Berlin-Köpenick
Wijk van Berlijn | |
---|---|
Kerngegevens | |
Gemeente | Berlijn |
District | Treptow-Köpenick |
Coördinaten | 52°26'45"NB, 13°34'38"OL |
Oppervlakte | 34,9 km² |
Inwoners (30 juni 2023) |
69.939[1] |
Overig | |
Postcode(s) | 12459, 12555, 12557, 12559, 12587 |
Köpenick is een stadsdeel in het Berlijnse district Treptow-Köpenick aan de samenvloeiing van de Dahme en de Spree. Het is met 35 km² het grootste stadsdeel van Berlijn en omvat de wijken Altstadt, Kietzer Vorstadt, Dammvorstadt, Köpenick-Nord (incl. Siedl, Dammfeld, Elsengrund, Uhlenhorst en Wolfsgarten), Amtsfeld-Kämmereiheide (Salvador-Allende-Viertel), Köllnische Vorstadt, Spindlersfeld, Wendenschloß (incl. Siedlung Kietzer Feld).
Köpenick wordt wegens zijn vele groen, de long van Berlijn genoemd. Het stadsdeel werd bekend door de figuur van de Hauptmann von Köpenick en telt 69.939 inwoners.
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]Vooraleer Köpenick in 1920 ingelijfd werd door Groot-Berlijn, had het al een lange geschiedenis achter de rug als zelfstandige stad. De eerste vermelding in een document dateert van 1209 als Copánic, van het Oud-Slavische Kopanica en is dus ouder dan Berlijn-Cölln, dat pas voor het eerst vermeld wordt in een akte uit 1237. Het grootste deel van zijn geschiedenis was de stad bekend als Cöpenick. De huidige spelling dateert van 1931.
Het Slavische kasteel van rond 800 werd in 1245 ingenomen door de markgraven Johan I en Otto III van Brandenburg, die hun rivalen Hendrik III van Meißen en de aartsbisschop van Maagdenburg versloegen. In 1631, tijdens de Dertigjarige Oorlog, trachtten gezanten van George Willem van Brandenburg in Köpenick (tevergeefs) te onderhandelen met het leger van Gustaaf Adolf van Zweden, om een aanval op Brandenburg te vermijden.
Na 1685 vestigden zich veel hugenoten in het stadje, omdat keurvorst Frederik Wilhelm I van Brandenburg hen toestemming had gegeven een kolonie te stichten. De vorst bouwde een slotkerk die tevens ter beschikking stond van de Franse gereformeerde gemeente. Deze ging in 1810 op in de Duitstalige slotkerkgemeente.
In 1906 nam de schoenmaker Wilhelm Voigt, verkleed als een Pruisisch officier, bezit van het stadhuis van Köpenick. Deze schelmenstreek werd de inspiratiebron voor een toneelstuk van Carl Zuckmayer, de Hauptmann von Köpenick en voor verschillende films en tv-producties. Köpenick was tijdens de Koude Oorlog een deel van Oost-Berlijn.
Bekend is het Slot Köpenick dat in 1558 gebouwd werd als jachtslot voor Joachim II Hector van Brandenburg in renaissancestijl. Het gebouw werd door Frederik I van Pruisen verbouwd, die er ging wonen met zijn eerste echtgenote Elisabeth Henriëtte van Hessen-Kassel. Het kasteel wordt thans als museum gebruikt.
In 1933 werden in Köpenick honderden oppositieleden in Berlijn door de nazi's gearresteerd en ondergebracht in de rechtbank bij de gevangenis van het stadsdeel. Mishandelingen door leden van de SA volgden met tientallen doden en voor het leven verminkten tot gevolg.[2][3]
Geboren
[bewerken | brontekst bewerken]- Laura Ludwig (1986), beachvolleyballer
Overleden
[bewerken | brontekst bewerken]- Mentona Moser (1874-1971), Zwitserse maatschappelijk werkster, communiste en schrijfster
Externe links
[bewerken | brontekst bewerken]Noten
[bewerken | brontekst bewerken]