Lijst van Tweede Kamerleden 1839-1842
De samenstelling van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 1839-1842 biedt een overzicht van de Tweede Kamerleden in de periode tussen de verkiezingen van 1839 en de verkiezingen van 1842. De partijen staan in volgorde van grootte. De politici staan in alfabetische volgorde.
Gekozen bij de verkiezingen van 1839
Regeringsgezinden (35 zetels)
- Pieter van Akerlaken
- Hubert Matthijs Adriaan Jan van Asch van Wijck tot 18 oktober 1840
- Gerard Beelaerts van Blokland tot 17 oktober 1841
- Christoffel Binkes
- Pieter Johan Boddaert tot 18 oktober 1840
- Jentje Cats Epz. tot 18 oktober 1840
- George Clifford tot 17 oktober 1841
- Paulus Emanuel Anthony de la Court tot 17 oktober 1841
- Herman Jacob Dijckmeester
- François Constantijn Willem Druyvesteyn
- François Frets
- Daniël Théodore Gevers van Endegeest
- Joseph Gockinga
- Hendrik Edzens Hagenouw Brongers tot 29 juli 1840
- Johan Gulielmus Hinlópen
- Jan Cornelis Reinier van Hoorn
- Marinus Willem de Jonge van Campensnieuwland tot 17 oktober 1841
- Willem Johannes Junius van Hemert tot 17 oktober 1841
- Petrus Andreas van Meeuwen
- Joannes Benedictus Hyacinthus van de Mortel tot 17 oktober 1841
- Christiaan Jacques Adriaan van Nagell van Ampsen
- Fredrik van de Poll tot 18 oktober 1840
- Frederik van Rappard
- Ocker Repelaer van Molenaarsgraaf
- Willem Röell van Hazerswoude tot 11 maart 1841
- Albertus Sandberg
- Jacob Lodewijk Snouck Hurgronje
- Cornelis Star Busmann
- Tiete Selkes Tromp
- Jan Diederik van Tuyll van Serooskerken
- Jan van den Velden
- Willem Frederik Vijfhuis tot 12 januari 1841
- Johan Weerts tot 18 oktober 1840
- Sjuck van Welderen Rengers
- Jan Iman Hendrik van Wickevoort Crommelin tot 18 oktober 1840
Financiële oppositie (11 zetels)
- Daniël François van Alphen tot 14 oktober 1840
- Hendrik Backer
- Jan Corver Hooft
- Edmond Willem van Dam van Isselt
- Reinier Saris van der Gronden
- Daniël Hooft Jzn.
- Johannes Luyben
- Roverius Petrus Romme
- Albertus Sandberg
- Willem René van Tuyll van Serooskerken van Coelhorst tot 19 oktober 1840
- Antoine Warin
Gematigde liberalen (7 zetels)
- George Isaäc Bruce
- Hendrik Collot d'Escury
- Paulus Gouverneur
- Gerrit Kniphorst
- Willem Anne Schimmelpenninck van der Oye tot 17 oktober 1841
- Gerardus Wouter Verweij Mejan
- Martinus Anne Wijnaendts tot 14 mei 1842
Liberalen (1 zetel)
Onafhankelijken (1 zetel)
- Maurits Pico Diederik van Sytzama tot 26 oktober 1840
Tussentijdse mutaties
Regeringsgezinden
- Walraven Robbert van Heeckeren van Brandsenburg vanaf 21 oktober 1840
- Wybe Bernhardus Buma vanaf 4 december 1840
- Hugo Adriaan van Bleyswijk vanaf 23 maart 1841
- Johannes Enschedé vanaf 23 maart 1841
- Anne Willem Huidekoper van 23 april 1841 tot 29 augustus 1841
- Pieter Huidekoper vanaf 25 september 1841
