Trekvogel: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 145.103.254.53 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Machaerus
Geen bewerkingssamenvatting
Labels: Misbruikfilter: Kwebbelen Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Regel 1: Regel 1:
Hoi
[[Afbeelding:Barn Swallow 800.jpg|thumb|Een voorbeeld van een trekvogel, de [[boerenzwaluw]].]]
Een '''trekvogel''' is een [[vogels|vogelsoort]] waarvan (vrijwel) alle individuen uit het [[broedgebied]] wegtrekken om op geruime afstand daarvan te overwinteren. <br/>
Door in de herfst naar een zuidelijker [[overwinteringsgebied]] te trekken, ontvlucht ze de slechte omstandigheden (onder andere voedselgebrek) in haar broedgebied.<br/>
Soorten als bijvoorbeeld [[boerenzwaluw]], die helemaal afhankelijk zijn van vliegende [[insecten]], hebben dan in [[Nederland]] en omgeving niets meer te zoeken. <br/>
In de lente vindt de terugkeer plaats.<br/>
Een trekvogel wordt ook wel '''trekker''', '''wegtrekker''' of '''migrant''' genoemd.

Het tegenovergestelde van een trekvogel is een standvogel. Deze blijft wel in zijn broedgebied overwinteren.



== Oriëntatie ==
== Oriëntatie ==

Versie van 12 apr 2016 14:33

Hoi

Oriëntatie

Er bestaan verschillende theorieën over het terugvinden van de weg van trekvogels.

  • Er bestaat een verband tussen de vetvoorraad en het aantal vlieguren om zijn winterverbijfplaats te bereiken. De vogel legt een bepaalde vetvoorraad aan. Als hij gaat vliegen, verbruikt hij deze voorraad. Als zijn vetvoorraad op is, verdwijnt de drang om te vliegen en strijkt hij neer op een geschikt stekje.
  • Volgens een andere theorie oriënteren de vogels zich op hemellichamen. De dagvogels, die overdag vliegen, maken hierbij gebruik van de stand van de zon, terwijl de nachtvliegers de sterren handig gebruiken.
  • De derde theorie bestaat uit de mogelijkheid dat de vogels zich oriënteren op herkenningstekenen vanaf de grond. Vooral de vogels die op grote hoogte vliegen maken hiervan gebruik, want ze kunnen makkelijk grote bergen, rivieren en dorpen zien en zich dan daar vervolgens op oriënteren

Indeling vogelsoorten naar trekgedrag

De volgende driedeling is mogelijk:

  • trekvogel, als alle individuen van die soort in de herfst wegtrekken.
  • deeltrekker, als een deel van de individuen wegtrekt.
  • standvogel, als de vogelsoort geen trek vertoont, dus gewoon in het broedgebied blijft.

Vaak zijn de populaties uit Noord-Europa trekvogel en die uit Zuid-Europa standvogel. Nederland neemt veelal een tussenpositie in, er zijn daar veel deeltrekkers.

Trekroutes

De trekroutes over Europa lopen in noord-zuid richting. Er is een westelijke en een oostelijke route. De westelijke route loopt langs Scandinavië, Nederland, Frankrijk, Spanje en via de Straat van Gibraltar en Marokko naar de Afrikaanse landen onder de Sahara. De oostelijke route loopt langs de arctische gebieden, Scandinavië, Duitsland, over de Alpen naar Italië en via de Bosporus naar Afrika.

Voorbeelden trekvogels

Bij de Nederlandse broedvogels zijn dat onder andere:

Zie ook