Naar inhoud springen

Gerard van Loon (graaf)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Februari (overleg | bijdragen) op 3 aug 2006 om 10:38.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.

Sjabloon:Dynastie Gerard van Loon was de achtste graaf van het graafschap Loon. Zijn ambtsperiode liep van 1171 tot 1194. Hij was gehuwd met Zdelheid van Gelre, dochter van Hendrik I van Gelre, en nadien met Adelheid van Oberfranken.

In 1179 verwoestten troepen van de prins-bisschop van Luik, Rudolf van Zähringen de grafelijke burcht. De graaf werd verplicht het Graafschap Duras aan de prins-bisschop af te staan. Gerard verkoos te verhuizen naar het grafelijk slot te Kuringen, het Prinsenhof dat centraler in zijn gebied lag.

Hij stichtte rond 1182 in Kuringen vlakbij zijn residentie, de abdij van Herkenrode. Het grondgebied, in de 13e eeuw ongeveer 3000 ha groot, was eigendom van de graaf. Hij schonk het aan een broeder met de voorwaarde er een klooster voor Cisterciënzerinnen te stichten. Het was het eerste en werd het grootste vrouwenklooster van die orde in de Nederlanden.

De graaf liet in Kolmont bij Tongeren een tienhoekige toren met een diameter van 16m bouwen.

Gerard nam deel aan de derde kruistocht, onder leiding van keizer Frederik Barbarossa, koning Filips-August van Frankrijk en koning Richard Leeuwenhart van Engeland. Gerard sneuvelde in 1194 in Acco. Zijn gebeente werd teruggebracht naar de abdij van Herkenrode en hij werd er begraven. Meteen werd de abdij de officiële begraafplaats van de graven van Loon.

Gerard werd opgevolgd door zijn zoon Lodewijk II van Loon. Gerards jongste zoon Arnold volgde dan weer zijn broer Lodewijk op bij diens overlijden.