Contactdoos (lichtnet)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Jcb (overleg | bijdragen) op 26 aug 2010 om 16:09. (→‎Geaard – ongeaard)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Een enkele, geaarde wandcontactdoos, onder meer in Nederland en Duitsland
Een dubbele, niet-geaarde wandcontactdoos
Geaarde wandcontactdoos, onder meer in België en Frankrijk

Een contactdoos, of in de volksmond ook stopcontact genoemd, is een aansluitpunt op het lichtnet voor afname van elektrische energie met behulp van een stekker of contactstop.

Er worden twee uitvoeringen onderscheiden: de wandcontactdoos voor vaste montage, meestal aan of in de muur, en de tafelcontactdoos of stekkerdoos die aan een verplaatsbare leiding is gemonteerd en meestal het uiteinde van een verlengsnoer is. Soms kan het verlengsnoer in een tafelcontactdoos worden opgerold, men spreekt dan van een haspel.

Het bekendst in huis zijn wandcontactdozen met "twee gaten" of aansluitbussen en beschermingscontact. De ene aansluitbus voert meestal ongeveer het aardpotentiaal (of 'nul') en op de andere bus komt een fase binnen met, in Europa, een spanning van 220-240 volt. Het is echter denkbaar dat beide bussen spanning voeren ten opzichte van aarde, bijvoorbeeld als men 220V wil afnemen van een distributienet dat 127V levert. Het beschermingscontact (ook wel randaarde) voert geen spanning en is gelijk aan het aardpotentiaal.

Bij zwaardere apparaten gebruikt men ook wel krachtstroom of draaistroom waarbij niet één, maar drie fasen worden aangesloten. Door een 120° faseverschuiving staat er tussen de drie afzonderlijke 230 volt fasen (in Europa) telkens 400 volt. Dit was voorheen 220V en 380V, waardoor veel vakmensen ook nog de term '380' hanteren in plaats van krachtstroom of driefaseaansluiting.

Geaard – ongeaard

Uit veiligheidsoverwegingen bestaan er naast ongeaarde contactdozen ook geaarde contactdozen. Dat betekent een of twee extra contacten aan de zijkanten of soms in het midden. Een beschermingscontact (ook wel randaarde) is niet verbonden met het lichtnet maar met een punt dat altijd spanningsloos (0 volt) is. Vaak wordt de buitenkant van apparaten uit veiligheid "geaard", maar er kunnen ook technische redenen zijn om een apparaat te aarden. Bij nieuwe installaties is het tegenwoordig verplicht om uitsluitend geaarde wandcontactdozen toe te passen.

Om het inpluggen van apparaten die voor extra veiligheid een aarding vereisen foolproof te maken zijn de stekkers vaak zo gebouwd dat ze niet passen in een ongeaarde contactdoos. Andersom zullen ongeaarde stekkers meestal zowel in geaarde als ook in ongeaarde contactdozen passen. In Nederland is echter een situatie ontstaan waarbij dit deels precies omgekeerd is en netstekkers met beschermingscontact wel in een ongeaarde contactdoos passen, terwijl de (oude, ronde) ongeaarde stekkers niet in een geaarde contactdoos passen. De gedachte hierachter is dat aarding niet noodzakelijk is in een droge ruimte met een isolerende vloer, waar dan ook ongeaarde contactdozen werden toegepast. Deze situatie kan echter gevaar opleveren voor de gebruiker of schade toebrengen aan gevoelige apparatuur (computers) als een apparaat dat aarding vereist (vrijwel alles met een metalen kast) op een ongeaarde contactdoos wordt aangesloten.

Een typisch voorbeeld hiervan zijn computerbeeldschermen met een beeldbuis waarbij soms hoge spanningen op het chassis ontstaan die normaal met een zeer geringe stroomsterkte via de aarding worden afgevoerd. Ontbreekt de aardeaansluiting, dan kan de gebruiker een gevoelige tik krijgen als deze het beschermingscontact van de netstekker aanraakt of de afscherming van de aansluiting op de computer. Een ander voorbeeld hiervan zijn apparaten voorzien van een netfilter zoals een computer. Hoogfrequente stoorsignalen die worden veroorzaakt door het apparaat worden door het netfilter uit het elektriciteitsnet gehouden. Het beschermingscontact wordt gebruikt om de stoorsignalen weg te laten vloeien. Als het apparaat op een ongeaarde contactdoos is aangesloten kunnen de stoorsignalen niet weg vloeien. Bij een computer komt aldus de gehele stalen kast van de computer onder spanning te staan. Ook kan bij het inpluggen randapparatuur in de computer door het overspringen van een (onzichtbare) vonk schade ontstaan aan de apparatuur.

Hoewel ongeaarde contactdozen nog toegelaten zijn in oudere installaties, mag men in België sinds 1981 enkel nog geaarde contactdozen mét verhoogde aanraakbeveiliging (kinderbeveiliging) bijplaatsen. Meer regels over het plaatsen van contactdozen zijn te vinden in het AREI. Zodra een oudere installatie aangepast of uitgebreid wordt mogen geen ongeaarde contactdozen meer worden toegepast. Alle ongeaarde contactdozen in die ruimte moeten worden vervangen door geaarde contactdozen ook als deze tot een andere groep behoren.

Kinderbeveiliging

Veel contactdozen zijn uitgevoerd met verhoogde aanraakbeveiliging (ook wel kinderbeveiliging). Voor contactdozen zonder een dergelijke beveiliging zijn er losse beveiligingsplaatjes te koop die op een contactdoos kunnen worden geplakt. Wil men daarna een stekker in de contactdoos steken, dan moet de stekker een kwartslag rond worden gedraaid, waardoor het beveiligingsplaatje open gaat en de stekker verder gedrukt kan worden.

De Britse contactdozen hebben altijd drie gaten, twee stroomgevende gaten en een aardgat. De twee stroomvoerende gaten zijn door een klepje afgedekt. Bij het insteken van de aardpen wordt het klepje geopend dat de twee andere gaten afsluit.

Bij contactdozen van het Belgische en Nederlandse type is dat niet mogelijk, doordat er geen aardgat is. Bij sommige van deze contactdozen zijn de gaten echter geblokkeerd met een ingenieus klepje dat pas open gaat als men een pen in beide gaten tegelijk steekt. Deze beveiliging is in België verplicht maar wordt in Nederland nog maar weinig toegepast.

Trivia

verspreiding van stekkertypen over de wereld (zie lichtnet voor een kaart met voltages).
  • Een contactdoos kan ingebouwd zijn in bijvoorbeeld de muur (inbouw) of op de muur zijn gemonteerd (opbouw).
  • Met een spanningzoeker kan worden vastgesteld of op een contact elektrische spanning staat.
  • Niet overal ter wereld worden dezelfde contactdozen gebruikt. In het grootste deel van Europa komen contactdozen voor van het schuko-type zoals op de foto is aangegeven. Wereldwijd komen echter veel meer typen voor, die verspreid zijn zoals op deze kaart is aangegeven (zie netstekker voor een uitgebreider overzicht).
Zie de categorie Mains plugs van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.