Tiende Penning
Er zijn in de 16e eeuw twee soorten belastingen geheven in de Nederlanden die Tiende Penning heetten:
Tiende Penning van Maria van Hongarije
Maria van Hongarije was landvoogdes van de Habsburgse Nederlanden namens haar broer keizer Karel V. Op 21 maart 1543 werd door haar de Tiende Penning ingesteld, een belasting van 10% op inkomsten uit vermogen. De belasting werd geheven in 1543, 1544, 1553, 1556, 1561 en 1564.
Tiende Penning van Alva
De Tiende Penning van Alva was een belastingmaatregel in 1569 ingevoerd door Fernando Álvarez de Toledo, hertog van Alva en landvoogd over de Nederlanden namens koning Filips II van Spanje. De belasting leidde tot woede en verzet in de Nederlanden en kan als een belangrijk element gezien worden voor de Nederlandse Opstand, die later de Tachtigjarige Oorlog genoemd zou worden.
Na zijn benoeming als landvoogd in de Nederlanden voerde Alva drie belastingen in:
- De Honderdste Penning: Een eenmalige belasting van 1% op alle bezittingen van roerende en onroerende aard (modern equivalent in Nederland: onroerendezaakbelasting (ozb); en in België: onroerende voorheffing).
- De Twintigste Penning: Een omzetbelasting van 5% op de verkoopprijs van onroerende goederen (huizen, landgoederen, enz.), geïnspireerd door een soortgelijke belasting die was ingevoerd door de Romeinse keizer Augustus (modern equivalent in Nederland: overdrachtsbelasting; en in België: registratierechten).
- De Tiende Penning: Een omzetbelasting van 10% op de verkoop van roerende goederen (eten en drinken, kleding enz.), identiek aan de in de Spaanse landen gebruikelijke Alcabala-belasting (Modern equivalent: btw)
Vooral tegen de Tiende Penning van Alva rees veel verzet. In de Nederlanden was het bovendien een verworvenheid dat de landsheer slechts een nieuwe belasting hief via een bede of verzoek. Alva negeerde de instellingen en gebood zijn hervorming voor de gehele Nederlanden. De Nederlanden dreigden als handelsnatie door de Tiende Penning in hun concurrentiepositie te worden aangetast. Vooral in Brussel werd hevig gestaakt tegen de maatregel en bleven ambachtslieden en winkeliers maandenlang dicht. Op 26 juni 1572 voerde koning Filips II de tiende en twintigste penning af voor een jaarlijkse bede van twee miljoen gulden. In werkelijkheid is de Tiende Penning van Alva dus nooit geheven. Het "afkopen" voor twee miljoen gulden gebeurde gedurende twee jaar.
Lied
- Over de Tiende Penning en de strijd tegen de koning van Spanje werd in de 16de eeuw een lied geschreven dat in 1848 via Jan Frans Willems voor het eerst in druk verscheen op blz. 78-80 van het boek "Oude Vlaemsche liederen".[1]
Zie ook
- Tiende of tiendrecht, een vorm van kerkelijke en sociale winstbelasting, oorspronkelijk op de oogst
- Geuzen- en aanverwante penningen
Literatuur
- H. A. Enno van Gelder, "De tiende penning", in: Tijdschrift voor geschiedenis, 1933, p. 1-36, 120-144
- Jan Craeybeckx, Alva's Tiende Penning, een mythe?, in: Bijdragen en Mededelingen van het Historisch Genootschap, 1962, p. 10-42
- Gustaaf Janssens, Brabant in verzet tegen Alva's tiende en twintigste penning , in: Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden, 1974, nr. 1, p. 16–31
- Ferdinand H. M. Grapperhaus, Alva en de tiende penning, 1982, ISBN 9789060111307