Adelognathus

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 23 dec 2019 om 19:55.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Adelognathus
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Hymenoptera (Vliesvleugeligen)
Familie:Ichneumonidae (Gewone sluipwespen)
Geslacht
Adelognathus
Holmgren, 1857
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Adelognathus op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

Adelognathus is een geslacht van gewone sluipwespen (Ichneumonidae). De wetenschappelijke naam werd voor het eerst geldig gepubliceerd door August Holmgren in 1857.

Adelognathus is het enige geslacht uit de subfamilie Adelognathinae. Er zijn ongeveer 46 soorten beschreven die voorkomen in het Holarctisch gebied.[1]

Leefwijze

Soorten uit Adelognathus zijn klein, meestal niet langer dan 4 mm, en voor zover bekend zijn het externe parasitoïden van de larven van zaagwespen en bladwespen (Pamphiliidae en Tenthredinidae). De wijfjes leggen eitjes op deze larven en de larven voeden zich ermee.

Sommige soorten als Adelognathus leucotrochi[1] uit het Verenigd Koninkrijk zijn koinobiont, dat wil zeggen dat de gastheer enkel tijdelijk wordt verlamd door de sluipwesp bij het leggen van de eitjes, maar daarna terug mobiel wordt en doorgaat met vreten gedurende het eerste deel van de ontwikkeling van de parasitoïdelarve. A. leucotrochi gebruikt de larven van Nematus leucotrochus als gastheer. Andere soorten waaronder Adelognathus difformis (die Platycampus luridiventris parasiteert) en Adelognathus cubiceps (die Pontania-soorten parasiteert) zijn idiobiont: zij verlammen de gastheer volledig en permanent en doden hem uiteindelijk.

De larven voeden zich met hemolymfe of ander weefsel van hun gastheer aan een wonde die de wesp met haar mandibels heeft gemaakt. De ontwikkeling van de larven gebeurt gewoonlijk zeer snel; bij A. leucotrochi in ongeveer 70 uur. Gedurende die periode doorlopen ze vijf stadia (instars), waarna ze de gastheer verlaten en in een cocon de winter doorbrengen.

Soorten