Gebruiker:Erik Wannee/Julius Sundblom

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Erik Wannee/Julius Sundblom
Standbeeld van Julius Sundblom, in Mariehamn
Volledige naam August Julius Sundblom
Geboren 22 juni 1865
Geboorteplaats Jettböle
Overleden 23 augustus 1945
Overlijdensplaats Mariehamn
Regio Åland
Portaal  Portaalicoon   Politiek

August Julius Sundblom (Jettböle, gemeente Jomala, 22 juni 1865 - Mariehamn, 23 augustus 1945[1]) was een Ålands hoofdredacteur en politicus.

Jeugd[bewerken | brontekst bewerken]

Julius Sundblom werd geboren in de pastorie van het gehucht Jettböle. Zijn moeder, Juliana Lovisa Johansson, kwam van het eiland Sottunga; zijn vader, Johan August Sundblom was afkomstig uit Föglö en werkte in Jomala als leraar. Na de basisschool in de hoofdstad Mariehamn te hebben doorlopen ging Julius naar het seminarie in Nykarleby, Österbotten. Nadat hij daar in 1887 afgestudeerd was, werd hij directeur van een particuliere school in Jomala. Een jaar later trouwde hij met Hilda Olivia Fredenberg (1869–1940). Ze kregen zes kinderen.[2]

Journalistieke en politieke activiteiten[bewerken | brontekst bewerken]

Sundblom schreef regelmatig artikelen over Åland in een krant in Turku. Op 1 april 1891 verscheen het eerste nummer van Tidningen Åland, met Sundblom als redacteur.[3] Van 1891-'96 en van 1921-'45 was hij hoofdredacteur van deze krant. Hij gebruikte die positie meerdere malen om de bevolking van Åland te mobiliseren met campagnes, onder andere voor het realiseren van een winter-bootverbinding van Stockholm via Åland naar Turku.[4] Na een korte periode waarin hij voor een Finse krant werkte, keerde hij in 1901 terug naar Åland. Vanwege de Russische censuur werd hij genoodzaakt om gedurende twee jaar uit te wijken naar Stockholm. In die tijd schreef hij ook voor Hufvudstadsbladet: de grootste Zweedstalige krant in Finland.[5]

Al vroeg werd Sundblom ook politiek actief. In 1896 woonde hij in Helsinki een partijbijeenkomst bij van de grote Zweedstalige partij. Bij de grote staking van 1905 was hij stakingsleider samen met Carl Björkman als vicevoorzitter. Sundblom werd geleidelijk radicaler in zijn uitingen, bijvoorbeeld met een voorstel om de vuurtoren van Lågskär op te laten blazen. Na een hervorming van de vertegenwoordiging van Åland in 1906 werd Sundblom een van de meest prominente leden van de Zweedse volkspartij.

Sundblom (l) en Björkman (r) worden in 1920 als helden ingehaald, direct nadat ze zijn vrijgelaten uit de gevangenis in Turku.

De kwestie rond de zelfbeschikking van Åland[bewerken | brontekst bewerken]

Tijdens de nadagen van de Eerste Wereldoorlog diende de kwestie over de autonomie van Åland zich aan. Åland was sinds de Krimoorlog gedemilitariseerd om de macht van Rusland in de Oostzee-regio te breken. Desondanks waren er tijdens de Eerste wereldoorlog toch weer Russische troepen op de eilanden gestationeerd[6], wegens de februarirevolutie in 1917 waarbij de laatste tsaar, Nicolaas II, werd afgezet. Op 20 augustus van dat jaar kwamen, op initiatief van Carl Björkman en Johannes Eriksson, vertegenwoordigers van alle gemeenten uit Åland bijeen in Strömsvik in Finström, in het noorden van het hoofdeiland. Sundblom was daar aanwezig namens de hoofdstad Mariehamn. Er werd besloten dat een delegatie bestaande uit Sundblom, Björkman, Eriksson en Gösta Lindeman naar Zweden zou gaan om daar een geheime brief aan de Zweedse koning te overhandigen. Op het allerlaatste moment liet Sundblom, tot teleurstelling van Eriksson, weten dat hij niet mee ging. Aanvankelijk was hij van de groep het meest terughoudend ten aanzien van de wens om zich bij Zweden aan te sluiten, maar naarmate meer en meer duidelijk werd dat Åland zou worden 'verfinst', werd hij meer vastbesloten. Na het overleggen van 7097 handtekeningen (overeenkomend met 96% van de meerderjarige bevolking van Åland) zag Sundblom er echter opnieuw van af, onder verwijzing naar zijn opdracht als volksvertegenwoordiger. Toen eind januari 1918 een burgeroorlog uitbrak werd Sundblom gedwongen om onder te duiken en kon pas in mei terugkeren naar Åland.

