Lage Landen
De Lage Landen of de Nederlanden verwijst naar de laagvlakte in Noordwest-Europa die het stroomgebied vormt van de beneden-Rijn, de beneden-Maas en de Schelde.
Aanvankelijk was de benaming slechts een onderscheid van laaggelegen gebieden in de Duitse landen met hogergelegen Bovenlanden. Vanaf de zestiende eeuw werd de Lage Landen een gangbare benaming voor de Nederlandse gewesten, ook wel aangeduid als Vlaanderen, Nederlanden, Belgium, Pays-Bas en Zuidelijke Nederlanden. Onderling waren deze benamingen min of meer verwisselbaar. Ook voor de Nederlanden gold aanvankelijk dat Nederlant, Niederland of Niderlant slechts een onderscheid aangaven met hogergelegen gebieden die wel werden aangeduid met Oberlant ('Opperland').
Met het ontbreken van duidelijke geografische kenmerken in het oosten en zuiden was alleen de Noordzee een duidelijk afgebakende grens. Rond 1400 schreef dan ook een onghenoemt Clerc, geboren vten lagen landen bi der zee een kroniek over de geschiedenis van alleen het graafschap Holland.
Tegenwoordig wordt de term ook wel gebruikt voor het geheel van Nederland, België en Luxemburg. Soms omvat de term ook Nord-Pas-de-Calais (de Franse Nederlanden), soms echter enkel Nederland en België.[bron?]