Lasioglossum

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Lasioglossum
Gewone geurgroefbij (Lasioglossum calceatum)
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Hymenoptera (Vliesvleugeligen)
Onderorde:Apocrita
Superfamilie:Apoidea
Familie:Halictidae
Onderfamilie:Halictinae
Geslachtengroep:Halictini
Geslacht
Lasioglossum
John Curtis, 1833
Typesoort
Lasioglossum tricingulum Curtis, 1833 = Melitta xanthopus Kirby, 1802
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Lasioglossum op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

Lasioglossum is een geslacht van bijen uit de familie Halictidae.

Naam[bewerken | brontekst bewerken]

De wetenschappelijke naam van het geslacht is voor het eerst geldig gepubliceerd door John Curtis in 1833.[1] De geslachtsnaam Lasioglossum betekent vrij vertaald 'harige tong'. De Nederlandstalige naam voor deze bijen is groefbijen, een naam die ook wordt gebruikt voor het geslacht Halictus. Lasioglossum-soorten worden ook wel bandgroefbijen genoemd. De naam 'groef'bij is afgeleid van de groef die de vrouwtjes op het laatste achterlijfssegment hebben.[2]

Curtis beschreef Lasioglossum tricingulum als de typesoort van dit geslacht. L. tricingulum is een synoniem van Lasioglossum xanthopus (Kirby, 1802), de roodbruine groefbij.

Soorten[bewerken | brontekst bewerken]

Lasioglossum is het meest omvangrijke geslacht van bijen, met meer dan 1700 beschreven soorten, die in talrijke ondergeslachten zijn ingedeeld (die door sommige auteurs als geslachten worden beschouwd). In Nederland zijn 48 soorten aangetroffen waarvan er zich 41 permanent hebben gevestigd.[3]

Levenswijze[bewerken | brontekst bewerken]

Het geslacht kent een kosmopolitische verspreiding. Er is ook een verscheidenheid aan levenswijzen. Sommige soorten leven solitair, andere zijn (eu)sociaal en leven in (zeer) kleine tot middelgrote kolonies. Er zijn ook soorten die zowel solitair als eusociaal kunnen leven (facultatief solitair), afhankelijk van de plaatselijke omstandigheden. Er zijn daarnaast ook soorten die sociale parasieten zijn: deze bijen dringen binnen in het nest van een andere soort en worden de dominante, zich voortplantende, bij in de kolonie door de koningin te doden of te domineren. Zo een soort is Lasioglossum asteris uit het ondergeslacht Paralictus, die nesten van Lasioglossum imitatum binnendringt.[4]

De meeste soorten maken hun nesten in de grond, die bestaan uit meerdere "cellen" waar de bij stuifmeel gemengd met nectar in aanbrengt als voedsel voor de zich ontwikkelende larve. Ze legt een ei op deze stuifmeelmassa en sluit dan de cel af.

Enkele in Nederland voorkomende soorten zijn:

Soortenlijst[bewerken | brontekst bewerken]

Onderstaand een lijst van 1741 soorten, de lijst is mogelijk niet compleet.

Gestippelde smaragdgroefbij
Berijpte geurgroefbij
Kortsprietgroefbij
Gewone geurgroefbij
Klokjesgroefbij
Bosgroefbij
Slanke groefbij
Combigroefbij
Gladde groefbij
Gedoornde groefbij
Breedkaakgroefbij
Breedbuikgroefbij
Gewone smaragdgroefbij
Matte bandgroefbij
Schoorsteengroefbij
Glanzende groefbij
Grote bandgroefbij
Groepjesgroefbij
Ingesnoerde groefbij
Zuidelijke dwerggroefbij
Langkopsmaragdgroefbij
Borstelgroefbij
Glimmende smaragdgroefbij
Waaiergroefbij
Kleine groefbij
Kleinste groefbij
Kleigroefbij
Viltige groefbij
Fijngestippelde groefbij
Dwerggroefbij
Steilrandgroefbij
Kleine bandgroefbij
Roodpootgroefbij
Glanzende franjegroefbij
Halfglanzende groefbij
Noordelijke groefbij
Zesvlekkige groefbij
Gewone franjegroefbij
Bergbosgroefbij
Duingroefbij
Biggenkruidgroefbij
Glanzende bandgroefbij

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

Bronvermelding[bewerken | brontekst bewerken]