Naar inhoud springen

Afrikaanse grijskop

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Joopwiki (overleg | bijdragen) op 30 jul 2017 om 14:36. (→‎top: Correctie in datumveld, replaced: | datum = datum = met [[Project:AWB|AWB)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Afrikaanse grijskop
IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2012)
Afrikaanse grijskop
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Aves (Vogels)
Orde:Passeriformes (Zangvogels)
Familie:Sylviidae (Zangers)
Geslacht:Pseudoalcippe (Monnikstimalia's)
Soort
Pseudoalcippe abyssinica
(Rüppell, 1840)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Afrikaanse grijskop op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Vogels

De Ethiopische monnikstimalia (Pseudoalcippe abyssinica) is een vogel uit de familie Zangers van de Oude Wereld. De soort komt Afrika. BirdLife International rekent de ruwenzorimonnikstimalia (P. atriceps) tot dezelfde soort.

Kenmerken

De Ethiopische monnikstimalia is 13 cm lang. Het is een onopvallende vogel met een olijfbruine mantel, vleugels en staart. Van onder is de vogel grijs. Het is een schuwe vogel die zich ophoudt in de ondergroei.[2]

Verspreiding en leefgebied

De Ethiopische en de ruwenzorimonnikstimalia komen voor in de landen Angola, Burundi, Kameroen, Kongo, Equatoriaal-Guinea, Ethiopië, Kenia, Malawi, Mozambique, Nigeria, Rwanda, Soedan, Zuid-Soedan, Tanzania, Oeganda en Zambia. Het leefgebied bestaat uit droge (sub)tropische bossen of vochtige bergbossen of struwelen.

De soort telt 5 ondersoorten:

  • P. a. monachus: Mount Cameroon.
  • P. a. claudei: Bioko.
  • P. a. stierlingi: het oostelijke deel van Centraal-en zuidwestelijk Tanzania.
  • P. a. stictigula: noordoostelijk Zambia, noordelijk Malawi en noordwestelijk Mozambique.
  • P. a. abyssinica: van zuidoostelijk Soedan en centraal Ethiopië tot noordoostelijk Tanzania.

Status

De grootte van de populatie (inclusief de ruwenzorimonnikstimalia) is niet gekwantificeerd. Deze monnikstimalia's zijn plaatselijk nog redelijk algemeen, maar gaan in aantal achteruit. Echter, het tempo ligt onder de 30% in tien jaar (minder dan 3,5% per jaar). Om deze reden staan deze timalia's als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN.[1]