Het geheim van het noorderlicht

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
het geheim van het noorderlicht
Stripreeks Bommelsaga
Volgnummer 17
Scenario Marten Toonder
Tekeningen Marten Toonder
Eerste druk 7 mei 1943
Lijst van verhalen van Heer Bommel en Tom Poes
Portaal  Portaalicoon   Strip

Tom Poes en het geheim van het noorderlicht of kortweg Het geheim van het noorderlicht is het zeventiende verhaal uit de Bommelsaga, geschreven en getekend door Marten Toonder. Het verhaal verscheen voor het eerst op 7 mei 1943 en liep tot 27 juli 1943.

In 1959 verscheen het verhaal als ballonstrip in 18 delen in de Revue. In 1988 verscheen het ook in de Donald Duck.

Dit is het enige verhaal na In de tovertuin waarin Heer Bommel geen belangrijke rol speelt, hij komt alleen aan het begin van het verhaal voor.

Samenvatting[bewerken | brontekst bewerken]

Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.

Tom Poes komt in een winkel in Rommeldam kapitein Wal Rus weer tegen. De kapitein staat op het punt om met zijn oude schip de Albatros – dat hij na deze laatste reis van plan is te verkopen – een lading bananen af te leveren bij de Eskimo's op de Pegeleilanden, iets ten zuiden van de Noordpool. Als de kapitein Tom Poes ook vertelt over het noorderlicht, wordt Tom Poes helemaal enthousiast en hij besluit mee te gaan. Heer Bommel gaat deze keer niet mee, omdat hij naar eigen zeggen geen zin heeft zijn vriend alweer uit de narigheid te moeten redden.

Kort nadat ze Noordpoolcirkel zijn gepasseerd, belandt de Albatros in een dichte mist. Het schip loopt op een ijsberg en zinkt. Na als laatsten het schip te hebben verlaten en enige tijd in een sloep te hebben rondgedobberd, belanden Tom Poes en Wal Rus uiteindelijk bij de Eskimo's. Ze komen hier ook Wammes Waggel tegen, die zijn veerdienst in het Donkere Bomen Bos heeft opgegeven om in het Noordpoolgebied ijswafels te verkopen, wat geen succes is gebleken.

Het blijkt dat het noorderlicht op andere wijze wordt veroorzaakt dan wetenschappelijk wordt aangenomen. Het is namelijk geen natuurverschijnsel, maar een enorme diamant die wordt "bediend" door Aino Kaino, de leider van de noordelijke Eskimo's. Tom Poes komt achter dit geheim wanneer hij zich tegenover de Eskimo-leider voordoet als een tovenaar.

Een groep andere Eskimo's uit het zuiden wil de diamant echter stelen. Met hulp van de Eskimo's uit het noorden weet Tom Poes uiteindelijk de aanvallers uit het zuiden te verjagen, en zo de diamant die de bron van het noorderlicht vormt te redden. Aino Kaino geeft als dank een feestmaal[2] aan Tom Poes, de kapitein en Wammes Waggel.

Aangezien de Albatros is vergaan, moeten de Rommeldammers liften naar huis. Ze weten aan boord te komen van een toevallig passerend schip, dat een sloepje voor hen uitzet en ze mogen mee varen. Kapitein Wal Rus is erg blij dat het noorderlicht weer mooi schijnt.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

Voorganger:
De bergmensen
Bommelsaga
7 mei 1943 - 27 juli 1943
Opvolger:
De Bommelschat