Positieve discriminatie: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Er stonden twee zinnen over de gereformeerde kerk waar al vier en een half jaar een bron voor gevraagd werd; nu verwijderd. Svp alleen terugplaatsen met bron.
Paragraaf over 'eigenlijk een eufemisme' en 'tegenwoordig' en 'voorstanders' verwijderd; erg POV en zonder bron.
Regel 1: Regel 1:
'''Positieve discriminatie''' of '''voorkeursbeleid''' (Frans: ''mesures correctrices d'inégalités'', maatregelen om ongelijkheden te corrigeren, Engels: ''affirmative action'', bevestigende actie, Zuid-Afrika: [[rechtstellende actie]]) is het opzettelijk bevoordelen van bepaalde bevolkingsgroepen bij de toelating tot opleidingen of arbeidsplaatsen als er sprake is van gelijke geschiktheid. Het doel is meestal om het aandeel van deze bevolkingsgroepen te verhogen, waardoor de ongelijkheid wordt verminderd. Het voorkeursbeleid richt zich meestal op [[vrouw]]en, [[allochtoon (persoon)|mensen met een niet-westerse migratieachtergrond]] en (in mindere mate) mensen die onder de [[Participatiewet]] vallen (bijvoorbeeld wegens een [[lichamelijke handicap]], [[verstandelijke beperking]] of [[psychische aandoening]]).
'''Positieve discriminatie''' of '''voorkeursbeleid''' (Frans: ''mesures correctrices d'inégalités'', maatregelen om ongelijkheden te corrigeren, Engels: ''affirmative action'', bevestigende actie, Zuid-Afrika: [[rechtstellende actie]]) is het opzettelijk bevoordelen van bepaalde bevolkingsgroepen bij de toelating tot opleidingen of arbeidsplaatsen als er sprake is van gelijke geschiktheid. Het doel is meestal om het aandeel van deze bevolkingsgroepen te verhogen, waardoor de ongelijkheid wordt verminderd. Het voorkeursbeleid richt zich meestal op [[vrouw]]en, [[allochtoon (persoon)|mensen met een niet-westerse migratieachtergrond]] en (in mindere mate) mensen die onder de [[Participatiewet]] vallen (bijvoorbeeld wegens een [[lichamelijke handicap]], [[verstandelijke beperking]] of [[psychische aandoening]]).

== Terminologie ==
In [[Nederland]] is de term 'positieve discriminatie' in gebruik geweest om aan te geven dat voor werk in bepaalde categorieën de voorkeur uitging naar vrouwelijke kandidaten, omdat vrouwen in die categorieën gediscrimineerd werden. Positieve [[discriminatie]] is eigenlijk een [[eufemisme]], want als er onderscheid wordt gemaakt, wordt er altijd een partij benadeeld. Inmiddels heeft de term het eufemistische karakter grotendeels verloren en wordt het voornamelijk nog gebruikt door tegenstanders. Voorstanders geven tegenwoordig de voorkeur aan een nieuw eufemisme: voorkeursbeleid.


== Redenen ==
== Redenen ==

Versie van 4 dec 2022 21:07

Positieve discriminatie of voorkeursbeleid (Frans: mesures correctrices d'inégalités, maatregelen om ongelijkheden te corrigeren, Engels: affirmative action, bevestigende actie, Zuid-Afrika: rechtstellende actie) is het opzettelijk bevoordelen van bepaalde bevolkingsgroepen bij de toelating tot opleidingen of arbeidsplaatsen als er sprake is van gelijke geschiktheid. Het doel is meestal om het aandeel van deze bevolkingsgroepen te verhogen, waardoor de ongelijkheid wordt verminderd. Het voorkeursbeleid richt zich meestal op vrouwen, mensen met een niet-westerse migratieachtergrond en (in mindere mate) mensen die onder de Participatiewet vallen (bijvoorbeeld wegens een lichamelijke handicap, verstandelijke beperking of psychische aandoening).

Redenen

Voor positieve discriminatie worden de volgende redenen gegeven:

  • De betreffende bevolkingsgroepen worden in de praktijk gediscrimineerd en daarom zijn er maatregelen nodig om te zorgen dat ze in aanmerking komen voor een baan of promotie.
  • De betreffende bevolkingsgroepen zijn in het verleden gediscrimineerd en daardoor ondervertegenwoordigd in bepaalde functies. Met het juiste voorkeursbeleid zetten we de fouten van vroeger weer recht.
  • De mensen die bevoordeeld zijn en op representatieve posities komen kunnen zo een voorbeeldfunctie vervullen voor andere leden uit de betreffende bevolkingsgroep. Zo kan het feit dat er vrouwelijke of allochtone ministers zijn, andere vrouwen en allochtonen inspireren om ook carrière te maken.
  • Een voorkeursbeleid kan ook als doel hebben om een bedrijf of team diverser te maken, waarmee er ook ruimte komt voor andere invalshoeken.

