Carthago

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Gpvosbot (overleg | bijdragen) op 17 okt 2005 om 23:33. (robot Anders: es)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Ruïnes in Carthago

Carthago (قرطاج Qarţāj), in het punisch "Kart Hadasht" ( ) nieuwe stad, was een stad in de oudheid, nabij het huidige Tunis in wat door de Romeinen Africa genoemd werd.

Inleiding

De stad werd gesticht door de Feniciërs in 814 v. Chr.. Volgens de legende door de gevluchte prinses Dido uit Tyrus. De legende vertelt verder dat die prinses dankzij haar glimlach door een Amazighische (Berberse) koning is verwelkomd. Volgens de historicus Postinus was hij de Amazighische koning Iarbas. Volgens de Romeinse mythologie bracht de Trojaanse held Aeneas eveneens een bezoek aan Dido. Zij werd verliefd op hem en toen Aeneas verder trok naar Italië pleegde ze uit verdriet zelfmoord. Nadat het Fenicische thuisland onder invloed van Perzië kwam en Tyrus' handel beperkt werd tot het oostelijke gebied van de Middellandse Zee, ontwikkelde Carthago zich snel tot de belangrijkste zeemacht in het westelijke bekken van de Middellandse Zee. Carthago eistte tenslotte zelfs het alleenrecht op over de zeehandel en de Carthaagse schepen gingen over tot het tot zinken brengen van rivalen die ze op 'hun zee' aantroffen. Carthago werd daarmee de meest geduchte tegenstander en rivaal van de eveneens handeldrijvende en koloniserende Westelijke Grieken (hoofdzakelijk de Grieken uit Syracuse op Sicilië en uit Massilia in zuid-Frankrijk) en nog later van de zich uitbreidende stadstaat Rome. Uiteindelijk leidde deze laatste rivaliteit tot de drie Punische Oorlogen, waarin de stad tenslotte door de Romeinen met de grond gelijk gemaakt werd.

Er wordt verteld dat de Feniciërs al eerder in contact met de Imazighen kwamen en dat, toen de Feniciërs naar Tamazgha vluchten, de Imazighen hun handel nodig hadden. Daarom hebben de Imazighen de Feniciërs niet tegengewerkt. Bij hun vestiging beperkten zij zich tot een gelimiteerd gebied om oorlog met de Imazighen te vermijden en alhoewel er een sterke samenwerking was, was deze samenwerking in de handel relatief beperkt volgens Mohamed Chafik.

De Feniciërs hebben later hun strategie veranderd en zijn begonnen andere streken te bezetten. Om deze reden kwam hun leger, dat voor de meerderheid uit Imazighen huurlingen bestond, in opstand tegen deze strategie. Maar later konden de Feniciërs die opstand neerslaan. De Imazighen speelden een belangrijke rol in de tweede Punisische Oorlog. Hierover vermeldde Titus Livius dat de zwaarden van Numidiërs de beslissende rol speelden in de slag bij Cannae. De bijdrage van de Numidërs (de Imazighen) in het verslaan van Carthago was ook onmisbaar, ingevolge de strategie van Massinissa :'Afrika voor de Afrikanen'.en zo konden de Romeinen in samenwerking met de Imazighen Carthago met de grond gelijk maken.

Carthago

De Romeinse senator Cato (234 - 149 v. Chr.) vond het gevaar van Carthago zo groot, dat hij elke redevoering voor de Romeinse senaat, ook al ging die over een heel ander onderwerp, eindigde met de zin: "En overigens ben ik van mening dat Carthago verwoest moet worden" - Ceterum censeo Carthaginem delendam esse - . Deze zin is nog steeds beroemd, omdat hij bij de opleiding Latijn wordt gebruikt als voorbeeld voor de werkwoordsvorm gerundivum).

