Keizerlibellen
Keizerlibellen | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Zuidelijke keizerlibel (Anax parthenope) | |||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||||
Anax Leach, 1815 | |||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||
Keizerlibellen op Wikispecies | |||||||||||||||
|
De keizerlibellen (Anax) vormen een geslacht van echte libellen (Anisoptera) uit de familie glazenmakers (Aeschnidae). Het geslacht omvat ongeveer 5 soorten, waarvan er 2 in Nederland voorkomen.
De wetenschappelijke naam van het geslacht werd in 1815 voorgesteld door William Elford Leach. Het woord Anax komt uit het Grieks en betekent "(feodale) heer".
Bouw en anatomie
Het labium reikt in rust tot voorbij de coxae van het tweede potenpaar. De ogen zijn aan de rugzijde afgevlakt en de lengte (langs de lengte-as van het lichaam gemeten) is iets groter dan oogbreedte (haaks op de lengte-as). De achterranden van de ogen liggen in elkaars verlengde. De kop is afgerond. De dorsale mannelijke lob is vrij rechthoekig en het abdominaal segment 6 heeft geen laterale doorn.
Volgroeide larven worden zelden minder dan 49 mm lang. Van sommige soorten kunnen ze tot 100 mm worden.
Eierontwikkeling
De eieren komen na ongeveer 5-6 weken uit. De totale ontwikkeling duurt 1 jaar (bij de grote keizerlibel) tot 2 jaar (bij de zuidelijke keizerlibel).
Soorten
- Anax guttatus (Burmeister, 1839)
- Anax imperator Leach, 1815 - Grote keizerlibel
- Anax junius (Drury, 1773) - Amerikaanse keizerlibel
- Anax parthenope (Selys, 1839) - Zuidelijke keizerlibel
- Anax strenuus Hagen, 1867