- Arnoldus Josephus Ingenhousz vanaf 20 oktober 1841
- Pierre Marie Joseph François Petit vanaf 21 oktober 1841
Financiële oppositie
- Jacob Gerard van Nes van Meerkerk vanaf 19 december 1840
- Jacob Hendrik van Rechteren van Appeltern vanaf 9 maart 1841
Gematigde liberalen
- Hendrik Jacob Herman Modderman vanaf 20 oktober 1840
- Jan Karel van Goltstein vanaf 21 oktober 1840
- Jacobus Arnoldus Mutsaers vanaf 18 oktober 1841
- Johan Theodoor Hendrik Nedermeyer van Rosenthal vanaf 18 oktober 1841
- Abram van Rijckevorsel vanaf 19 oktober 1841
- Pieter Carel Schooneveld vanaf 19 oktober 1841
- Jacobus Johannes Uytwerf Sterling vanaf 19 oktober 1841
Liberalen
- Maximiliaan Jacob de Man vanaf 19 oktober 1840
- Josias de Backer vanaf 20 oktober 1840
- Jan Ernst van Panhuys vanaf 20 oktober 1840
- Nicolaas van Heloma vanaf 21 oktober 1840
- Sebastiaan Hendrik Anemaet vanaf 20 juni 1842
Nieuwe verkozenen na het uitbreiden van het aantal zetels
Regeringsgezinden (2 zetels)
- Pierre André Servais Kerens van 21 oktober 1840 tot 16 oktober 1841
- Arnold Hendrik Theodoor Michiels van Verduynen vanaf 22 oktober 1840
Separatisten (1 zetel)
- Jean Joseph François Marie Hubert Cornéli vanaf 22 oktober 1840
Buitengewone leden (van 5 augustus tot 4 september 1840)
Regeringsgezinden (34 zetels)
- Hans Willem van Aylva Pallandt van Waardenburg en Nerijnen
- Hobbe Baerdt van Sminia
- Hendrik van Berkel
- Adriaan van Beusechem
- Marinus Cornelis Bichon van IJsselmonde
- Hugo Adriaan van Bleyswijk
- Carel van Bommel
- Lodewijk Constantijn Rabo Copes van Cattenburch
- Willem Daniël Cramer
- Hendrikus Octavanius Feith
- Gijsbert Schotte Gerhard van Fridagh
- Johan Adriaan van der Heim van Duivendijke
- Hermanus Pieter Hoog
- Hendrik Arnoud van Laan
- Gerrit van Leeuwen
- Willem van Loon
- Willem Jan Elias van Lynden van Hemmen
- Frederik August Alexander Carel van Lynden van Sandeburg
- Regnerus Tjaarda Mees
- Herman de Ranitz
- Jacob Rau van Gameren
- Johannes Schik
- Johannes Jacobus Smits
- Jan Baptist van Son
- Hajo Albert Spandaw
- Andries Stinstra
- Floris Willem van Styrum
- Simon de Vries Jzn.
- Krijn Wagtho
- Josephus de Wijs
- Ananias Willink
Liberalen (9 zetels)
- Binse Albarda
- Sebastiaan Hendrik Anemaet
- Josias de Backer
- Cornelis Joannes de Bruyn Kops
- Jacobus Mattheüs de Kempenaer
- Constantijn Sigismund Willem Jacob van Nagell van Wisch
- Bartholomeus Sloet tot Oldhuis
- Lambertus Dominicus Storm
- Johan Rudolph Thorbecke
Gematigde liberalen (6 zetels)
- Willem Boreel van Hogelanden
- Willem Herman Cost Jordens
- Louis Gaspard Adrien van Limburg Stirum
- Andreas Anthonius Reael
- Hendrik Vos
- Arnoldus Johannes Vos de Wael
Financiële oppositie (5 zetels)
- Jan Hendrik Boeracker
- Maximiliaan Jacob de Man
- Jan Mastboom
- Jacob Gerard van Nes van Meerkerk
- Pieter Carel Schooneveld
Antirevolutionairen (1 zetel)
Zie ook
· 
· 