Afrikaanse huisslang
Afrikaanse huisslang IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2010) | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Afrikaanse huisslang (Lamprophis aurora) | |||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Lamprophis aurora (Linnaeus, 1758) | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op ![]() | |||||||||||||||||||
Afrikaanse huisslang op ![]() | |||||||||||||||||||
|
De Afrikaanse huisslang (Lamprophis aurora) is een niet-giftige slang uit de familie Lamprophiidae.
Kenmerken
De huidskleur loopt erg uiteen van zwart tot bruin tot oranje tot olijfkleurig, zelden ook geel, terwijl de buikzijde over het algemeen geheel gebroken wit is. Aan weerszijden van de kop bevindt zich een roomwitte streep. Aan het stevige lichaam bevindt zich een langwerpige, driehoekige kop. Mannetjes zijn kleiner dan vrouwtjes, maar hebben een langere staart. De lichaamslengte bedraagt 90 tot 150 cm.
Leefwijze
Deze nachtactieve slang jaagt op knaagdieren, vogels en hagedissen. Bij bedreiging door predatoren zal hij niet aarzelen deze te bijten.
Voortplanting
Per seizoen produceert het vrouwtje 2 of meer legsels van 6 tot 16 eieren.
Verspreiding en leefgebied
Deze soort komt voor in Afrika, bezuiden de Sahara, van bosrijke tot rotsachtige en zanderige gebieden. Zijn voorkeur gaat echter uit naar licht bebost gebied met veel lage struiken. Hij is daar dan ook vaak te vinden nabij de wortels van bomen.
- David Burnie (2001) - Animals, Dorling Kindersley Limited, London. ISBN 90-18-01564-4 (naar het Nederlands vertaald door Jaap Bouwman en Henk J. Nieuwenkamp).