Portaal:Insecten/Uitgelicht/3

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Rupsenzakje van een zakjesdrager.

De zakjesdragers of zakrupsvlinders (Psychidae) zijn een familie van vlinders. De familie is vrij klein, met ongeveer 600 tot 800 beschreven soorten. Hiervan komen er ongeveer 350 in Australië voor, terwijl Midden-Europa slechts een dertigtal soorten kent.

De larven van de Psychidae bouwen kastjes of coconnetjes van zijde/spinseldraden en materialen uit de omgeving als zand, aarde, korstmossen of plantaardig materiaal. Deze coconnetjes worden bevestigd aan rotsen, bomen of hekwerk tijdens de verpopping, maar zijn in de rupsfase mobiel.

De larven beginnen al met de bouw van de cocon voordat ze beginnen met eten. De larven van sommige soorten voeden zich met korstmossen, andere geven de voorkeur aan groene bladeren.

Bij veel soorten missen de vrouwelijke exemplaren vleugels, wat de identificatie bemoeilijkt.

De afmeting varieert van minder dan 1 cm tot 15 cm onder enkele tropische soorten. De cocons zijn kenmerkend voor de soort, waardoor de cocons een makkelijker herkenningskenmerk vormen voor het onderscheiden van de verschillende soorten, vaak makkelijker dan de lichamen van de rupsen zelf. Zo is de cocon bij het in de tropen voorkomende geslacht Eumeta zakvormig en met evenwijdig lopende staafjes bezet. Het in Noord-Afrika voorkomende geslacht Amicta kent torentjes met dwars geplaatste rechthoekjes.

De cocons van de meer primitieve soorten zijn vlak. Meer gespecialiseerde soorten tonen een grotere variatie in afmeting, vorm en samenstelling. Vaak zijn de cocons aan de uiteinden versmald. Lichaamskenmerken zijn zeldzaam.

Verder lezen