Cornelis Velsen
Cornelis Velsen (1703 - 1755) was een Nederlands waterbouwkundig tekenaar en rivierdeskundige.
Hij is opgeleid als landmeter en werkt vanaf 1730 voor het hoogheemraadschap van Rijnland. Dat leent hem uit aan de Statencommissie voor ’s lands rivieren, een voorloper van Rijkswaterstaat. De bedoeling is dat deze Statencommissie zich zal ontwikkelen tot een Provinciale Waterstaat. Hier ontwikkelt hij zich in de periode van 1731 - 1740 tot een gezaghebbende expert in het voorkomen van overstromingen, vanaf 1733 samen met zijn collega Cruquis. In 1749 publiceert hij een Rivierkundige verhandeling waarin hij adviseert de rivieren uit te diepen en de stroom te reguleren met kribben.
De afvoer van Rijn en Waal
[bewerken | brontekst bewerken]Deze verhandeling wordt ook na zijn dood nog een aantal keren herdrukt. Het boek leidt echter ook tot een verzwakking van de positie van Cornelis Velsen. Hij gaat uit van een precieze analyse van de zwakke plekken van het riviersysteem. Hij ontwikkelde de visie dat de waterstroom door waterstaatkundige ingrepen begeleid en qua snelheid en omvang geoptimaliseerd moest worden. Hier door kunstmatige versmalling, daar door afgraving van bochten of uitsteeksels die de stroming verstoorden. In deze aanpak werd de rivier zelf gebruikt om de ondiepten uit te schuren. Het was een intelligente oplossing voor een vraagstuk dat al jaren speelde. Velsen spiegelde zijn publiek geen illusies voor. Eerst op heel lange termijn, misschien wel voor de duur van enkele generaties, en alleen door het consequent volgen van de eenmaal gekozen strategie zouden hoge waterstanden en dijkdoorbraken tot het verleden kunnen behoren. Maar dit is een oplossing die veel geld kost en niet op korte termijn een oplossing biedt. De financiers (met name dus Rijnland en Delfland) zagen dat niet zitten en hadden een grote voorkeur om bij hoogwater kombergingsgebieden net stroomopwaarts van het splitsingspunt van Rijn en Waal onder water te zetten. Dus geen oplossing, maar symptoombestrijding; dit was op korte termijn goedkoper. Het hoogheemraadschap weet dit kortetermijnstandpunt door te drukken bij de Staten van Holland, mede omdat de raadpensionaris Pieter Steyn tevens dijkgraaf van Rijnland is. Binnen enkele maanden wordt de commissie voor de rivieren volledig gereorganiseerd en dan moet ook Velsen het veld ruimen, onder andere door druk van Dirk De Raadt, afgevaardigde van de stad Leiden in de Staten van Holland en ook hoogheemraad van Rijnland.[1] Hij kan terugvallen op zijn baan als klerk van het hoogheemraadschap en vanuit die positie probeert hij zijn kennis alsnog in te zetten door de ontwikkeling van een baggerschip.
De krabbelaar
[bewerken | brontekst bewerken]Rond 1750 komt hij met een praktische vinding: een krabbelaar, een soort baggerschip. Deze vinding biedt hij aan aan de Staten van Holland en moet behandeld worden door de Statencommissie voor de octrooiaanvragen. Deze commissie staat onder voorzitterschap van de stad Delft. Met een lier achterop het vaartuig wordt een hekwerk met pennen over de rivierbodem gesleept. De stroming voert het loskomende slib mee, zodat de rivier dieper wordt. Bij het voorstel voegt hij een tekening. Dit voorstel wordt niet geaccepteerd (op verzoek van reeds genoemde Dirk De Raadt).[2]
Cartograaf
[bewerken | brontekst bewerken]Velsen is van huis uit cartograaf. Er zijn van hem enkele kaarten bekend, onder andere van de omgeving van Haarlem en van de loop van Rijn en Waal in Nederland; deze kaart is vele malen herdrukt.
De locatie van originele exemplaren van deze publicaties is te vinden door uitvouwen van Bibliografische Informatie hieronder en dan op het OCLC nummer achter ‘world cat identities’ te klikken.
- Cornelis Velsen (1745). Aanmerkingen over de tegenwoordige staat van de Haerlemmer Meer. Waar in wert aangetoont hoe noodzaakelyk die moet worden drooggemaakt, en op wat wyze dit kan geschieden, dat de steden Haerlem, Leyden, en Amsterdam, als mede het Hoogheemraadschap van Rhynland, met kaart. Daniel Goetval, Leiden, 40 blz. Gearchiveerd op 4 oktober 2022.
- Cornelis Velsen (1744). Aanmerkingen van Cornelis Velsen Geadmitteert landmeeter, op de zeerlangduurige en naauwkeurige observatien, omtrent de rivieren de Wael, Maas, Merwede en Leck tot aan zee gedaan; aantoonende hoe sig die verdorven hebben, als mede het gevaar waar in de provincien, Gelderland, Holland, Utregt en Overyssel, sig bevinden, indien 'er geen spoedige hulpmiddelen werden aangewent, waar van de eenigste die te vinden zyn, werden vertoont &Cc. door Justus van den Burchgraaf. Daniel Goetval, Leiden, 70 blz. Gearchiveerd op 3 oktober 2022.
- Cornelis Velsen, Melchior Bolstra (18 juni 1745). Consideratien over de doorbraak van den Spykschen dyk, de gevolgen van dien, en over de middelen van herstelling dijken, (tekening is niet gescand), Den Haag, 12 blz. Gearchiveerd op 4 oktober 2022.
- Cornelis Velsen (1768). Rivierkundige verhandeling, afgeleid uit waterwigt- en waterbeweegkundige grondbeginselen, en toepasselyk gemaakt op de rivieren, den Rhyn, de Maas, de Waal, de Merwede, en de Lek: waar in de aloude en tegenwoordige toestand dier rivieren overwogen; de gevaaren, die men uit derzelver verandering te dugten heeft, aangewezen, en middelen ter verbeteringe derzelve en ter voorkominge van overstroomingen voorgesteld worden, (figuren en kaarten zijn niet gescand; voor algemene kaart uit dit boek zie hieronder). Isaak Tirion, Amsterdam, 256 blz. Gearchiveerd op 7 oktober 2022.
Kaarten
- Cornelis Velsen (1770). Kaart van den loop der rivieren de Rhyn, de Maas, de Waal, de Merwe, en de Lek door de provincien van Gelderland, Holland en Utrecht.
- Cornelis Velsen. Kaart van Haarlem en haar rechtsgebied en de heerlijkheden van Heemstede, Bennebroek, Vogelenzang, Overveen, Bloemendaal en Spaarndam., (copie).
Bronnen
- A.J. van der Aa (1852 - 1878). Cornelis Velsen, Biografisch woordenboek de Nederlanden. J.J. van Brederode, Haarlem, deel 18 blz 83.
- F. Jos. van den Branden; J.G. Frederiks, Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde. Geraadpleegd op 16-2-2020.
Referenties
- ↑ van den Brink, P. (2003). Rijnland en de rivieren, Inrichting en vormgeving van de Hollandse rivierzorg in de achttiende eeuw. Tijdschrift voor waterstaatsgeschiedenis 12 (2003-2): 89-98 (Uitgeverij Verloren). ISSN: 0927-3336.
- ↑ stadsarchief Delft, kansloze krabbelaar. Gearchiveerd op 16 januari 2021. Geraadpleegd op 16-2-2020.