Famotidine
Uiterlijk
Famotidine | ||||
---|---|---|---|---|
Chemische structuur | ||||
![]() | ||||
Structuur van famotidine
| ||||
Farmaceutische gegevens | ||||
Beschikbaarheid (F) | 20–66% | |||
Metabolisatie | Hepatisch - minder dan 30% | |||
Halveringstijd (t1/2) | 2,5-4 uur | |||
Uitscheiding | Renaal | |||
Gebruik | ||||
Geneesmiddelengroep | Maagzuursecretie-inhibitoren | |||
Subklasse | H2-antihistaminica | |||
Indicaties | Brandend maagzuur Refluxoesofagitis | |||
Voorschrift/recept | Niet steeds vereist | |||
Toediening | Oraal, IV | |||
Risico met betrekking tot | ||||
Zwangerschapscat. | B1 (Au), B (VS) | |||
Lactatie (borstvoeding) | Komt in grote hoeveelheden in de moedermelk | |||
Rijvaardigheid | Mogelijk enkele dagen duizelig | |||
Alcohol | Te vermijden (irriteert de maag) | |||
Voeding | Geen contraindicaties | |||
Databanken | ||||
ATC-code | A02BA03 | |||
PubChem | 3325 | |||
DrugBank | APRD00296 | |||
Chemische gegevens | ||||
IUPAC-naam | 2-[4-[2-(amino-sulfamoylimino-methyl) ethylsulfanylmethyl]-1,3-thiazol-2-yl]guanidine | |||
Molmassa | 337,449 g/mol | |||
|
Famotidine remt de productie van maagzuur. Het is sinds 1987 internationaal op de markt.
Werking
[bewerken | brontekst bewerken]Het geneesmiddel behoort tot de groep H2-antagonisten. Het vermindert de aanmaak van zuur in de maag.
Indicaties
[bewerken | brontekst bewerken]Het wordt gebruikt bij
- Gastro-oesofageale reflux (brandend maagzuur)
- Refluxoesofagitis
- Maag- en darmzweer
- Syndroom van Zollinger-Ellison
Mogelijke nevenwerkingen
[bewerken | brontekst bewerken]Bij minder dan 5% treden nevenwerkingen op. De meest voorkomende zijn:
- Hoofdpijn
- Moeheid
- Huideruptie
- Spierpijn
- Mentale verwardheid (vooral bij hoge doses, bij bejaarden of bij nierinsufficiëntie)
- Bradycardie en hypotensie (bij intraveneuze toediening)
- Interstitiële nefritis en hepatitis (zelden).
- Reversibele gynaecomastie
- Impotentie (zelden)