Thomas Asselijn

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door AGL (overleg | bijdragen) op 16 okt 2011 om 20:09. (cat)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.

Thomas Asselijn, soms ook Asselyn (Dieppe, ca. 1620, - Amsterdam, 27 juli 1701) was een Nederlandse dichter en schrijver van toneelstukken. Aanvankelijk schreef hij stukken in de trant van Jan Vos. Zijn drie blijspelen over Jan Klaassen behoren tot de beste uit de tweede helft van de 17e eeuw. Hij is de Amsterdamse Plautus genoemd.

Biografie

Asselijn was een telg uit de Frans-protestantse familie: de schilder Jan Asselijn (1610-52), de gouddraadtrekker Abraham Asselijn (1609–97), en mogelijk Steven Asselijn, die op 15-jarige leeftijd stierf en werd begraven in de Waalse kerk, waren zijn broers. De familie Asselin kwam uit Dieppe in Normandië. Mogelijk vluchtten zij in 1628, na de verovering van La Rochelle, naar Holland. Als Abraham in 1631 trouwt, wordt vermeldt hij dat zijn ouders zijn gestorven.

In 1639 wordt Asselijn al als dichter genoemd. In 1644 trouwde de boekbinder Thomas Asselijn met Elisabeth Reijers uit de Warmoesstraat. Hij was 25 jaar en zij 38.[1]

In 1655 stierf zijn vrouw; het echtpaar had een kind. In 1656 trouwde hij met de 18-jarige Jannetje Westerhof (-1704), bij wie hij nog vijf kinderen kreeg, vier stierven jong.[2] Asselijn had zich inmiddels omgeschoold tot blauwverver. Hij kocht een ververij niet ver van de Leidsegracht. Het ging hem blijkbaar goed want in tussen 1657 en 1662 woonde hij aan de Keizersgracht. In 1671 woonde Asselijn aan de Bloemgracht. In 1678 ging hij bankroet. Zijn inboedel werd op „181 gulden en 15 stuivers“ getaxeerd.[3] In 1685 gaf hij zijn inboedel als onderpand voor een schuld.[4]

Asselijn stierf in het huis van zijn zoon Lodewijk in de N.Z. Achterburgwal.[5]

Werk

Masaniello raffigurato dall'incisore olandese Pieter de Jode, 1660 ca.
  • Den grooten Kurieen, of Spaanschen bergsman (1657), een vertaling van een werk van Lope de Vega
  • Op- en ondergang van Mas Anjello, of Napelse beroerte (1668), een treurspel over het Napolitaanse vissersoproer in 1647, geleid door Tommaso Masaniello. Het stuk werd afgekraakt door Andries Pels
  • De Moort tot Luyk door den Graaf van Warfusé aan den Burgermeester de la Ruelle (1671) over een moord in 1637 door René van Renesse van Elderen op Sébastien la Ruelle.
  • Jan Klaasz of gewaande dienstmaagt (Erstaufführung: 1682, erste Druckausgabe: 1683). Het stuk speelt zich af op het Kattengat (Amsterdam) in het milieu van de Collegianten, die hij over één kam scheert met de Quakers. In Samenspraak over de klucht van Jan Klaasz, Tusschen een poeet, commediant en een liefhebber der poezy werd Asselijn beschuldigd van godslastering. Het stuk werd verboden omdat sommige Amsterdammers zichzelf hadden herkend. In 1741 werd het stuk nogmaals in Hamburg opgevoerd.[6]
  • Kraambedt of kandeelmaal van Zaartje Jans, vrouw van Jan Klaazen (Erstaufführung: 1683, erste Druckausgabe: 1684)
  • De stiefmoer (1684), betrekking hebbend op drie Duitse hannekemaaiers
  • Echtscheiding van Jan Klaasz en Saartje Jans (1685)
  • De Dood van de Graaven van Egmond en Hoorne (1685), geschreven naar aanleiding van de herroeping van het Edict van Nantes. Het stuk werd in december 1685 verboden en is een half jaar lang niet opgevoerd, mogelijk nadat de tekstboekjes waren aangepast.[7]
  • De stiefvaar (1690)
  • Juliaan de Medicis (1691)
  • De kwakzalver (1692)
  • De schoorsteenveger door liefde (1692)
  • De Belegering en Hongersnood van Samaria (1692)
  • De spilpenning, of verkwistende vrouw (1693)

Externe links

  1. Kerk-Inteeken-Register, 26 Maart 1644:Thomas Asselyn van Diepe Boekebinder woont Oudezijds Armsteeg oud 25 geen ouders hebbende en Lysbet Reyers van Cockengen oud 38 Jaren woont in de Warmoesstraat.[1]
  2. Zes doopbewijzen uit het stadsarchief [2]
  3. J.A.Worp (1885): Nog iets over Thomas Asselyn
  4. http://www.dbnl.org/tekst/molh003nieu01_01/molh003nieu01_01_0384.php
  5. http://www.dbnl.org/tekst/_tij003188501_01/_tij003188501_01_0004.htm#135T
  6. Knuvelder, G. (1968) Beknopt handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde, p. 341.
  7. Haven, K. van der (2008) Achter de schermen van het stadstoneel. Theaterbedrijf en toneelpolemiek in Amsterdam en Hamburg 1675-1750, p. 140.