Stedelijke vergroening

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Vergroening)

Met stedelijke vergroening, stadsvergroening of urbane vergroening bedoelt men het aanbrengen van (aanzienlijk) meer begroeiingen in stedelijke omgevingen. Het begrip omvat een breed scala aan verrichtingen, waaronder bijvoorbeeld de aanleg van groene daken, verticale tuinen, borders en de aanplant van bomen.

Maatschappelijk belang[bewerken | brontekst bewerken]

De realisering van stedelijke vergroening kent verscheidene doeleinden.

Esthetische waarde[bewerken | brontekst bewerken]

Veel stedelijke vergroeningsprojecten worden vanuit een esthetisch motief gerealiseerd. Over het algemeen wordt aanplant in kale, stenige stadsomgevingen als verfraaiend beschouwd.

Mentale gezondheid[bewerken | brontekst bewerken]

Verscheidene onderzoeken tonen aan dat meer begroeiingen in stedelijke omgevingen significant bijdragen aan de leefbaarheid en het geestelijk welzijn van de bevolking. Een omgeving met meer begroeiingen bevordert het herstel van onder andere stress en depressie.[1][2]

Klimaatadaptie[bewerken | brontekst bewerken]

Vergroeningsprojecten kunnen op verschillende wijzen aanzienlijk bijdragen aan het klimaatbestendiger maken van stedelijke omgevingen.

Waterbeheer[bewerken | brontekst bewerken]

Stedelijke vergroening kan – wanneer het als doeltreffend ontwerpelement wordt ingezet – een belangrijke rol spelen bij het beperken of voorkomen van wateroverlast. De infiltratie bij de begroeiingen kan dan zorgen voor vermindering van overtollig water op wegverhardingen en er wordt minder water afgevoerd via de riolering. Een begroeiing kan ook zorgen voor het aanvullen van het grondwater.

Hitte[bewerken | brontekst bewerken]

Begroeiingen in stedelijke gebieden kunnen een belangrijke rol spelen bij het tegengaan van de gevolgen van het hitte-eilandeffect, omdat ze zorgen voor verkoeling door de transpiratie en schaduwwerking.[3]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]