Cromerien: verschil tussen versies
k +Donau glaciaal |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 20: | Regel 20: | ||
==Glacialen en interglacialen== |
==Glacialen en interglacialen== |
||
Het cromerien omvat een afwisseling van warmere en koudere perioden. In [[Nederland]] traden tijdens het cromerien drastische veranderingen in de patronen van [[rivier]][[sedimentatie]] op. De [[Rijn]] en [[Maas]] krijgen op het vasteland van Nederland meer ruimte en brengen grote hoeveelheden sediment naar de in de [[Noordzee]] liggende [[rivierdelta|delta]]. De Maas gaat door met de vorming van enkele terrassen in het [[Limburg (Nederland)|Zuid-Limburgse]] landschap. Over de glaciale perioden van het cromerien (de [[Donau-glaciaal|Donau glacialen]] is uit de Nederlandse ondergrond weinig bekend. |
Het cromerien omvat een afwisseling van warmere en koudere perioden. In [[Nederland]] traden tijdens het cromerien drastische veranderingen in de patronen van [[rivier]][[sedimentatie]] op. De [[Rijn]] en [[Maas]] krijgen op het vasteland van Nederland meer ruimte en brengen grote hoeveelheden sediment naar de in de [[Noordzee]] liggende [[rivierdelta|delta]]. De Maas gaat door met de vorming van enkele terrassen in het [[Limburg (Nederland)|Zuid-Limburgse]] landschap. Over de glaciale perioden van het cromerien (de [[Donau-glaciaal|Donau glacialen]]) is uit de Nederlandse ondergrond weinig bekend. |
||
[[Categorie:Tijdvak in de geologie]] |
[[Categorie:Tijdvak in de geologie]] |
||
Versie van 9 okt 2006 23:22
| Periode | Subperiode | Epoch | Tijd geleden (Ma) |
|---|---|---|---|
| neogeen | pleistoceen | elsterien | 0,40 - 0,42 |
| cromerien | 0,42 - 0,85 | ||
| bavelien | 0,85 - 1,07 |
Het geologisch tijdvak cromerien (Vlaanderen: cromeriaan) is een epoch van de subperiode pleistoceen, dat duurde van 0,85 tot 0,42 Ma. Het komt na/op het bavelien en na het cromerien komt het elsterien. In dit tijdvak, rond 0,78 Ma heeft voor het laatst een omkering van het aardmagnetisch veld plaats gevonden.
Glacialen en interglacialen
Het cromerien omvat een afwisseling van warmere en koudere perioden. In Nederland traden tijdens het cromerien drastische veranderingen in de patronen van riviersedimentatie op. De Rijn en Maas krijgen op het vasteland van Nederland meer ruimte en brengen grote hoeveelheden sediment naar de in de Noordzee liggende delta. De Maas gaat door met de vorming van enkele terrassen in het Zuid-Limburgse landschap. Over de glaciale perioden van het cromerien (de Donau glacialen) is uit de Nederlandse ondergrond weinig bekend.