Wouter VI Berthout

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Wapen van de familie Berthout

Wouter VI Berthout, bijgenaamd De Grote, (gestorven 1286) was heer van Mechelen tussen 1243 en 1286.

Hij was de zoon van Wouter V Berthout en was als heer van Mechelen een leenman van de prins-bisschop van Luik. Onder zijn bewind kende de lakenhandel in Mechelen een grote bloei. Hij slaagde erin zijn machtsbasis uit te bouwen door zijn leenheer uit te spelen tegen de hertog van Brabant. Hij was immers getrouwd met een nicht van hertog Hendrik II. Dit leidde tot een korte belegering van Mechelen in 1268 door prins-bisschop Hendrik III van Gelre, gesteund door de graven van Gelderland, Gullik en Loon. Na negen dagen werd de belegering echter al opgebroken en werden onderhandelingen gevoerd, die uiteindelijk alles bij het oude lieten.

Huwelijk[bewerken | brontekst bewerken]

Wouter huwde in 1238 met Maria van Auvergne (gestorven 19 mei 1280), de dochter van Willem X van Auvergne en Adelheid van Brabant. Ze kregen vijf kinderen: