Van 1815 tot 1830 vormden België en Nederland het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. In 1830 brak in België een opstand uit, die vrij snel een proces op gang bracht waardoor België een apart koninkrijk werd. Willem I weigerde zich daar lange tijd bij neer te leggen en hield het dure leger onder de wapenen. Mede daardoor raakten de staatsfinanciën in het slop. Pas in 1839 kwam er een verdrag, waarbij de afscheiding werd geregeld. Dit alles leidde in de Tweede Kamer tot steeds meer kritiek op de koning.
In 1840 kwam de koning met een Grondwetsherziening. Die herziening had weliswaar niet zo veel betekenis, maar liet toch de eerste tekenen van verandering zien: ministers werden ook zelf verantwoordelijk voor hun beleidsdaden. Toen er daarnaast ook nog eens bezwaar werd gemaakt tegen zijn voorgenomen huwelijk met een Belgische (katholieke) hofdame, trad de koning af.
Minister van Binnenlandse Zaken, Waterstaat en Publieke Werken: Patrice Claude Ghislain ridder de Coninck (conservatief voor 1848), van 1 januari 1820 tot 30 maart 1824
Minister van Binnenlandse Zaken, Waterstaat en Onderwijs: Patrice Claude Ghislain ridder de Coninck (conservatief voor 1848), van 30 maart 1824 tot 5 april 1825
Minister van Zaken van de Hervormde en andere Erediensten, behalve die der rooms-katholieke: Frederik Willem Floris Theodorus baron van Pallandt van Keppel (conservatief voor 1848), van 19 maart 1818 tot 1 maart 1841
Bronnen, noten en/of referenties
De informatie op deze pagina, of een eerdere versie daarvan, is geheel of gedeeltelijk afkomstig van www.parlement.com. Overname was tot 1 februari 2016 toegestaan met bronvermelding.