Xavery was een zoon van de Antwerpse beeldhouwer Albert Xavery en Catharina Maria Herry/Herri en een jongere broer van Jan-Baptist Xavery. Hoewel zowel zijn broer en vader als grootvader Jeronimus Xavery beeldhouwers waren, koos hij voor de schilderkunst. Hij vestigde zich in Den Haag, waar hij in 1741 lid werd van de Confrerie Pictura.[2] Xavery schilderde, tekende en etste onder meer landschappen, portretten en bloemstillevens. Hij maakte daarnaast series etsen over de commedia dell'arte, met harlekijnen en acrobaten, die in boekvorm werden gepubliceerd. Hij gaf les aan zijn oomzegger Frans Xavery. G.J. Xavery is vermoedelijk in 1752 of 1753 in Den Haag overleden.[2][3]
↑Christiaan Kramm, "Xavery, (Gerardus Josephus)", De levens en werken der Hollandsche en Vlaamsche kunstschilders, beeldhouwers, graveurs en bouwmeesters, van den vroegsten tot op onzen tijd. Amsterdam: Gebroeders Diederichs. Gearchiveerd op 6 augustus 2021.