Niet-Joodse slachtoffers van het naziregime

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Jasper Kloekmoed (overleg | bijdragen) op 23 feb 2009 om 19:21. (Start)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Onder de Holocaust wordt de vernietiging van 5.900.000[1] Europese Joden door de nazi's verstaan. Zij kwamen om in vernietigingskampen, waar zij vergast werden. De idee hierachter was dat Joden Untermenschen waren. Naast deze Joden waren er volgens Hitler ook andere Untermenschen die vervolgd moesten worden.

Groep Slachtoffers Bron
Joden 5,9 miljoenn [1]
Etnische Russen/Soviets 2 à 3 miljoen [2]
Ethnische Polen 1,8 à 2 million [3]
Roma (Zigeuners) 220.000 à 1.500.000 [4][5]
Gehandicapten 200.000 à 250.000 [6]
Vrijmetselaars 80.000 à 200.000 [7]
Homoseksuelen 5.000 à 15.000 [8]
Jehova's getuigen 2.500 à 5.000 [9]


Homoseksuelen

Het Homomonument in Amsterdam, ter nagedachtenis aan de in de Tweede Wereldoorlog vervolgde homoseksuelen

In de Tweede Wereldoorlog hebben de nazi's tussen de vijf en vijftien duizend homosekuelen naar concentratiekampen gestuurd. Het uitgangspunt van de nazi's was een gezond "volkskarakter". Een criminele daad was niet nodig om de veroordeling te verwezenlijken.[10] In 1936 verbood Heinrich Himmler homoseksualiteit omdat het tegen een gezonde Germaanse geest indruiste. De Gestapo arresteerde mensen in homogelegenheden en ging de sociale contacten van deze mensen na voor verdere aanhoudingen. Ook ledenadministraties van homobladen en dergelijke werden gebruikt.

In eerste instantie werden homofielen veroordeeld tot rehabilitatie. In de kampen droegen zij eerst een gele band, later een roze driehoek. Honderden slachtoffers werden per gerechtelijk bevel gecastreerd[11]. Ook werden zij misbruikt in hormoonexperimenten door kampartsen.

Esperantisten

Esperantovlag

In 1936 verbood Heinrich Himmler het gebruik van Esperanto in het gehele Derde Rijk. Dit hing samen met de botsing tussen de Esperantocultuur en het gedachtegoed uit Mein Kampf. In het boek Mein Kampf staat dat elk volk alles moet doen om de eigenheid van het volkskarakter gezond en wel te behouden. De Esperantocultuur wil juist de volkseigenheid overstijgen en ziet zijn taal als middel daartoe.

Zigeuners

Zie Zigeunervervolging voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Bestand:Porajmos.jpg
Roma in Belzec, wachtend op instructies.

De zigeunervervolging is de vervolging van zigeuners tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Onder de Roma en Sinti wordt echter de benaming Porajmos (of Porrajmos) gebruikt, hetgeen zoiets betekent als 'de verslinding'. Deze reeds eerder door de Roma gebruikte term werd pas begin jaren negentig in de wetenschappelijke literatuur geïntroduceerd door Roma-wetenschapper Ian Hancock[12]. Een ander Romawoord dat voor de genocide wordt gebruikt is Samudaripen ("massamoord").

De zigeuners (Roma en Sinti) waren samen met de Joden een van de hoofdgroepen waarop de vernietigingsdrift van de nazi's zich richtte. Volgens de nazi's waren de Roma asociaal, crimineel en waren zij als niet-Ariërs ongewenst. Dit bleek al in nazi-Duitsland in 1936, toen naast de Joden ook de Roma het stemrecht verloren, en huwelijken tussen Ariërs en Roma verboden waren. Tijdens Aktion Reinhard in 1942 en '43 werd voor het eerst begonnen met de grootschalige vernietiging van de Roma en Sinti.

De Sinti en Lalleri, twee stammen die van oudsher door Duitsland trokken, werden door Heinrich Himmler als raszuiver beschouwd. Alle andere stammen (door de Duitsers met Rom aangeduid) en ook degenen met "gemengd bloed" werden doelwit van vervolging.[13]

Het onderwerp is nog steeds een slecht onderzocht fenomeen, zeker in vergelijking met de vervolging van de Joden in de Tweede Wereldoorlog. Als redenen hiervoor worden genoemd dat de betrokken volken zelf weinig historisch besef zouden hebben en weinig geïnteresseerd zouden zijn in hun eigen geschiedenis[14]. Ook het analfabetisme onder hen en de heersende vooroordelen worden als oorzaak genoemd [13]. Omdat de Roma in vergelijking met de Joden veel slechter georganiseerd waren, en er in veel landen er voor de Tweede Wereldoorlog geen registratie van de Roma was, is onbekend hoeveel er zijn omgekomen. Schattingen lopen uiteen van 200.000 tot 2.000.000. Als betrouwbaarste schatting wordt een aantal tussen 400.000 en 500.000 genoemd[13].

