Libido
Libido (sexualis) (Latijn: begeerte)[1] of geslachtsdrift is een term die in de seksuologie wordt gebruikt om te verwijzen naar de mate waarin een persoon behoefte heeft aan seksualiteit. Onder invloed van Sigmund Freud en Jung werd het begrip libido uitgebreid in de psychoanalyse.
Seksuologie
De libido (sexualis) kan van persoon tot persoon sterk verschillen. De libido kan in een mensenleven ook fluctueren. Vaak is het in de puberteit op zijn hoogtepunt en neemt het later in meerdere of mindere mate af, maar dat is niet altijd het geval. Ook tachtigplussers kunnen nog een sterk libido hebben.
De geslachtsdrift wordt in zekere mate bepaald door hormonen in het lichaam. Bij vrouwen is bijvoorbeeld de menstruatiecyclus van invloed op de drang tot seks. Bij de mens wordt de seksuele activiteit echter in overwegende mate bepaald door cognitieve en affectieve factoren, door in de loop van het leven opgedane ervaringen, door attitudes en normen. Op grond hiervan is het ook te verklaren dat het menselijk seksueel gedrag een grote verscheidenheid vertoont.[2] Emoties kunnen ook van invloed zijn op de libido: bij spanning, angst, stress of depressiviteit kan de libido verminderen of soms juist toenemen.
Verhoogd libido
Bij een sterk verhoogd libido spreekt men in het algemeen van hyperseksualiteit, bij mannen van satyriasis (v. Gr. saturos, een mythologisch halfmens, halfdier) en bij vrouwen van nymfomanie (v. Gr. numphè = meisje, mania = razernij). Sommige stoornissen kunnen de seksuele drang versterken, bijvoorbeeld manie en soms hyperthyreoïdie. De libido kan ook verhoogd worden door een afrodisiacum. Bij virilisatie treedt vaak een verhoogd libido op.
Gereduceerd libido
Bij het ontbreken of verminderd aanwezig zijn van seksuele drang spreekt men van anafrodisie (v. Gr. an = zonder, Aphrodite).
Een gereduceerd libido kan geassocieerd zijn met een zinktekort.[3] Bij castratie op geslachtsrijpe leeftijd is verlies van libido het voornaamste verschijnsel.[bron?]
Psychoanalyse
'Libido' is ook een begrip uit de psychoanalyse. Dit begrip duidt dan op de drijfveren die met de seksualiteit verbonden zijn: bij Freud in de engere zin, bij Jung in de zin van levensenergie en in het algemeen het "streven naar". In de Jungiaanse psychoanalyse bedoelt men met libido dus niet een fysische maar een psychische energie (zie libido (Jung)).
Zie ook
- ↑ Van Dale (2015) vermeldt "de libido, soms ook het libido".
- ↑ Grote Winkler Prins, 7e druk, 1969
- ↑ Microsoft Encarta