Louis Barthou
Jean Louis Firmin Barthou (Oloron-Sainte-Marie, 25 augustus 1862 – Marseille, 9 oktober 1934) was een belangrijk Frans minister.
Politieke loopbaan
Hij was een gematigd republikeins afgevaardigde in het Franse parlement sinds 1889. Van 1894 tot 1895 was hij minister van Openbare Werken in het kabinet Dupuy. Was daarna minister van Justitie van 1896 tot 1898 en tussen 1906 en 1913.
In maart 1913 werd hij — na de val van de regering Briand — minister-president. In die hoedanigheid voerde hij de driejarige dienstplicht in en versterkte de vestingwerken. In december 1913 kwam zijn kabinet ten val. Gedurende de Eerste Wereldoorlog was hij minister van Buitenlandse Zaken (1917). In 1918 werd Barthou verkozen tot lid van de Académie française. Na de oorlog was hij onder andere minister van Oorlog, van Elzas-Lotharingen en Justitie. Van 1922 tot 1926 was hij tevens lid van de herstel commissie die verantwoordelijk was voor de wederopbouw van Frankrijk na de Eerste Wereldoorlog.
In 1934 werd hij opnieuw minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet Doumergue. In die functie reisde hij door Europa om een eventueel pact te sluiten om de groeiende Duitse agressie (Hitler) tegen te gaan. Hij verbeterde ook de relaties met Groot-Brittannië en de Sovjet-Unie. Hij trachtte ook de relatie met fascistisch Italië te verbeteren.
Moord
Tijdens het staatsbezoek van koning Alexander I van Joegoslavië aan Frankrijk werd hij samen met zijn gast door de Bulgaar Vlado Tsjernozemski, die handelde in opdracht van de Macedonische IMRO van Ivan Mihailov en de Kroatische Ustašabeweging van Ante Pavelić, vermoord terwijl zij in een open auto door Marseille reden. Uit nader onderzoek waarvan de resultaten pas in 1976 openbaar werden gemaakt, bleek dat Barthou overleden was door een kogel uit een politiewapen. De conclusie luidde dat Barthou het slachtoffer was geworden van de consternatie die rond de aanslag ontstond.
Barthou was naast politicus ook historicus en schrijver.
Voorganger: Aristide Briand |
Premier van Frankrijk (Président du Conseil) Kabinet-Barthou 1913 |
Opvolger: Gaston Doumergue |
Voorganger: Flaminius Raiberti |
Minister van Oorlog 1921-1922 |
Opvolger: André Maginot |
Voorganger: André Maginot |
Minister van Oorlog 1930-1931 |
Opvolger: André Maginot |
Voorganger: Édouard Daladier |
Minister van Buitenlandse Zaken 1934 |
Opvolger: Pierre Laval |