Felix Rutten
Felix Rutten | ||||
---|---|---|---|---|
Dr. Felix Rutten achter zijn bureau in zijn werkkamer
| ||||
Algemene informatie | ||||
Volledige naam | Felix Jean Joseph Hubert Rutten | |||
Geboren | 13 juli 1882 | |||
Geboorteplaats | Sittard | |||
Overleden | 22 december 1971 | |||
Overlijdensplaats | Rome | |||
Land | Nederland | |||
Werk | ||||
Bekende werken | Limburgsche sagen | |||
Dbnl-profiel | ||||
|
Felix Jean Joseph Hubert (Felix) Rutten (Sittard, 13 juli 1882 - Rome, 22 december 1971) was een Limburgse schrijver en dichter. Hij publiceerde zowel in het Nederlands als in het Sittards dialect. Hij stierf op dezelfde dag als zijn grote vriend, de schrijver Godfried Bomans.
Levensschets
Felix Rutten studeerde Germaanse filologie aan de Franstalige Katholieke Universiteit Leuven en promoveerde in 1909 aan de Universiteit van Luik op een proefschrift over Joost van den Vondel.
Vanaf 1910 maakte hij reizen door Europa en Noord-Afrika en deed daarvan verslag in literaire reisboeken. Tussen 1914 en 1929 verbleef hij in Nederland. Van 1919 tot 1929 was hij getrouwd met de schrijfster Marie Koenen, met wie hij in het Zuid-Limburgse Geulle woonde. Na de scheiding vertrok hij naar Rome. Hij werd bekend als de Limburgse Romein en voor zijn promotie voor de stad Rome kreeg hij in 1957 de medaille van verdienste van de eeuwige stad.
Als dichter kan Rutten gezien worden als een navolger van de Tachtigers. De meeste verhalen en gedichten in het Sittards dialect schreef hij vanaf zijn 70e verjaardag. Bij zijn 80e verjaardag werd hij benoemd tot ereburger van de stad Sittard. In Sittard staat van hem een borstbeeld in een straat die naar hem is genoemd.
Publicaties
- Eerste verzen (1905)
- Ons Eigen Land: Van de zuidelijke zandvlakten en heuvelrijen (1908)
- Avondrood (1913)
- Goede Vrijdag (1914)
- Onder den rook der mijn (1914)
- Limburgsche sagen (1916)
- Hagar (1917)
- Sinte-Franciscus-Gebarenspel (1917)
- Eva's droom (1917)
- De rabbijn van Selcha (1917)
- Levenswijding (1917)
- Beatrijs (1918)
- Ons mooie Nederland: Limburg (1918)
- Vreemdelingenverkeer en Democratie: Rede (1919)
- Jessonda (1920)
- Jong Leven Verzen (1920), co-auteur: Marie Koenen
- Sonnetten (1921)
- De verzonken tuin (1923)
- Spanje (1924)
- Brugge (1925)
- Bijbelsch Leesboek (1926), co-auteur: Huib Luns
- Polen, een herboren land (1931)
- Geschiedenis van Asselt (z.j.), (co-auteurs: G. Krekelberg en Pinckers)
- Joegoslavië (1937)
- Confiteor (1938)
- Alexander Manzoni (1939)
- Iwan (1955)
- Toskane, druivenland (1962)
- Terugblik 1880-1930 (2003)
Dialectwerken:
- Alaaf Zitterd, Leidjes in Oos Plat (1956)
- Registro, dialektverzen (1957)
- Daags veur Krismes (1957)
- Limburg zingt, liederen in Sittards dialect (1957)
- Novellen, Sittards dialect (1958)
- 't Geheim van de gröb (1962) (Veldeke-serie)
- Doe bleefs in mich, bloemlezing uit zijn dialectwerk (1982)
- Oet awd Zitterd (1993)
Felix Rutten publiceerde regelmatig poëzie en proza in het tijdschrift van de dialectvereniging Veldeke en verder in de Dietsche Warande en Belfort, De Gemeenschap, De Beweging, De Groene Linde, De Gids, Roeping, Onze Eeuw, De Beiaard, De Aarde en haar Volken, Orpheus, Eigen Haard, Den Gulden Winckel, Ons Eigen Tijdschrift, Vlaamsche Arbeid, Mededeelingen Nederlands Historisch Instituut Rome en het Limburgs Dagblad (1955-58). Daarnaast was Rutten mederedacteur van Nedermaas, Limburgs geïllustreerd Maandblad.
Literatuur
- José BOYENS, Felix Rutten, Tachtig jaar Italiaans Nederlanderschap, in: Roeping, 1962-63.
- Fernand BONNEURE, Felix Rutten, in: Brugge Beschreven. Hoe een stad in teksten verschijnt, Brussel, Elsevier, 1984.
- Adri GORISSEN, De abdis en de zwerver. Marie Koenen en Felix Rutten en hun huwelijksjaren in Geulle, 2005.
- Adri GORISSEN, Een Noorse liefde. Het weggestopte verlangen van Felix Rutten, 2012.