Landhoofd
Een landhoofd vormt de overgang van een grondlichaam naar een brug of een viaduct.
Het landhoofd bestaat uit de volgende onderdelen: de feitelijke landhoofdbalk, vleugelwanden en stootplaten. Het landhoofd verzorgt de ondersteuning van de feitelijke brug.
Er zijn twee verschillende typen landhoofden. Het hoog gefundeerde landhoofd en het laag gefundeerde landhoofd.
Hoog gefundeerd landhoofd
Bij een hoog gefundeerd landhoofd bevindt zich een talud voor de voorkant van het landhoofd. Hierdoor is de overspanning van de brug groter.
Laag gefundeerd landhoofd
Bij dit type landhoofd is de overspanning van de brug kleiner. Er bevindt zich geen talud voor de voorkant van het landhoofd. Wel is de gronddruk tegen de achterzijde van het landhoofd groter, waardoor er grotere zijdelingse belastingen ontstaan.
Vleugelwanden
De vleugelwanden verzorgen de aansluiting van de landhoofdbalk op het talud.
Stootplaten
De stootplaten of overgangsplaten verzorgen de overgang tussen het grondlichaam naar de landhoofdbalk. Stootplaten worden tegenwoordig vaak uitgevoerd met losse platen van een geringe breedte. Deze stootplaten worden niet onderling gekoppeld.