Ålänningens sång

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De Ålänningens sång (Zweeds voor Lied van de Ålander) is het officiële volkslied van Åland, een autonome Zweedssprekende eilandengroep van Finland.

Het lied is gecomponeerd door Johan Fridolf Hagfors, de tekst is van John Grandell. Het geldt als volkslied sinds 1922.

Tekst[bewerken | brontekst bewerken]

Zweedse tekst
Landet med tusende öar och skär,
danat ur havsvågors sköte.
Åland, vårt Åland, vår hembygd det är.
Dig går vår längtan till möte!

Forngravars kummel i hängbjörkars skygd
tälja din tusenårs saga.
Aldrig förgäta vi fädernas bygd,
vart vi i fjärrled än draga
vart vi i fjärrled än draga

Skönt är vårt Åland när fjärdar och sund
blåna i vårljusa dagar,
ljuvt är att vandra i skog och i lund,
i strändernas blommande hagar.

Midsommarstången mot aftonröd sky
reses av villiga händer,
ytterst i utskärens fiskareby
ungdomen vårdkasar tänder
ungdomen vårdkasar tänder

Skönt är vårt Åland när vågsvallet yr
högt mot de mäktiga stupen
när under stjärnhimlen kyrkfolket styr
över de islagda djupen.

Ryter än stormen, i stugornas ro
spinnrocken sjunger sin visa
minnet av barndomens hägnande bo
sönerna lyckligast prisa
sönerna lyckligast prisa.

Aldrig har åländska kvinnor och män
svikit sin stam och dess ära;
ofärd oss hotat, men segervisst än
frihetens arvsrätt vi bära.

Högt skall det klinga, vårt svenska språk,
tala med manande stämma,
lysa vår väg som en flammande båk,
visa var vi äro hemma
visa var vi äro hemma

Nederlandse vertaling
Het land van duizend eilanden en scheren
Geboren vanuit diep onder de golven
Åland, ons Åland, dat is ons thuis
Naar jou gaat ons verlangen uit

Eeuwenoude graven onder de berken
Vertellen over onze duizendjarige geschiedenis
We zullen het land van onze (voor)vaders nooit vergeten
Maakt niet uit waarheen we ook gaan
Maakt niet uit waarheen we ook gaan

Aangenaam is ons Åland wanneer baaien en zeestraten
blauw worden in de heldere lentedagen
Het is heerlijk te wandelen in bos en bosschage
In de bebloemde velden van onze kusten

De meiboom naar de rode avondzon
Wordt opgeheven door gewillige handen
Het verste in het vissersdorp aan de scherenkust
De bakens worden aangestoken door de jongelui
De bakens worden aangestoken door de jongelui

Aangenaam is ons Åland wanneer het schuim van de golven
Draait tegen de machtige klif
Onder de sterrenhemel worden de kerkgangers geleid
Over de ijzige diepten van de zee

Zelfs als de storm brult is het vredig in de huisjes
Het lied over het spinnewiel wordt gezongen
De herinnering aan de liefdevolle kinderjaren wordt
Gelukkig geprezen door de zoons
Gelukkig geprezen door de zoons

Nooit hebben de Ålandse mannen en vrouwen
de eer van hun stam te schande gemaakt
Oorlogen bedreigden ons, maar nu overwinnend
Dragen wij de erfenis van vrijheid

Luid zal het klinken, onze Zweedse taal
Gesproken met een aanmoedigende stem
Verlicht onze weg als een teken van vlammen op zee
Laat ons zien waar wij horen
Laat ons zien waar wij horen

(Dit is een vrije, onofficiële, vertaling.)