Troost (bemoediging)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Jasper Kloekmoed (overleg | bijdragen) op 24 jan 2011 om 14:36. (start)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Troost is de menselijke communicatie die een individu kan bieden aan een ander die lichamelijk of geestelijk lijdt (treuren). De gene die de troost ontvangt is wordt getroost. Troost kan geboden worden middels woorden, maar ook door lichamelijk contact. De kern van troosten is dat de getrooste zich niet alleen, verlaten voelt.

Etymologie

Het woord troost hangt samen met het Indo-Europese treu en betekent innerlijke (stand)vastigheid. Het Oud-Griekse woord voor troost is homoniem en betekend eveneens bemoediging.

Consolatio

Consolatio betekent in het Latijn troostgeschrift. Trostgeschriften waren er al in de Klassieke Oudheid bij Seneca. Deze schreef hen nn de vorm van proza. 500 jaar n.Chr. schreef de christelijke filosoof Boëthius de Troost der filosofie als troostgeschrift.

Christelijke context

Het christendom geschouwd troost als onderdeel van het geloof. In het Nieuwe Testament kondigt Jezus aan ten hemel te moeten gaan, om de Trooster zijn plaats in te kunnen nemen[1], daarmee doelend op de Heilige Geest. In de Nieuwe Bijbelvertaling wordt de term paracleitos echter vertaald met pleitbezorger[2].

Christenen halen vaak in slechte tijden troost uit hun geloof aan God. Het bidden en andere rituelen kan hen sterken in deze tijden. Hiervoor worden vaak teksten genomen uit Psalmen. Een bekend voorbeeld hiervan is De Heer is mijn herder[3]

Literatuur

  • Charles Favez: La Consolation latine chrétienne. Paris 1937.
  • Konrad Fuchs, Heribert Raab: Wörterbuch zur Geschichte. Band 1, München 1996, ISBN 3-423-03364-9
  • Rudolf Kassel: Untersuchungen zur griechischen und römischen Konsolationsliteratur München 1958.
  • Peter von Moos: Consolatio. Studien zur mittellateinischen Trostliteratur über den Tod und zum Problem der christlichen Trauer. München, Wilhelm Fink Verlag, 1971-72, ISBN 978-3-7705-2534-8

[bron?]

  1. NBG 51 Johannes 16:7
  2. NBV Johannes 16:7]
  3. NBV Psalm 23