Kritiek

Er wordt ook kritiek geuit op positieve discriminatie. De praktijk leidde zowel onder feministen als onder niet-feministen tot protest. De belangrijkste kritiekpunten zijn:

  • De huidige generatie wordt gecompenseerd voor het onrecht in de vorige generatie. Een man zal in sommige gevallen minder makkelijk voor een bepaalde functie worden aangenomen dan een vrouw, ook al was hij even geschikt of beter. Hij moet dus boeten voor wat zijn voorouders deden.
  • Hierdoor is het in sommige gevallen mogelijk dat niet de beste, maar de meest correcte beslissing genomen wordt. Een bedrijf of overheidsinstelling zal ook liever de beste kandidaat kiezen, maar is gedwongen een minder doeltreffende keuze te maken. Dit wordt door voorstanders tegengesproken, omdat er alleen sprake is van positieve discriminatie bij gelijke geschiktheid. Tegenstanders geven aan dat met name overheidsinstellingen vaak quota stellen voor het aantal allochtonen en vrouwen dat op managementsposities moet worden geplaatst waardoor de keus voor een blanke man in bepaalde gevallen niet eens toegestaan is.
  • De kwaliteit van een nieuwe medewerker wordt soms onterecht in twijfel getrokken, omdat de aanstelling of het arbeidsverleden wordt gezien als het gevolg van positieve discriminatie en niet van de eigen prestaties. Dit werkt discriminatie (en mobbing) juist weer in de hand.
  • Positieve discriminatie helpt slechts enkele achtergestelde groepen waardoor andere achtergestelde groepen het juist nog zwaarder krijgen, zoals gehandicapten en blanke mannen die in een achterstandswijk zijn opgegroeid. Eerst komt immers de gecompenseerde groep aan bod, daarna de personen in de neutrale positie en ten slotte deze achterstandsgroep.
  • De gecompenseerde groep voelt zich betutteld.
  • Ook voeren tegenstanders vaak aan dat de te bevoordelen groepen niet ondervertegenwoordigd zijn door discriminatie, maar doordat ze zelf minder ambities hebben. Voorstanders stellen weer dat dit gebrek aan ambitie juist komt door een gebrek aan voorbeeldfuncties.

Internationale voorbeelden

Ook buiten het Nederlands taalgebied wordt aan positieve discriminatie gedaan.

  • In Zweden bestaat het parlement altijd voor de helft uit vrouwen en voor de helft uit mannen. Ook bij de samenstelling van de ministerraad wordt dezelfde verdeling nagestreefd.
  • In Noorwegen moet de directie van een beursgenoteerd bedrijf verplicht voor veertig procent uit vrouwen bestaan.
  • In India lopen al tientallen jaren programma's om dalits (kastelozen) binnen het ambtenarenapparaat te halen.
  • In de Verenigde Staten zijn veel rechtszaken gevoerd rondom dit onderwerp. Een van de uitkomsten is dat het sinds 2003 verboden is om voor opleidingsplaatsen een voorkeursbeleid op basis van etniciteit of geslacht te voeren. Voorkeursbeleid op sociale klasse is wel toegestaan.
  • In Slowakije is positieve discriminatie helemaal verboden.
  • In Zuid-Afrika zijn sinds het leiderschap van het ANC via Black Economic Empowerment (regstellende aksie ofwel rechtstellende actie) duizenden blanken ontslagen om plaats te maken voor gekleurde werklieden, ongeacht de vakkundigheid. Dit heeft geleid tot een explosieve groei van blanke armoede, massale emigratie en de daarmee gepaard gaande kennisvlucht.[1][2] Bovendien is de inkomensongelijkheid hier niet mee weggenomen: een zwarte elite heeft de plaats van de verdwenen blanke elite uit de Apartheid ingenomen en het verschil voor de gewone bevolking is minimaal.

Regeerakkoord 2012

Volgens het Regeerakkoord 2012 (Nederland) komt er een quotum voor bedrijven met meer dan 24 werknemers, dat aangeeft hoeveel arbeidsgehandicapten het bedrijf in dienst moet hebben. Dit quotum wordt in zes jaar opgebouwd tot vijf procent. Bedrijven die hier niet aan voldoen krijgen een boete van 5000 euro per arbeidsplaats per jaar.

Zie ook