Economisch onwaardigen

Ons vertrekpunt is niet de individu: we voeden niet de hongerigen, laven niet de dorstigen, kleden niet de naakten. Voor ons voortbestaan hebben we gezonde mensen nodig

Tussen 1931 en 1941 werden 80.000 tot 100.000 geesteszieken in instituten omgebracht. Hieronder waren 5.000 kinderen en 1.000 Joden.[16] 300.000 van hen werden gesteriliseerd[17] Meer dan 200.000 geesteszieken in totaal werden vermoord.[18]

Het door de nazi's als euthanasie- en sterilisatieprogramma omschreven plan heette Aktion T-4, naar het adres aan de Tiergartenstraße 4 in Berlijn van dokter Brandt. Deze leidde het programma. Brandt werd tijdens de Processen van Neurenberg veroordeeld en in 1948 verhangen in Landsberg.

Politieke tegenstanders

Het merkteken van politiek gevangenen in kampen

Verzetslieden, Spaanse republiekeinen, leden van een vakvereniging, communisten en socialisten werden als eersten gezien als staatsvijandig[19] en zodoende naar concentratiekampen gestuurd. Oorspronkelijk was concentratiekamp Dachau voor hen gesticht[20], omdat Hitler hen zag als onderdeel van het Joodsgestuurd bolsjewisme.

Hitler zag de linkerflank van de politiek, sociaaldemocratie, eveneens als vijandig. Veel Joden waren hierin actief. De politieke discidenten, zoals de nazi's hen zagen, waren in gevangenschap lichtelijk bevoordeeld vanwege hun raszuiverheid.[21] Bij annexatie van nieuwe gebieden door het Derde Rijk waren de politieke activisten altijd de eersten die gedeporteerd werden.[22][23]

Vrijmetselaars, Jehova's getuigen en Vrije Bijbelonderzoekers

Vrijmetselaarsemblema

In Mein Kampf, schreef Hitler over vrijmetselarij. Zij zou gemeen hebben met de Joden dat haar instinct om te overleven, een natuurlijk instinct van mensen, ontbrak.[24] Vrijmetselaars werden gezien als politieke dissidenten en zij werden verbannen naar concentratiekampen alwaar zij een rode driehoek moesten dragen. [25] Tussen de 80.000 en de 200.000 van hen werden omgebracht.[26][27] Over dit aantal bestaat geen consensus, omdat veel vrijmetselaars ook tot het Joodse volk en diverse politiek subversieve organisaties behoorden in de ogen van de Duitsers[28]

Ongeveer 12.000 Jehova's getuigen en leden van hun afsplitsing de Vrije Bijbelonderzoekers werden door de Duitsers geïnterneerd. Ongeveer 2.500 à 5.000 vonden de dood, nadat zij aan hadden gegeven geen afstand te willen doen van hun overtuiging. Zij die dit wel wilden, konden net als 'genezen homofielen' weer in vrijheid worden gesteld.[29]

Slavische volkeren

Om het Lebensraum voor de Duitsers te vergroten, wilde Hitler de Slavische volkeren elimineren. Dit plan[30] zou 25 à 30 jaar in beslag nemen, om het Duitse volk een groot trauma te besparen.[31]

Ethnische Polen

Executie van Polen door het Einsatzkommando, October 1939
Aankondiging van de doodstraf voor Polen die Joden hielpen.

