Jean-Paul Rappeneau

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Jean-Paul Rappeneau
Jean-Paul Rappeneau
Geboren Auxerre, 8 april 1932
Geboorteland Vlag van Frankrijk Frankrijk
Jaren actief 1955 -
Beroep Filmregisseur en scenarioschrijver
(en) IMDb-profiel
(nl) Moviemeter-profiel
(mul) TMDB-profiel
Portaal  Portaalicoon   Film

Jean-Paul Rappeneau (Auxerre, 8 april 1932) is een Frans filmregisseur en scenarioschrijver.

Hij is de broer van regisseuse en scenarioschrijfster Élisabeth Rappeneau, de vader van scenarioschrijver Julien Rappeneau en van singer-songwriter Martin Rappeneau. Hij is de auteur van één korte film, acht lange speelfilms en heel wat publiciteitsfilms. Hij staat bekend als een heel bekwame acteursregisseur.

Leven en werk[bewerken | brontekst bewerken]

Jaren vijftig: eerste stappen in de filmwereld[bewerken | brontekst bewerken]

Jean-Paul Rappeneau debuteerde in de filmwereld als regieassistent. Tussen 1955 en 1957 werkte hij onder meer mee aan enkele korte films van Edouard Molinaro. In 1958 leverde hij Chronique provinciale af, zijn enige korte film. Daarna legde hij zich toe op het schrijven van scenario's. Zo werkte hij mee aan films van onder meer Louis Malle en Philippe de Broca.

Jaren zestig: debuut als filmregisseur[bewerken | brontekst bewerken]

Op een bepaald ogenblik wendde hij zijn talent aan om zelf zijn scenario's te verfilmen. Hij sleutelde langzaam maar zeker aan wat een beperkt oeuvre van zeven lange speelfilms zou worden. Zes verfijnde (dramatische) komedies en twee historische drama's, waarvoor hij grote acteurs als Gérard Depardieu, Catherine Deneuve, Yves Montand, Pierre Brasseur en Isabelle Adjani meermaals warm wist te maken. In 1966 draaide hij zijn eerste komedie : La Vie de château. Hij won er al meteen de prestigieuze Prix Louis-Delluc mee. De film droeg eveneens in grote mate bij tot de doorbraak van Philippe Noiret, hier in de rol van de slome, ietwat pafferige echtgenoot, een rol die een stuk van zijn imago zou gaan bepalen. Ondanks de grote bijval bij publiek en kritiek verscheen Rappeneau's volgende film Les Mariés de l'an II, een rocamboleske komedie vermomd als historische avonturenfilm, pas vijf jaar later.

Jaren zeventig en tachtig: twee komedies met Yves Montand[bewerken | brontekst bewerken]

Vier jaar later volgde de vederlichte komedie Le Sauvage, gedragen door de onweerstaanbare tandem Yves Montand-Catherine Deneuve. Voor deze film stapte de hoofdactrice radicaal af van haar imago van koele en ijzige schoonheid om er al eens slonzig en ongekamd bij te lopen. Nog eens zeven jaar later dook Yves Montand opnieuw op in Tout feu, tout flamme, deze keer als een avontuurlijke verleider aan de zijde van filmdochter Isabelle Adjani.

Jaren negentig: twee historische drama's met Cyrano de Bergerac als hoogtepunt[bewerken | brontekst bewerken]

Een absoluut commercieel en artistiek hoogtepunt bereikte Rappeneau in 1990 met zijn vijfde prent, de historische kostuumfilm Cyrano de Bergerac. In deze alom bekroonde dramatische komedie zette hoofdrolspeler Depardieu zijn reeks vertolkingen van historische of literaire personages op een grandioze manier verder. Le Hussard sur le toit, Rappeneau's tweede literaire adaptatie, dit keer naar de historische avonturenroman van Jean Giono, was op het grote scherm te zien in 1995.

Jaren tweeduizend[bewerken | brontekst bewerken]

In 2003 bracht hij Bon voyage, een dramatische komedie gesitueerd tijdens de Tweede Wereldoorlog. De film werd geschraagd door Isabelle Adjani die er een hysterische en mythomane filmster in neerzette. Twaalf jaar later zal Belles Familles (2015) verschijnen.

De grote pauzes tussen het maken van twee films zijn essentieel voor Rappeneau. Hij heeft immers heel veel tijd nodig om zijn films nauwgezet en tot in het detail voor te bereiden.

Filmografie[bewerken | brontekst bewerken]

Regisseur[bewerken | brontekst bewerken]

Scenarioschrijver[bewerken | brontekst bewerken]

Regieassistent[bewerken | brontekst bewerken]

Prijzen en nominaties[bewerken | brontekst bewerken]

Prijzen[bewerken | brontekst bewerken]

Nominaties[bewerken | brontekst bewerken]