Kapucijner

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door 77.164.133.132 (overleg) op 17 apr 2020 om 23:34. (redactie)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Voor de rooms-katholieke orde, zie kapucijnen.
Peul van 'Blauwschokker'
Kapucijner in bloei
'Blauwschokker' aan gaas

De kapucijner (Pisum sativum var. arvense) is een variëteit van de erwt. Een andere naam voor de kapucijner is velderwt. Oudere veel gebruikte benamingen zijn: schokkererwt, vale erwt en grauwe erwt. In de krijgsmacht worden kapucijners vanouds raasdonders genoemd. De Texelse bijnaam is grauwe ganzen. In Noord-Holland wordt met de benaming grauwe erwt een andere erwt (rozijnerwt) bedoeld.[1]

Kapucijners zijn klimplanten die bloeien met purperen bloemen, de peulen zijn blauw/paars gekleurd.

De kapucijner is een oud gewas en wordt al ten minste 7000 jaar geteeld. De oudste vondsten dateren uit archeologische opgravingen in Turkije.

Rassen

Er zijn rassen met langstro (rijs- of klimerwten) en met kortstro.

  • Langstrorassen. Deze rassen moeten aan gaas of rijshout geteeld worden. Een ras dat veel door de amateurtuinder wordt gebruikt is de 'Blauwschokker'.
  • Kortstrorassen. Deze rassen worden in de landbouw gebruikt voor de verse consumptie. In 2003 was er bijna 700 ha in Nederland. De teelt vindt hoofdzakelijk plaats in Zeeland. Het ras 'Solido' wordt hiervoor gebruikt. Het ras is zogenaamd semi-bladloos en is weinig vatbaar voor topvergeling. Bij dit ras is een gedeelte van de bladeren omgevormd tot ranken, waardoor het gewas opener is en er minder ziekten optreden.

Teelt

Blauwschokkers worden gezaaid in januari en februari onder platglas. Bij het uitplanten in maart en april wordt de hoofdwortel ingekort om de vorming van zijwortels te stimuleren. Het planten gebeurt in dubbele rijen of een enkele rij aan kippengaas of rijshout. Blauwschokkers kunnen 150 tot 200 cm hoog worden. Ook is er een kortstroras, 'Desirée', dat tot 75 cm hoog wordt.

Blauwschokkers worden vanaf half juni tot augustus geoogst. Ze kunnen rijper geoogst worden dan de erwten, omdat ze minder gauw melig en hard worden.

Inhoudstoffen

De voedingswaarde van 100 gram verse kapucijners is:

Energetische waarde 418 kJ
Koolhydraten 18 gram
Eiwit 6 gram
Vet 0,4 gram
Vitamine C 2 mg
Vitamine B1 0,08 mg
Vitamine B2 0,08 mg
Calcium 35 mg
IJzer 1,9 mg

Ziekten en beschadigingen

Een belangrijke virusziekte is topvergeling. Deze ziekte wordt door bladluizen overgebracht van luzerne op kapucijners, erwten en tuinbonen. Topvergeling komt het meeste voor in het zuiden, zuidwesten en Flevoland.

Zie ook