Tapir van Auvergne

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Tapirus arvernensis)
Tapir van Auvergne
Status: Uitgestorven
Fossiel voorkomen: Plioceen-Pleistoceen
Kaak in het Muséum national d'Histoire naturelle in Parijs
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Mammalia (Zoogdieren)
Orde:Perissodactyla (Onevenhoevigen)
Familie:Tapiridae (Tapirs)
Geslacht:Tapirus
Soort
Tapirus arvernensis
Croizet & Jobert, 1828
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Zoogdieren

De tapir van Auvergne[1] (Tapirus arvernensis) is een uitgestorven tapir die tijdens het Plioceen en Pleistoceen in Europa leefde.

Fossiele vondsten[bewerken | brontekst bewerken]

Fossielen van de tapir van Auvergne zijn gevonden in Nederland, Frankrijk, Spanje, Italië, Slowakije, Hongarije, Roemenië, Griekenland, Moldavië en Rusland.[2] De vondsten dateren uit het European land mammal ages Ruscinian (5,3-3,4 Ma) en Villafranchian (3,5-1,0 Ma), vallend binnen het Plioceen en Vroeg-Pleistoceen.[3] In Nederland zijn op drie plaatsen fossiele kiezen gevonden: bij Hoek van Holland (Zuid-Holland), in Langenboom (Noord-Brabant) en in Maalbeek (Limburg). Een volledig skelet is gevonden in het Spaanse Camp dels Ninots.

Meerdere tapirsoorten leefden in het Mioceen en Plioceen in Europa. Waarschijnlijk heeft het begin van de ijstijden, toen de bossen plaats maakten voor savannes, geleid tot het verdwijnen van de Europese tapirs.

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De tapir van Auvergne was een relatief kleine tapirsoort met een geschat gewicht van tweehonderdvijftien kilogram.[4] De soort verschilde niet veel in uiterlijk van de hedendaagse tapirs. Gezien de sterke uiterlijke gelijkenis, wordt verondersteld dat de tapir van de Auvergne ook een vergelijkbare levenswijze had, dus een herbivoor die dichte bossen bewoonde.