Een metropool (Oudgrieks μήτηρ mētēr = moeder, πόλις pólis = stad) is een agglomeratie, bestaande uit een zeer grote stad met de bijgelegen stedelijke gebieden, waaronder voorsteden. Ook bevat hij het perifere ommeland daaromheen, dat niet per se stedelijk is, maar waarvan de inwoners aan de stad zijn verbonden door werk of winkelgelegenheden. Dit ommeland wordt ook wel forensengebied genoemd. Het aantal inwoners van een metropool kan daardoor beduidend groter zijn dan dat van de stad zelf. De overtreffende trap van een metropool is een megalopool.
Metropool is afgeleid van het Griekse woord metropolis en betekent moederstad. Een dergelijke stad vormt vaak het middelpunt van een regio op politiek, wetenschappelijk, cultureel en sociaal niveau. Bekende voorbeelden van metropolen zijn Londen, Parijs, Tokio, Shanghai en New York.
De aanduiding "metropool" en "wereldstad" worden vaak synoniem aan elkaar gebruikt. Metropolen zijn over het algemeen stedelijke gebieden met meer dan 1 miljoen inwoners. Het woord metropool wordt echter, in tegenstelling tot het woord wereldstad, dat internationaal als absoluut begrip wordt gebruikt, soms ook relatief gebruikt om de relatie van een stad met de omliggende (afgemeten) omgeving aan te geven, zoals Groningen "de metropool van het noorden". Het begrip metropool wordt gebruikt om steden aan te geven waar een bepaalde activiteit of bedrijventak veel voorkomt, zoals "kunstmetropool" of "financiële metropool".
Voor de stijging in de concentratie van wetenschap, politiek of cultuur binnen een gebied of stad wordt het woord metropolisering gebruikt. Bijvoorbeeld 'de politieke metropolisering van Brussel'. Met dit begrip wordt echter ook soms gewoon verstedelijking aangeduid.