De Punische oorlogen

  1. De eerste Punische Oorlog was vooral een oorlog tussen de zeevloten van Rome en Carthago en vond plaats tussen 264 en 241 v. Chr.. De Romeinen veroverden hierbij de macht over de westelijke Middellandse Zee wegen. De Carthaagse suprematie over de zeehandel kwam hiermee ten einde. Noodgedwongen legden de Carthagers zich toen toe op de vergroting van hun landimperium en vooral in Spanje. Na verloop van tijd kwamen de Carthagers toen weer in conflict met Rome over hun wederzijdse invloedssferen daar.
  2. Tijdens de tweede Punische Oorlog, van 218 tot 202 v. Chr., besloot Hannibal Italië rechtstreeks aan te vallen en stak vanuit Spanje de Alpen over met een groot leger grotendeels bestaande uit Iberische kelten en Noord-Afrikaanse Lybiërs vooral de Numidiërs en de Moren, ook wel bekend als berbers of Imazighen. Volgens de Romeinse schrijver Livius deed hij dat in oktober/november 218 v. Chr. en had hij 37 olifanten bij zich. Aanvankelijk boekte hij grote successen tegen de Romeinen maar toen deze zagen dat ze Hannibal niet rechtstreeks konden verslaan sneden de Romeinen zijn toevoerwegen uit Spanje af. Na een guerrillaoorlog van bijna 20 jaar in Italië moest Hannibal tenslotte de handdoek in de ring gooien toen de Romeinen, na Spanje veroverd te hebben, overstaken naar Africa en Carthago omsingelden. Bij de vredesonderhandelingen moesten de Carthagers nu hun invloedssfeer beperken tot de stad Carthago zelf en werden ze als het ware onder curatele van Rome gesteld.
  3. De derde Punische Oorlog, naar aanleiding van het steunen door Carthago van een Africaanse tegenstander van Rome,tussen 149 en 146 v. Chr. resulteerde uiteindelijk in de volledige vernietiging van de stad Carthago, onder andere ook de grote stadsbibliotheek, waarbij tienduizenden inwoners en verdedigers werden afgeslacht en de overlevenden als slaaf verkocht. Als laatste vernedering werden de ruïnes omgeploegd en zout over de voren gestrooid, hoewel dit laatste door anderen als een broodje aap verhaal beschouwd wordt.

Onder Rome

Aanvankelijk mocht er niemand meer op de ruïnes van Carthago huizen bouwen maar omdat de plek zo gunstig lag werd dit verbod na een tijdje toch weer opgeheven. De Romeinen bouwden een nieuwe stad die ook weer de naam Carthago kreeg en al snel was ze weer van flinke betekenis, mede doordat zich weer veel 'Puniers' vestigden op de plek van hun voorouders. In de christelijke periode was Carthago belangrijk door verschillende concilies die er gehouden werden en door de belangrijke bisschop Augustinus van Hippo die in Carthago studeerde. In de 5e eeuw werd Noord Afrika bezet door de Vandalen en bijna 80 jaar was Carthago hun hoofdstad vanwaaruit ze de Middellandse zee afschuimden als piraten totdat in de 6de eeuw de Byzantijnse generaal Belisarius hen vernietigde. De Punische taal bleef ondertussen, naast het officiële Latijn, van betekenis als de volkstaal tot de verovering van Carthago door de Arabieren in de 7e eeuw.

Middeleeuwen

Hierna nam de betekenis van Carthago snel af omdat de Arabieren niet veel behoefte hadden aan havensteden. Hun handel ging als vanouds over land via karavaan routes. Het kleine landinwaarts gelegen plaatsje Kairouan werd een belangrijke pleisterplaats voor de arabische karavaans die door Noord-Afrika trokken en veel Carthaagse handelaars vestigden zich hier. Lange tijd was Kairouan zelfs de hoofdstad van het machtige islamitische Rijk van de Aghlabiden. Later werd vlakbij Carthago de stad Tunis gesticht, wat gedurende de middeleeuwen het bruisende middelpunt was van het Rijk van de Hafsiden; het inmiddels bijna verlaten Carthago werd als steengroeve gebruikt voor de uitbreiding van Tunis waardoor na een paar eeuwen er niet veel meer over bleef van de ruïnes.

Regeringsvorm

De meeste tijd van zijn bestaan werd Carthago door een oligarchie geregeerd bestaande uit de rijkste en belangrijkste families. Deze kozen, als er een crisisperiode was, meestal uit hun gelederen, iemand die meer bevoegdheden kreeg om de crisis te lijf te gaan. Het leek wel wat op het systeem dat Rome er op na hield hoewel de democratische beginselen die er in theorie waren er in de praktijk nooit veel te betekenen hadden.

Godsdienst

Carthago had zijn godsdienst, de baälsdienst, bekend uit de bijbel, met de hoofdgod Melkart meegenomen uit zijn moederstad Tyrus. Deze was berucht om de kinderoffers die, vaak in crisistijden, werden voltrokken. Ook in Carthago waren deze praktijken gangbaar zoals de Romeinse schrijver Plutarchus en anderen berichtten. Later werd de (oorspronkelijk Noord-Africaanse) godin Tanit de voornaamste afgod. Recente opgravingen in Tunesië waarbij veel urnen met verbrande kinderbeenderen werden gevonden uit 400-200 v. Chr. schijnen de Romeinse visie te bevestigen. Anderen menen dat de gruwelverhalen over Carthaagse kinderoffers gewoon Romeinse propaganda was en dat deze menselijke resten van normale crematies zijn.

Zie ook

De beroemde uitspraak van de Romeinse senator Cato: Ceterum censeo Carthaginem esse delendam

Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Carthage op Wikimedia Commons.