Naar inhoud springen

Gebruiker:Evermeulen/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Evermeulen/Kladblok

Dit is het persoonlijke kladblok van Evermeulen.

Een kladblok is een subpagina van iemands gebruikerspagina. Het dient als testruimte voor de gebruiker en om nieuwe artikelen of langere toevoegingen aan bestaande pagina's voor te bereiden.

Let op: je kladblok opslaan gaat met de knop 'publiceren'. De pagina wordt daarmee nog niet in de openbare encyclopedie geplaatst en blijft een kladpagina. De kladblokpagina is wel zichtbaar (voor iedereen met wat meer Wikipedia-ervaring) en mag dus geen onoorbare dingen bevatten, zoals auteursrechtschendingen.

Het is, ook in een kladblok, uitdrukkelijk niet toegestaan om zonder toestemming auteursrechtelijk beschermd materiaal van derden te publiceren.

Logisch atomisme

[bewerken | brontekst bewerken]

Logische atomisme is een filosofische theorie die haar oorsprong heeft in de analytische filosofie van de vroege 20ste eeuw. De belangrijkste filosofen in dit kader zijn Bertrand Russell, Ludwig Wittgenstein, Rudolf Carnap, Hans Reichenbach en Moritz Schlick

Deze theorie stelt dat de wereld afgebeeld kan worden door middel van zelfstandige elementaire zinnen oftewel logische atomen. Deze logische atomen kunnen corresponderen met atomaire feiten zoals de kleur van een tafel of de lengte van een persoon. Als ze corresponderen met de werkelijkheid dan zijn ze waar, doen ze dit niet dan zijn ze onwaar. Het gaat dus om logische en niet om fysieke atomen. Logische atomen vormen volgens deze theorie de kleinste eenheid van filosofische analyse. Het logisch atomisme gaat er vanuit dat de werkelijkheid en taal de logische structuur met elkaar gemeen hebben. De complexe werkelijkheid kan begrepen worden door deze te zien als een samenhangend geheel van eenvoudige logische atomen.

De empirisch versus de rationele benadering

[bewerken | brontekst bewerken]

Een van de problemen van het logische atomisme is de wijze waarop bepaald kan worden of iets ook daadwerkelijk een logisch atoom is of dat er mogelijk nog kleinere atomen zijn.

Om vast te stellen of we te maken hebben met een logische atoom stelt de empirische benadering dat we moeten kunnen verifiëren of het logisch atoom correspondeert met de werkelijkheid. Voor iemand die nog niet bekend is met een specifiek logisch atoom, bijvoorbeeld 'een mauve jurk' moet het mogelijk zijn om aan de hand van een daadwerkelijk object, een echte jurk in de kleur mauve, de betekenis ervan te leren. De logische taal is volgens de empirische benadering dus eindig gedefinieerd doordat de logische atomen corresponderen met objecten in de werkelijkheid. Door complexe zinnen te analyseren tot het punt waarop zinnen nog betekenisvol zijn krijgen we logische atomen (en daarmee eindigt de analyse). Volgens de empirische zienswijze is het niet uitgesloten dat een (eenvoudig) logisch atoom een complex object uit de werkelijkheid representeert.

De rationele benadering stelt dat het onjuist is om aan de hand van een vergelijk met de werkelijkheid vast te stellen of iets een logisch atoom is of niet. Omdat de werkelijkheid inherent complex is zou dit namelijk veronderstellen dat de logische atomen

Wittgenstein -> Rationeel (a-priori) Evenals Russell was de jonge Wittgenstein ervan overtuigd dat de betekenis van een zin erin was gelegen dat de woorden op enig punt in de analyse moeten corresponderen met werkelijke dingen.

Bertrand Russell introduceerde het begrip logische atomisme in 1911 in het essay 'Analytical realism'. De term kreeg bredere bekendheid vanwege een serie lezingen in 1918 van Russell getiteld "The Philosophy of Logical Atomism". Ludwig Wittgentein had veel invloed op Russell's denken. Wittgenstein zal, in het later te verschijnen werk, de Tractatus Logico-Philosophicus zijn eigen versie van het logisch atomisme uiteen zetten.

Verschillen tussen Russell's en Wittgenstein's logisch atomisme

[bewerken | brontekst bewerken]

<< todo / N.b. de UK versie voegt weinig toe >>

Het logisch atomisme had grote invloed op de Wiener Kreis.

<< todo / N.b. de UK versie voegt weinig toe / is onjuist >>

Otto Weininger

[bewerken | brontekst bewerken]

Hieronder een samenvatting - onderhanden werk - van het enige officiele werk van Otto Weininger. Deze samenvatting dient als input voor een samenvatting in het lemma.

Volgens Weininger is ieder mens een product van mannelijkheid en vrouwelijkheid. Hij redeneert dat mensen bestaan uit mannelijk en vrouwelijk plasma. De individuele menselijke cellen hebben volgens Weininger een bepaalde mate van mannelijk en vrouwelijk plasma, de verhouding mannelijkheid : vrouwelijkheid kan van cel tot cel en van orgaan tot orgaan verschillen. Weininger waarschuwt voor fouten bij de interpretatie van onderzoeken waarbij een populatie wordt verdeeld in 'mannen' en 'vrouwen'. Volgens Weininger moeten onderzoekers hun conclusies wantrouwen zolang ze de exacte verdeling van mannelijkheid en vrouwelijkheid van de onderzochte populatie niet kennen. < pp 14 >

