachers to Gamekeepers", p. 93, noot 48.</ref>


Harald werd na zijn dood opgevolgd door zijn zoon [[Rodulf]].<ref name=":0" />
* Simon Coupland (1998), "From Poachers to Gamekeepers: Scandinavian Warlords and Carolingian Kings", ''Early Medieval Europe'', 7 (1), 91 and n. 36</ref>


{{Appendix|2={{references}}
In 841 verkregen hij en zijn broer Rorik het eiland Walcheren in leen (''[[Beneficie|beneficium]]'') van de Roomse keizer [[Lotharius I]] als dank voor de aanvallen die hij had ondernomen op Lotharius' vader [[Lodewijk de Vrome]] tijdens de burgeroorlogen van de jaren 830.<ref>Dit wordt zowel in de ''[[Annales Xantenses]]'' (“frater iam dicti Herioldi iunioris”) als de ''[[Annales Fuldenses]]'' genoemd. De ''[[Annales Bertiniani]]'' vermeldt dat Rorik de neef van Harald was, waarmee waarschijnlijk Harald Klak wordt bedoeld. Zie: Coupland, "Poachers to Gamekeepers", p. 91, 40-41.</ref> Harald was een [[Heiden (geloof)|heiden]] en de bevolking van Walcheren was reeds [[Christendom|christen]]. Waarschijnlijk is dit feit de basis geweest voor de bewering van de Frankische historicus [[Nithard (historicus)|Nithard]] (een tijdgenoot) dat Lotharius een christelijke bevolking onder het bestuur stelde van een groep noormannen en deze toestemming verleende om in het zelfde jaar de christelijke gebieden van zijn vijanden te plunderen. Tussen 840 en 843 was Lotharius betrokken in een burgeroorlog met zijn broers [[Lodewijk de Duitser]] en [[Karel de Kale]] en Nithard schrijft dat Harald in 842 meevocht in zijn leger. Niet lang daarna stierf Harald en was zijn broer gedwongen om naar het hof van Lodewijk de Duitser te vluchten, waar hij noodgedwongen enkele jaren moest verblijven.
----
}}


[[Categorie:Vikingen]]
Latere bronnen omschrijven Harald allemaal als een heiden. Zo noemt [[Prudentius van Troyes]] hem in zijn ''[[Annales Bertiniani]]'' een "vervolger van het christelijk geloof en een duivelsaanbidder" en noemt hij zijn leen een "volkomen verfoeilijke misdaad".<ref>Coupland, "Poachers to Gamekeepers", p. 92.</ref> Desondanks kan hij toch als een jong man gedoopt zijn aan het keizerlijk hof. Harald Klak en zijn gezin werden namelijk mogelijk inclusief Harald in 826 gedoopt in [[Mainz]], waarbij Lotharius [[peetvader]] was. Harald's zoon [[Godfred Haraldson]] en een van zijn neven bleven ook na het vertrek van Harald de Oudere aan het keizerlijk hof. Aangezien Godfred tot midden jaren 840 bevriend bleef met Lotharius is het goed mogelijk dat Harald zijn neef was, die ook na 826 bij Lotharius bleef en in 834 begon met het uitvoeren van aanvallen op de Friese gebieden van Lodewijk de Vrome.<ref>Coupland, "Poachers to Gamekeepers", pp. 93, 48.</ref>{{Appendix|2={{references}}
[[Categorie:Geschiedenis van Zeeland]]
----}}

Versie van 27 dec 2019 18:58

Harald de Jongere (Herioldus iunior in de Annales Xantenses, overleden 864) was een vikingkoning en lid van de Deense koninklijke familie die tussen 841 en 864 heerste over het Zeeuwse eiland Walcheren. Hij was een broer van Rorik van Dorestad (en mogelijk ook van Hemming) en wordt soms verward met zijn oom Harald Klak, naar wie hij waarschijnlijk vernoemd werd.[1] Zijn vader is niet bekend. Afgaande op de jaren waarin hij wordt genoemd was dit Hemming Halfdansson, maar dit zou ook Anulo en Reginfrid kunnen zijn geweest.[2]

Walcheren was in een onbekend jaar door zijn vermoedelijke vader Hemming in leen (beneficium) verkregen van de Roomse keizer. In 837 werd Walcheren echter op Hemming en een Frankische graaf genaamd Eggihard veroverd (beiden werden daarbij gedood) en geplunderd door andere vikingen. Vermoedelijk waren dit zijn eigen zonen Harald en Rorik.[2] In 841 verkregen Harald en Rorik op hun beurt het dus waarschijnlijk reeds in hun handen verkerende eiland Walcheren in leen (beneficium) van de Roomse keizer Lotharius I als dank voor de aanvallen die hij had ondernomen op Lotharius' vader Lodewijk de Vrome tijdens de burgeroorlogen van de jaren 830.[3] Vermoedelijk gebeurde dit na de door Lotharius verloren Slag bij Fontenoy eerder dat jaar, waarna hij in alle macht op zoek ging naar bondgenoten die hem helpen konden.

Harald was vermoedelijk een heiden en de bevolking van Walcheren was reeds christen. Waarschijnlijk is dit feit de basis geweest voor de bewering van de Frankische historicus Nithard (een tijdgenoot) dat Lotharius een christelijke bevolking onder het bestuur stelde van een groep noormannen en deze toestemming verleende om in het zelfde jaar de christelijke gebieden van zijn vijanden te plunderen. Tussen 840 en 843 was Lotharius betrokken in een burgeroorlog met zijn broers Lodewijk de Duitser en Karel de Kale en Nithard schrijft dat Harald in 842 meevocht in zijn leger. Niet lang daarna stierf Harald en was zijn broer gedwongen om naar het hof van Lodewijk de Duitser te vluchten, waar hij noodgedwongen enkele jaren moest verblijven.

Latere bronnen omschrijven Harald allemaal als een heiden. Zo noemt Prudentius van Troyes hem in zijn Annales Bertiniani een "vervolger van het christelijk geloof en een duivelsaanbidder" en noemt hij zijn leen een "volkomen verfoeilijke misdaad".[4] Desondanks kan hij toch als een jong man gedoopt zijn aan het keizerlijk hof. Harald Klak en zijn gezin werden namelijk mogelijk inclusief Harald in 826 gedoopt in Mainz, waarbij Lotharius peetvader was. Harald's zoon Godfred Haraldson en een van zijn neven bleven ook na het vertrek van Harald de Oudere aan het keizerlijk hof. Aangezien Godfred tot midden jaren 840 bevriend bleef met Lotharius is het goed mogelijk dat Harald zijn neef was, die ook na 826 bij Lotharius bleef en in 834 begon met het uitvoeren van aanvallen op de Friese gebieden van Lodewijk de Vrome.[5]

Harald werd na zijn dood opgevolgd door zijn zoon Rodulf.[2]