Gras (term)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De term gras of grasachtige plant kan worden gebruikt voor de leden van de grassenfamilie maar kan ook gebruikt worden voor andere groene planten als deze lijnvormige bladeren hebben. Sommige 'echte' grassen hebben echter een voor de familie minder karakteristiek vorm.

Habitus[bewerken | brontekst bewerken]

De term 'gras' of 'grasachtig' heeft te maken met de oppervlakkige, uiterlijke kenmerken en heeft dus vrij weinig te maken met de fylogenetische verwantschap van de planten. Het zijn dan vaste planten met lijnvormige bladeren. Hiertoe behoren de meeste grassen (Gramineae, Poaceae), russen (Juncaceae) en cypergrassen (Cyperaceae), die alleen in habitus (algemene verschijningsvorm) enigszins op elkaar lijken, maar slecht weinig verwant zijn. Andere voorbeelden van planten met grasachtige bladeren zijn de soorten van de lisdoddefamilie (Typhaceae), van de zeegrasfamilie (Zosteraceae), van het geslacht morgenster (Tragopogon) en de graslathyrus (Lathyrus nissolia). De vele spruiten en de smalle bladeren zijn kenmerkende eigenschappen van 'grasachtige' planten.

Onkruid[bewerken | brontekst bewerken]

De term 'gras' wordt ook wel losjes gebruikt voor onkruid, onafhankelijk van de habitus van de planten.

Planten met een grasachtig uiterlijk[bewerken | brontekst bewerken]

Afbeeldingen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

  • Agrostologie
  • Begrazing, het gebruik om gronden, weilanden, natuurgebieden door zoogdieren of soms door vogels te laten begrazen
  • Gazon (grasveld), een veld met kort gemaaid gras, meestal gelegen bij een huis
  • Graan, is een verzamelnaam voor de vruchten van cultuurgewassen uit de familie van de grassen
  • Gras (oppervlaktemaat), de hoeveelheid gras die nodig was voor een koe, iets minder dan een halve hectare
  • Gras (tennis), de oudste ondergrond die gebruikt wordt om op te tennissen
  • Grasachtig, vaste planten die oppervlakkig op grassen lijken met lijnvormige bladen
  • Grasland, gronden met een begroeiing die gedomineerd worden door grasachtige planten
  • Grazen (biologie), het opeten van een groen voedsel door een organisme
  • Hooi, gedroogd gras of andere planten zoals gedroogde luzerne als voedsel voor dieren voor als er weinig grasgroei is
  • Vergrassing, het verdringen van planten in natuurgebieden door enkele dominante grassoorten
  • Weiland, open grasland dat gebruikt wordt om vee te laten grazen