132.969
bewerkingen
k |
|||
== Geschiedenis==
Op de locatie van het Binnengasthuis bevonden zich in de [[middeleeuwen]] het Oude Nonnenklooster (gesticht in 1389) en Nieuwe Nonnenklooster (gesticht in 1403). Voordien was de [[Grimburgwal]] de zuidelijke stadsgrens. Het Nieuwe Nonnenklooster lag aan de [[Amstel (rivier)|Amstel]] en volgde de bocht die de rivier hier maakte, zoals ook te zien is op de stadsplattegrond van Cornelis Anthonisz uit 1544.
Na de [[Alteratie (Amsterdam)|Alteratie]] in 1578 kwamen de kloosters in handen van stedelijke liefdadigheidsinstellingen. In 1582 verhuisden een aantal [[gasthuis|gasthuizen]] (ziekenhuizen) naar de voormalige kloosters (Onze Lieve Vrouwegasthuis aan de Nieuwendijk en het Sint-Pietersgasthuis aan het Rokin) en gingen samen in het Sint-Pietersgasthuis, zoals het Binnengasthuis oorspronkelijk heette. Het Sint-Pietersgasthuis was voornamelijk bedoeld voor armen, soldaten, matrozen en reizigers. Er was een mannen- en een vrouwenafdeling, een afdeling voor chirurgische patiënten, een apotheek, een "snijzaal" (operatiekamer) en een "baaierd" (rustzaal). De burgemeesters van Amsterdam dienden als bestuur van het Binnengasthuis. In de nabijgelegen [[Waag (Amsterdam)|Waag]], een voormalige stadspoort die in 1690-'91 aanzienlijk was verbouwd, werden anatomische lessen gegeven.
|
bewerkingen