Duitse hoge functionarissen kondigden in november 1939 het plan af het Poolse volk te vernietigen.[32] Alle Polen dienden te verdwijnen, zodat het gewonnen land kon worden gekoloniseerd door de Duitsers.[33] Rond 1952 zouden er tussen de 3 à 4 miljoen Polen mogen overblijven, die de Duitse natie en haar volk konden dienen. Het was hun verboden een huwelijk te sluiten, gebruik te maken van medische hulp, en uiteindelijk zouden zij "verdwijnen". Op 22 augustus 1939 gaf Hitler al het bevel etnische Polen en Pools sprekenden zonder genade te executeren, mannen, vrouwen en kinderen. Alleen op die wijze zag hij kans het Lebensraum te vergroten.[34]

De genocide op de Polen kon volgens de Duitsers niet op even grote schaal worden uitgevoerd in korte tijd, omdat dit een te grote last zou zijn voor het Duitse volk. Bovendien zouden omringende landen hiervoor geen begrip op kunnen brengen.[32] In de oorlog zijn er tussen de 1,8 en 2,1 miljoen slaven uit de Oekraïne, Polen en Wit-Rusland omgekomen onder wie circa 80% ethnische Polen.[3][35] 200.000 van hen kwamen om in concentratiekampen. Daarnaast verhoogden de Duitsers het sterftecijfer door ontzegging van medische hulp, gebrek aan geboden hygiëne, enzovoorts.[36] Het totaal aantal Polen dat omkwam betreft 5,1 miljoen[35]. Dat is 90% c.q. 3,1 miljoen Poolse Joden en 2 miljoen niet-Joodse slachtoffers, i.e. 6% van de bevolking[37] Meer dan 90% van het aantal slachtoffers betreft burgerdoden.

Slaven

Op de Balkan zijn een half miljoen Serviërs en nog eens een half miljoen andere slachtoffers uitgeroeid.[38][39] Hermann Neubacher, een hoge functionaris van Hitler, schreef later dat dit met zeker 250.000 slachtoffers was overdreven, inclusief mannen, vrouwen en kinderen.[40] De Serviërs werden gezien als Untermensch[41]

In Wit-Rusland brandde Duitsland 9.000 dorpen af en de Duitsers deporteerden 380.000 gevangenen naar werkkampen en vermoorden er honderdduizenden. Meer dan 600 dorpen werden met bewoners en al platgebrand, zoals Chatyn. 5.295 Wit-Russische plaatsen werden vernietigd en alle inwoners werden gedood. Gedurende de drie jaren van bezetting vielen er 2.230.000 slachtoffers (24% van de bevolking). Slechts 370.000 slachtoffers waren militair, de rest betreft burgerdoden.[42] 245,000 slachtoffers vielen er vanwege hun Joodse afkomst.

Sovjets

Tussen juni 1941 en mei 1945 overleden er tussen de 2 en 3 miljoen Sovjets, veelal gedurende het eerste jaar van de gevangenschap. De meest voorkomen doodsoorzaken waren ondervoeding, mishandeling en de doodstraf. Andere bronnen melden 3,5 miljoen doden tussen 1941 en 1942.[43] Een half miljoen overleed aan slavernij in concentratiekampen[2]

[bron?]