Opnieuw ontstond er bij Björkman twijfel over wat volgens hem de beste oplossing zou zijn voor Åland, maar na een bezoek aan de minister van Marine Erik Palmstierna in Stockholm was Sundblom vastbesloten om het advies van de minister op te volgen en een 'Åland-raad' te vormen, ondanks de gouverneur Hjalmar von Bonsdorff's dreigementen tegen de separatistische leiders.[7] Het driemanschap Björkman - Eriksson - Sundblom kwam nu voor een paar decennia aan de leiding voor de Ålandbeweging en voor de regering van Åland. Het conflict met von Bonsdorff ging ook over censuur, waarbij Sundblom weigerde de Finse vertegenwoordigers te laten dicteren wat er in de krant moest komen.[8] In januari 1919 reisde een driekoppige deputatie bestaande uit Eriksson, Sundblom en Johan Jansson naar de vredesonderhandelingen in Versailles om de zaak van de Ålanders voor te stellen. Het conflict met Finland escaleerde geleidelijk. Een voorstel van Finse zijde in juni 1920 voor uitgebreid zelfbestuur van Åland werd categorisch afgewezen door de Ålanders. Het antwoord van de Finse regering was om een ​​arrestatiebevel uit te vaardigen tegen Björkman, Eriksson en Sundblom, beschuldigd van hoogverraad. Toen Eriksson in Stockholm was, konden alleen Björkman en Sundblom worden gearresteerd. Na vijf weken voorarrest werden de verdachten voorlopig vrijgelaten, maar het vonnis op 2 september werd vernietigd. Onder sterke internationale druk kregen ze beiden in oktober gratie van de regering, na weken in hechtenis en veroordelingen in het Turku Hof van Beroep en het Hooggerechtshof.[9] Tijdens haar bijeenkomst in Genève, Finland op 24 mei 1921, verleende de Volkenbond soevereiniteit over de eilanden, Zweden kreeg de garantie dat de eilanden gedemilitariseerd zouden blijven en Åland kreeg zijn autonomie. Ondanks de tegenspoed van de Volkenbond was het vertrouwen van de Ålanders in Sundblom ongeschonden, en bij de eerste provinciale verkiezingen in mei 1922 kreeg de oppositie slechts één mandaat.


Återigen uppstod en skepsis till vad som är den bästa lösningen för Åland, enligt Björkman, men efter ett besök hos den scenske sjöministern Erik Palmstierna i Stockholm var Sundblom fast besluten att följa ministerns råd och bilda ett åländskt landsting, trots landshövdingen Hjalmar von Bonsdorffs hotelser mot separatistledarna.[7] Triumviratet Björkman – Eriksson – Sundblom kom nu att stå i ledningen för Ålandsrörelsen och för det åländska styret under ett par decennier framåt. Konflikten med von Bonsdorff handlade även om censur, där Sundblom vägrade låta de finländska representanterna diktera vad som skulle tryckas i tidningen.[8] I januari 1919 reste en tremannadeputation bestående av Eriksson, Sundblom och Johan Jansson till fredsförhandlingarna i Versailles för att framställa ålänningarnas sak. Konflikten med Finland trappades allt eftersom upp. Ett förslag från finsk sida i juni 1920 om utvidgad Åländsk självstyrelse avvisades kategoriskt av ålänningarna. Den finska regeringens svar blev att utfärda en arresteringsorder på Björkman, Eriksson och Sundblom, anklagade för högförräderi. Då Eriksson befann sig i Stockholm kunde endast Björkman och Sundblom häktas. Efter fem veckor i häktet släpptes de åtalade fria tills vidare, men domen den 2 september blev fällande. Efter starka internationella påtryckningar benådades de båda av regeringen i oktober, efter veckorna i häktet och fällande domar i Åbo hovrätt och i Högsta Domstolen.[9] Den 24 maj 1921 tillerkände Nationernas Förbund vid sitt möte i Genève Finland suveräniteten över öarna, Sverige garanterades att öarna skulle förbli demilitariserade och Åland fick sitt självstyre. Trots motgången i Nationernas Förbund var ålänningarnas förtroende för Sundblom obruten, och vid de första landstingsvalen i maj 1922 fick oppositionen endast ett mandat.[10]

Het graf van Sundblom in Jomala.

Tiden efter Ålandsfrågan[bewerken | brontekst bewerken]

I det nyvalda landstinget kom Sundblom att väljas till talman, en post han innehade fram till sin död. Johannes Eriksson blev vice talman och Carl Björkman blev lantråd. I upptakten till andra världskriget väcktes på nytt frågan om öarnas befästning. Sundblom reagerade starkt mot ett förslag till åländsk värnplikt, i motsats till Björkman. Konfrontationen blev under hösten 1938 total. Björkman befarade att en stundande internationell konflikt skulle leda till ockupation av de obefästa öarna, medan Sundblom menade att risken för ockupation vore större om de befästes.[11] Ett bondetåg till stöd för en fortsatt demilitarisering kom att markera ett starkt stöd för Sundblom, och efter ett misstroendevotum mot Björkman i november 1938 framstod Sundblom åter som segrare.[12] Striden markerade slutet för det tidigare så framgångsrika triumviratet. Björkman hade avgått och Eriksson, som stått på Sundbloms sida, var sjuklig och dog ett halvår senare. Kvar var Ålandskungen Julius Sundblom, som vid sin 80-årsdag hyllades med en adress med närmare 7 000 namn som tecken på tillgivenhet och respekt. Drygt en månad senare dog Sundblom till följd av gallvägslidande och gulsot på Karolinska sjukhuset i Stockholm.[13]

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

Ålands lagtings talman
1922-1945
Opvolger:
Johannes Holmberg


Kategori:Åländska politiker Kategori:Personer från Åland