Weininger stelt dat de mate waarin twee mensen zich tot elkaar aangetrokken voelen mede wordt bepaald door de mate waarin ze samen een pure man (M) en een pure vrouw (V) vormen. Een 'man' met bijvoorbeeld 3/4 mannelijkheid vormt een perfecte match met een 'vrouw' met 3/4 vrouwelijkheid. < pp 18 > Weininger experimenteerde zelf met foto's van vrouwen bij vrienden. Naar eigen zeggen kon hij perfect voorspellen tot wie zijn vrienden zich het meest aangetrokken voelden. < pp. 20 > Vervolgens stelt Weininger dat alle organismen zowel homoseksualiteit als heteroseksualiteit in zich hebben. Homoseksualiteit is dan ook geen uitzondering op zijn wet maar een speciaal geval ervan. < pp 30 > Volgens zijn eigen wet stelt hij dan ook dat vrouwen die zich aangetrokken voelen tot vrouwen half man zijn. < pp. 40 >

Vervolgens gaat Weininger in op de mannelijke en vrouwelijke eigenschappen. Hij stelt onder meer dat hoe groter het verschil in mannelijkheid en vrouwelijkheid hoe minder twee mensen elkaar zullen begrijpen. Intellect is volgens Weininger een mannelijke eigenschap en hij stelt dat alleen het mannelijke in een 'vrouw' verlangt naar intellect. De (theoretische) pure vrouw zal ook geen verlangens naar emancipatie hebben. < pp. 41 en pp. 39 > Volgens Weiningers interpretatie worden periodes van emancipatie gekenmerkt door een grote productie van mannelijke vrouwen en, in gelijke mate, van vrouwelijke mannen. < pp. 44 >

Volgens Weininger zijn vrouwen gericht op voortplanting, vrouwen zijn gericht op seksualiteit. Vrouwen zijn zich in tegenstelling tot mannen onbewust van hun seksualiteit. Mannen kunnen zich tegen hun seksualiteit verzetten, vrouwen hebben deze vermogens volgens Weininger niet. Een andere belangrijk verschil tussen mannen en vrouwen is volgens Weininger dat mannen zich beter bewust zijn van hun omgeving, ze nemen scherper waar dan vrouwen die voor de interpretatie van feiten afhankelijk zijn van mannen. Het universele genie is de pure man die alles scherp ziet, iemand die alles weet zonder het te leren een man die volledig bewust is. Vrouwen hebben geen direct bewustzijn van het genie, ze krijgen slechts een imperfect beeld van het genie via mannen. < pp. 67, 68 >

Films met een loser in de hoofdrol

[bewerken | brontekst bewerken]

In veel films is een loser in de hoofdrol te zien. De loser in de hoofdrol van een film wordt vaak op de één of andere manier aantrekkelijk gemaakt. Bijvoorbeeld door hem ondanks alles nooit zijn goede humeur te laten verliezen, hem een ongekende portie zelfspot te geven, hem als bovenmatig intelligent te portretteren of hem op onrealistische wijze wraak te laten nemen op zijn belagers.[1]

Hieronder een overzicht van bekende films met een loser in de hoofdrol:

Film Regisseur Jaar Mislukkeling (rol) Gespeeld door Trivia
Fight Club David Fincher 1999 De verteller (naamloos) Edward Norton Omdat de film in eerste aanleg gezien werd als een teleurstelling werd directeur Bill Mechanic ontslagen.
One Flew Over the Cuckoo's Nest Milos Forman 1975 Randle Patrick McMurphy Jack Nicholson Jack Nicholson won een Oscar voor zijn rol als Randle Patrick McMurphy.
American Beauty Sam Mendes 1999 Lester Burnham Kevin Spacey Lester Burnman over zichzelf: "Both my wife and daughter think I'm this gigantic loser and they're right, I have lost something. I'm not exactly sure what it is but I know I didn't always feel this... sedated. But you know what? It's never too late to get it back."
The Shining Stanley Kubrick 1980 Jack Torrance Jack Nicholson Deze film is gebaseerd op de gelijknamige beststeller van Stephen King. In 2013 kwam Stephen King met een vervolg op The Shining, 'Doctor Sleep', waarin de zoon van Jack Torrance de hoofdpersoon is.
Taxi Driver Martin Scorsese 1976 Travis Bickle Robert De Niro Bekend is het fragment waarin Bickle voor de spiegel staat en zeg: "You talkin' to me? You talkin' to me? ... ". Robert de Niro werd voor zijn rol als Travis Bickle genomineerd voor een Oscar.
Trainspotting Danny Boyle 1996 Mark "Rent-boy" Renton Ewan McGregor
The Big Lebowski Joel Coen 1998 Jeffrey "The Dude" Lebowski Jeff Bridges Jeff Dowd, een filmproducer, was een belangrijke inspiratie voor "The Dude". Dudeism is een op "The Dude" geïnspireerde levensovertuiging.
The Elephant Man David Lynch 1980 John Merrick John Hurt Het karakter John Merrick is gebaseerd op de natuurlijke persoon Joseph Merrick (1862-1890), beter bekend als "The Elephant Man".
Groundhog Day Harold Ramis 1993 Phil Bill Murray Phil is een betekenisloze weerman die keer op keer dezelfde dag beleefd.
Little Miss Sunshine Jonathan Dayton en Valerie Faris 2006 Olive Hoover Abigail Breslin Abigail Breslin werd genomineerd voor een Oscar voor haar rol als Olive Hoover.
Leaving Las Vegas Mike Figgis 1995 Ben Sanderson Nicolas Cage Nicholas Cage won een Oscar voor zijn rol als Ben Sanderson, vervolgens brak hij door als acteur in grote speelfilms.
Kick-Ass Matthew Vaughn 2010 Dave Lizewski (alias Kick-Ass) Aaron Taylor-Johnson

Categorie:Scheldwoord