Grijs schorssteeltje
| Grijs schorssteeltje | |||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
_Th._Fr._(92039).jpg)
| |||||||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| Soort | |||||||||||||||
| Chaenotheca trichialis (Ach.) Th. Fr. (1870) | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| Synoniemen | |||||||||||||||
|
Calicium trichiale | |||||||||||||||
Afbeeldingen op  Wikimedia Commons
| |||||||||||||||
Grijs schorssteeltje op  Wikispecies
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Het grijs schorssteeltje (Chaenotheca trichialis) is een korstmos behorend tot de familie Coniocybaceae. In groeit op droge, zure bastspleten en op hout op een grote verscheidenheid aan naald- en loofbomen, in matig schaduwrijke en nogal vochtige omgeving.
Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
Blauwe, soredieuze korstvormige soort dat groeit in schorsspleten van oude bomen. Het thallus lijkt op gewone poederkorst (Lepraria incana) waarmee de soort vaak samen groeit. De apothecia zijn bruin, gesteeld en 1-1,9 mm groot.
De asci meten 11-14 × 2-2,5 µm. De ascosporen hebben een diameter van 4-5 µm.
Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]
In Nederland komt het grijs schorssteeltje vrij algemeen voor. Het is niet bedreigd en het staat niet op de rode lijst.
| Bronnen, noten en/of referenties |