Harige winteruil

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Harige winteruil
Harige winteruil (Dasypolia templi)
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Lepidoptera (Vlinders)
Familie:Noctuidae (Uilen)
Geslacht:Dasypolia
Soort
Dasypolia templi
(Thunberg, 1792)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Harige winteruil op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

De harige winteruil (Dasypolia templi) is een vlinder uit de familie van de uilen, de Noctuidae.

Beschrijving[bewerken | brontekst bewerken]

De voorvleugellengte bedraagt tussen de 18 en 23 millimeter. De grondkleur van de voorvleugels is groenbruin, of geelbruin. De tekening bestaat uit donkere bruine en grijze spikkels, waaruit vooral een middenband herkenbaar is. Lichtgekleurde gelige exemplaren betreffen meest een mannetje. De achtervleugels zijn vuilwit met twee grijze dwarslijnen. Opvallend is het harige uiterlijk.

Na de bevruchting in het najaar sterven de mannetjes. De bevruchte vrouwtjes overwinteren. In het voorjaar leggen zij eitjes.

Waardplanten[bewerken | brontekst bewerken]

De harige winteruil gebruikt berenklauw en angelica als waardplanten. De rups is te vinden van april tot augustus.

Voorkomen[bewerken | brontekst bewerken]

De soort komt van Noord-Europa tot midden Siberië en zuidelijk daarvan in berggebieden.

In Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

Uit Nederland is slechts één waarneming bekend, te Rotterdam in 1985.

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]