  1. a b Dawidowicz, Lucy. The War Against the Jews, Bantam, 1986.
  2. a b Berenbaum, Michael. The World Must Know, United States Holocaust Memorial Museum, 2006, p. 125.
  3. a b 1.8–1.9 million non-Jewish Polish citizens are estimated to have died as a result of the Nazi occupation and the war. Estimates are from Polish scholar, Franciszek Piper, the chief historian at Auschwitz. Poles: Victims of the Nazi Era at the United States Holocaust Memorial Museum.
  4. "Sinti and Roma", United States Holocaust Memorial Museum (USHMM). The USHMM places the scholarly estimates at 220,000–500,000. Michael Berenbaum in The World Must Know, also published by the USHMM, writes that "serious scholars estimate that between 90,000 and 220,000 were killed under German rule." (Berenbaum, Michael. The World Must Know," United States Holocaust Memorial Museum, 2006, p. 126.
  5. ROMANIES AND THE HOLOCAUST: A REEVALUATION AND AN OVERVIEW
  6. Donna F. Ryan, John S. Schuchman, Deaf People in Hitler's Europe, Gallaudet University Press 2002, 62
  7. Hodapp, Christopher. Freemasons for Dummies, For Dummies, 2005.
  8. The Holocaust Chronicle, Publications International Ltd., p. 108.
  9. Shulman, William L. A State of Terror: Germany 1933–1939. Bayside, New York: Holocaust Resource Center and Archives.
  10. "Homosexuals and the Third Reich"
  11. Giles, Geoffrey J. "The Most Unkindest Cut of All': Castration, Homosexuality and Nazi Justice," Journal of Contemporary History, Vol. 27, No. 1, (January 1992): pp. 41–61.
  12. (en) Ian Hancock, On the word Porrajmos. Romani Archive and Documentation Center (februari 2005). Geraadpleegd op 18 april 2007.
  13. a b c Joep Büttinghausen, Woonwagens en kampen, p. 1164-1165 in deel 42, Endlösung, van Bericht van de Tweede Wereldoorlog, verzamelwerk in 100 weekafleveringen, red. A.H. Paape e.a., Amsterdam / Haarlem 1970-1971
  14. (nl) Boekenarchief literatuur Q-R-S: Alexander Ramati, En de violen zwegen. Leestafel.
  15. Holocaust Remembrance Network.
  16. Lifton, Robert J. The Nazi Doctors" Medical Killing and the Psychology of Genocide. London: Papermac, 1986 (reprinted 1990) p. 142.
  17. Neugebauer, Wolfgang. "Racial Hygiene in Vienna 1938", Wiener Klinische Wochenschrift, special edition, March 1998.
  18. Rael D Strous (2007) Psychiatry during the Nazi era: ethical lessons for the modern professional Annals of General Psychiatry 2007, 6:8doi:10.1186/1744-859X-6-8
  19. Non-Jewish Resistance, Holocaust Encyclopedia, United States Holocaust Memorial Museum, Washington, D.C.
  20. "Horrors of Auschwitz", Newsquest Media Group Newspapers, January 27, 2005
  21. Augustine, Dolores, Book Review of Niven, Bill, The Buchenwald Child: Truth, Fiction, and Propaganda in Central European History 41:01, Cambridge University Press
  22. "The war that time forgot", The Guardian, October 5, 1999
  23. Commissar Order
  24. Hitler, Adolf. Mein Kampf, pp. 315 and 320.
  25. Katz, Jews and Freemasons in Europe cited in The Encyclopedia of the Holocaust, volume 2, page 531.
  26. Documented evidence from the U.S. Holocaust Memorial Museum pertaining to the persecution of the Freemasons accessed May 21, 2006.
  27. RSHA Amt VII, Written Records, overseen by Professor Franz Six, was responsible for "ideological" tasks, by which was meant the creation of anti-Semitic and anti-masonic propaganda.
  28. United States Holocaust Memorial Museum, FREEMASONRY UNDER THE NAZI REGIME
  29. Persecution and Resistance of Jehovah's Witnesses During the Nazi-Regime 1933–1945 Social Disinterest, Governmental Disinformation, Renewed Persecution, and Now Manipulation of History? p. 251.
  30. DIETRICH EICHHOLTZ "»Generalplan Ost« zur Versklavung osteuropäischer Völker"[1]
  31. Madajczyk, Czesław. "Die Besatzungssysteme der Achsenmächte. Versuch einer komparatistischen Analyse." Studia Historiae Oeconomicae vol. 14 (1980): pp. 105-122 [2] in Hitler's War in the East, 1941-1945: A Critical Assessment by Gerd R. Uebersch̀ear and Rolf-Dieter Müller [3]
  32. Berghahn, Volker R. (1999). Germans and Poles 1871–1945. Germany and Eastern Europe: Cultural Identities and Cultural Differences (Rodopi).
  33. Davies, Norman (1982), God's playground, a history of Poland. Columbia University Press, New York, 2: 263. ISBN 0-231-05351-7.
  34. a b Piotrowski, Tadeusz. "Project InPosterum: Poland WWII Casualties", accessed March 15, 2007; and Łuczak, Czesław. "Szanse i trudności bilansu demograficznego Polski w latach 1939–1945", Dzieje Najnowsze, issue 1994/2.
  35. Nurowski, Roman. 1939-1945 War Losses in Poland, Warsaw 1960,
  36. Poland-WWII-casualties ,Piotrowski, Tadeusz. "Project InPosterum: Poland WWII Casualties"
  37. Žerjavić, VladimirYugoslavia manipulations with the number Second World War victims, - Zagreb: Croatian Information center,1993 ISBN 0-919817-32-7 [4] and [5]
  38. Kočović,Bogoljub-Žrtve Drugog svetskog rata u Jugoslaviji 1990 ISBN 8601019285
  39. Genocide in Satellite Croatia, Edmond Paris, American Institute for Balkan Affairs, Chicago 1961, p100.
  40. Tomasevich, Jozo. War and Revolution in Yugoslavia, 1941-1945: Occupation and Collaboration. Stanford: Stanford University Press, 2001. ISBN 0804736154
  41. Vadim Erlikman. Poteri narodonaseleniia v XX veke : spravochnik. Moscow 2004. ISBN 5-93165-107-1
  42. Soviet Prisoners of war.